Walter Pauli

Patrick Janssens, de nieuwe politieke Calimero

Aftredend Antwerps burgemeester Patrick Janssens legt het balletje graag bij een andere partij.

Het ziet ernaar uit dat de SP.A geen zitting zal hebben in het nieuwe Antwerpse bestuurscollege. En dat heeft voor enig lawaai gezorgd. Vooral aftredend burgemeester Patrick Janssens legt het balletje graag bij een andere partij. Eerst voert hij de druk op Groen op. Dan noemt hij de nota van Bart De Wever een ondermaats N-VA-werkstuk. En uiteindelijk krijgt CD&V’er Marc Van Peel de schuld dat de SP.A eruit ligt. Het ligt altijd aan een ander. De familie van de politieke Calimero’s heeft er alvast één lid bij.

Maar waarom heeft de Antwerpse SP.A op 14 oktober zo hard verloren? Want de nederlaag is groter dan tot nu toe is geschreven. In 2006 haalde SP.A-Spirit 35,3 procent en CD&V (incluis een piepkleine N-VA) 11,2 procent. Van dat stemmenpotentieel schiet er nu voor de Stadslijst nog 28,6 procent over, bijna een halvering.

De SP.A. zakte van 22 zetels naar amper 12, het laagste aantal sinds de Antwerpse fusie in 1982. Maar door de aandacht voor het succes van De Wever, en door die ene emotionele foto van Janssens zelf, is die afstraffing op 14 oktober nog met enige mildheid behandeld. Dat is ook een zaak van politiek fatsoen: men trapt niet op een verslagen man.

Dat verandert als die afgestrafte politicus vervolgens niet doet wat hij hoort te doen: zijn verantwoordelijkheid nemen en zich terugtrekken. Janssens herhaalt de fout van Johan Vande Lanotte in 2007: eerst nog de SP.A in ‘een plooi’ leggen, namelijk de zijne. Hij bleef zijn partij vertegenwoordigen tijdens de eerste gesprekken met De Wever, en maakte ondertussen zelf de analyse van zijn eigen nederlaag. Als een gezakte leerling die zijn eigen falen verklaart, waarna leerkrachten en ouders er het zwijgen toe doen. Want veel hebben de andere SP.A’ers aan Janssens analyse voorlopig nog niet mogen of durven toevoegen.

Janssens praatte zich uit zijn verlies door de stemmen van Groen en zelfs PVDA+ bij die van de Stadslijst op te tellen. Vanuit die rekenkunde legt hij uit dat de Antwerpse binnenstad progressief is en ‘het buitengebied’ conservatief. Bij zijn supporters gaat die uitleg erin als zoete koek. Zij vrezen nu al een aanval op de (moderne) ‘stedelijkheid’ van het centrum vanuit de (achterlijke, norse) ‘buitengebieden’.

Het is nochtans niet in de villawijken van Brasschaat of Kapellen waar Janssens stemmen verloor, maar in de arbeidersbuurten van Hoboken en de woonwijken van Merksem of Deurne. En je moet al een Rat van ’t Kiel zijn om te doen alsof die van de Bosuil en de rest van Deurne misschien wel in dezelfde stad wonen, maar eigenlijk van een andere planeet zijn. Deurne: is er iets meer working class dan die woonblokken, die uitgestrektheid van rijtjeshuizen en bescheiden appartementen? Heeft Janssens er een uitleg voor waarom het ooit zo rode Deurne niet meer progressief stemt?

Janssens ziet Antwerpen als een A-merk. Zijn communicatie focust op cultuur en gastronomie, op stoeten, musea en autoluwe winkelstraten: op ‘het goede leven’, dat zich vooral in het centrum afspeelt. Dat heeft in se niets te maken met progressiviteit of stedelijkheid. Janssens moet maar eens uitleggen waarom het ‘neem een fiets’-project (A-Velo) stopt aan de singel. En waarom net ‘de partij van de auto’, de N-VA, in haar verkiezingsprogramma vroeg dat door te trekken naar alle districten. Daar ligt de kiem van zijn verlies: het is de niet eens onlogische achteruitgang voor een sociaaldemocratische manager met te weinig empathie voor de gewone man uit de doorsneebuurt. Patrick Janssens had een mooi verhaal voor Antwerpen, maar misschien een schrale boodschap voor veel Antwerpenaren.

Walter Pauli

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content