Jonathan Lambregs

‘België helpt Filipijnse stormen te voorkomen in plaats van te genezen’

Jonathan Lambregs Jongerenvertegenwoordiger van de Vlaamse Jeugdraad voor klimaat bij de Verenigde Naties

Het is goed dat minister Alexander De Croo 50 miljoen euro stort in het Groen Klimaatfonds, maar we mogen ons klimaatgeweten niet sussen met geld dat eigenlijk ergens anders voor bestemd is; zo schrijft Jonathan Lambregs vanop de klimaattop in Peru.

Jonathan Lambregs volgt als Jongerenvertegenwoordiger van de Vlaamse Jeugdraad voor klimaat bij de Verenigde Naties de klimaatonderhandelingen op de COP20-top in Lima, Peru. Voor Knack.be schrijft hij dagelijks een stuk over wat hij er ziet en hoort.

De gevolgen van klimaatverandering zijn helaas realiteit. Landen zoals de Filipijnen zullen steeds vaker zware stormen zoals Hagupit te verduren krijgen. Het land smeekt dan ook om tot een ambitieus klimaatakkoord te komen in Lima met een focus op adaptatie, om zich te kunnen aanpassen aan de gevolgen. België antwoordt met een belangrijk internationaal signaal en belooft een bijdragen aan het Groen Klimaatfonds. Helaas ten koste van het budget voor ontwikkelingssamenwerking.

Voorkomen is beter dan genezen. Maar als ‘a apple a day‘ niet meer volstaat en de ziekte niet meer te genezen valt, zal men moeten leven met de gevolgen. Met het klimaatprobleem is dat niet heel anders, de gevolgen zijn reeds voelbaar. Met de storm Hagupit in het vooruitzicht vertelde een Filipijnse ngomedewerker hier op de COP in Lima: “hoewel we nog geen zicht hebben op de schade, weten we wel dat we weer dode lichamen zullen moeten tellen”.

“Weer” want ook tijdens de COP in Warshaw raasde de tyfoon Haiyan voorbij. “Misschien moeten we na Parijs de COP in Manilla organiseren, dan leggen we het vuur aan de schenen van de onderhandelaars” merkte een lid van de jongerenbeweging op. Hij kan niet wachten tot er schot in de zaak komt

Gestaag maar noodzakelijk

Want voor buitenstaanders komt er inderdaad geen schot in de zaak. Tijdens het schrijven van deze tekst is er een akkoord bereikt over de eerste 10 lijnen van de voorlopige tekst. Frustrerend traag? Ja. Noodzakelijk? Ook. Begrijpelijk? Net zo. Hier zitten immers 190 landen van over de hele wereld bij elkaar om een akkoord te bereiken over een globaal probleem met een impact op zowat alle onderdelen van onze samenleving.

In de aanloop van deze onderhandelingen gaf ik een klimaatworkshop aan scholen waarin scholieren de internationale klimaatonderhandelingen naspeelden. Zelfs scholieren – die geen zware economische, sociale en ecologische belangen moeten verdedigen – kwamen niet tot een akkoord. Op de koop toe opperden de leerlingen voor het opstarten van nieuwe werkgroepen en aparte onderhandelings-tracks.

Hier – in het echt – is dat niet veel anders. In verschillende enorme tenten op het terrein van de militaire kazerne van Lima – het Pentagonito in de volksmond – worden de verschillende onderdelen van een globaal akkoord besproken. Eén daarvan is hoe leven met de gevolgen van de klimaatverandering.

Verantwoordelijkheid

Het toeval wil dat het vooral de ontwikkelingslanden zijn die de gevolgen van klimaatverandering zullen dragen. Zij wijzen dus met de vinger richting de ontwikkelde landen die verantwoordelijk zijn voor de enorme uitstoot van broeikasgassen en het Zuiden hebben opgezadeld met extreme weersomstandigheden, voedselschaarste, watertekorten en ga zo maar door.

De getroffen landen vragen geïndustrialiseerde landen daarom financiële steun om hen te helpen zich aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering. En die steun is nodig. De Verenigde Naties berekende dat de kosten voor globale adaptatie in ontwikkelingslanden oplopen tot 1 triljoen euro.

België triomfeert

Om tot een akkoord te komen over een voorlopige tekst in Lima die de bouwstenen draagt voor een internationaal akkoord in Parijs volgend jaar, zullen de ontwikkelde landen met geld over de brug moeten komen.

Minister Alexander De Croo(Open VLD) liet weten dat België 50 miljoen bijdraagt aan het Groen Klimaatfonds. Op die manier helpt ons land ontwikkelingslanden hun uitstoot te reduceren en zich aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering. De bijdrage is ook een belangrijk signaal dat de ontwikkelde landen zich willen inzetten voor een internationaal akkoord. Tot slot versterkt het ons imago op het internationaal niveau. Ons land stond immers flink onder druk door andere bijdragers aan het fonds.

Het is goed dat minister De Croo 50 miljoen euro stort in het Groen Klimaatfonds, maar we mogen ons klimaatgeweten niet sussen met geld dat eigenlijk ergens anders voor bestemd is

Klimaatgeweten

Een belangrijke kanttekening is dat het geld dat minister De Croo vrijmaakt voor klimaatfinanciering uit de pot van ontwikkelingssamenwerking komt. Nochtans moeten die middelen volgens de internationale engagementen additioneel zijn aan ontwikkelingssamenwerking.

De Filipijn sloot af met: “We do not need sympathy, we need justice and solidarity. We need an urgent pathway to a just and ambitious climate deal”. Laten we ons klimaatgeweten dus niet sussen met geld dat eigenlijk voor andere doeleinden bestemd is.

Als jonge idealist hoop ik dat minister De Croo zijn mandaat gebruikt om zijn collega’s te overtuigen dit belangrijk internationaal signaal om te zetten naar een akkoord tussen de gewesten en op termijn extra geld vrij te maken voor wat wereldleiders waaronder Barack Obama en David Cameron “een van de grootste bedreiging voor de mensheid” noemen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content