BEESTENBOEL: DE LENTEVUURSPIN

Dirk Drraulans

Met de lieveheersbeestjesachtige schildering op zijn rug is de mannelijke lentevuurspin waarschijnlijk de mooiste spin in ons land.

Meestal is de goede schoonmaakster de grootste vijand van spinnen, maar in het geval van de lentevuurspin is het de zonnepanelenlobby. Het gaat om een uiterst zeldzame spin, waarvan een belangrijk deel van de wereldpopulatie op een zandvlakte in het Limburgse Lommel huist. Koen Van Keer van de spinnenvereniging Arabel deed een van de ontdekkingen van zijn leven toen hij er op 20 mei 2009 een exemplaar vond. Het was van 1896 geleden dat de soort in België was gezien.

Nader onderzoek wees uit dat de lentevuurspin in ons land en in onze buurlanden op een beperkt aantal plekken voorkomt. Per locatie worden er zelden meer dan honderd exemplaren aangetroffen, maar in Lommel leven er tussen de vijf- en tienduizend lentevuurspinnen – een ronduit indrukwekkend aantal.

Het mannetje is misschien wel de mooiste spin in ons land. Hij heeft een lieveheersbeestjesachtig achterlijf: rood met zwarte vlekken. Dat zou giftigheid simuleren, wat nuttig is, want hij moet actief op zoek gaan naar een vrouwtje en kan daarbij gevaar lopen. Hij spoort vrouwelijke feromonen op, die hij met zijn voorpoten uit de lucht plukt. Het mannetje legt voor de liefde tientallen meters af – dat is veel naar spinnennormen.

Het vrouwtje laat zich zelden zien. Ze brengt het grootste deel van haar leven door in een zelfgegraven gangetje in de grond. Aan de uitgang spint ze een webje waar prooien aan blijven plakken. In het gangetje krijgt het vrouwtje jongen. Om een optimale voortplanting te garanderen, hebben die een specifieke temperatuur nodig. Als het moet, verplaatst het vrouwtje de eitjes in de gang om ze de juiste temperatuur te geven.

En daar wringt het schoentje. De diertjes leven in Lommel op een gebied dat als bedrijventerrein is ingekleurd (de Kristalparkterreinen). Omdat weinig kandidaat-bedrijven zich aandienen, wil men er nu het grootste zonnepanelenveld van de Benelux aanleggen. Dat zou betekenen dat een groot deel van de zandgrond permanent in de schaduw valt, wat noodlottig zou zijn voor de spinnen die zonnewarmte nodig hebben.

De ontwikkelaars en hun acolieten zijn het ‘hemeltergend groen protest spuugzat’. ‘Het is altijd hetzelfde verhaal’, countert Van Keer. ‘Men plaatst natuurbehoud tegenover werkgelegenheid en stelt het daarbij voor als iets futiels. Toch heeft de bevoegde minister ons al in 2010 laten weten dat een beschermingsprogramma voor de lentevuurspin prioritair is, precies omdat de situatie voor de soort er zo uitzonderlijk is.’

Blijkbaar is de minister – alweer – van mening veranderd. Een gigantisch zonnepanelenveld past nochtans niet in het nieuwe ruimteplan voor Vlaanderen dat ze voorstelde, en dat als ‘betonstop’ wordt bestempeld. Er leven overigens nog zeldzame soorten op het terrein, dat een unieke zandbiotoop is.

De lentevuurspin heeft zulke bijzondere eigenschappen dat reddingsacties meer dan gerechtvaardigd zijn. Het vrouwtje besteedt een uitzonderlijke zorg aan haar kroost. Ze voedert haar jongen met prooien die ze eerst half verteert. Uiteindelijk laat ze zichzelf opeten, als laatste snack voor de spinnetjes de wijde wereld intrekken. Zo veel moederlijke onbaatzuchtigheid mag niet uitsterven!

Door Dirk Draulans

Het vrouwtje laat zichzelf opeten door haar jongen voor die de wijde wereld intrekken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content