Dirk Draulans

Paarden hebben geen last van ijspegels

Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De natuur heeft meer weerstand tegen koude dan de mens.

Wij hebben het koud. Wij moeten ons dik induffelen als we willen gaan schaatsen. We klagen dat het te koud is op het werk. De koudegolf leidt tot verhitte discussies over daklozen die niet van straat geraken. En over noodfondsen voor mensen die hun energiekosten niet meer aankunnen. Wij zijn niet meer aangepast aan een leven in de koude, hoewel onze voorouders probleemloos ijstijden hebben doorstaan, want anders zouden wij er vandaag niet meer geweest zijn.

Maar in onze verwendheid spiegelen wij onze zwakheden gemakkelijk naar de rest van de natuur. Die zielige vogeltjes in de kou toch! We zouden ze binnenhalen als we de kans hadden. De realiteit is dat vele zielige vogeltjes de kou wel zullen overleven, op voorwaarde dat ze genoeg te eten vinden. Het voederen van vogels in de tuin is dus nuttig, maar het zal geen invloed hebben op de populaties, want die hebben het zonder voederende medemensen ook overleefd.

Als een soort bij ons niet bestand zou zijn tegen wat koude, zou ze hier niet voorkomen. Dan trekt ze in de winter naar het warme zuiden. Of ze kruipt wat dieper onder de grond. Géén koude in de winter lijkt erger voor onze natuur dan wat vrieskou, want geen kou is ‘onnatuurlijker’. Bloemen hadden de voorbije maanden al de kop opgestoken, vogels vertoonden de eerste signalen van met broeden willen beginnen, en vliegen en bijen waren vroeger wakker dan normaal.

Nu zijn ze allemaal opnieuw in wintercondities gaan leven, zodat ze het binnenkort nog eens kunnen proberen. Hier en daar zal er wel eentje het kopje gelegd hebben of een eerste legsel zijn kwijtgespeeld, maar er zit altijd genoeg variatie in een populatie om zo’n schokje op te vangen. De treuzelaars zullen dit jaar aan het langste eind trekken, terwijl ze in winters zonder echte vrieskou minder succesvol zijn dan vroege beginners, die dan de beste plaatsjes kunnen bemachtigen en eventueel een tweede legsel groot kunnen brengen.

De natuur begint altijd met een overschot aan de winter om genoeg over te houden om in de lente een nieuwe levenscyclus op te starten.

Ergerlijk is echter dat mensen niet meer aanvaarden dat wat wij gedomesticeerde dieren noemen, meer weerstand tegen de natuur heeft dan wat we in huis halen. Een hond heeft geen jasje nodig om te gaan wandelen, wat niet wil zeggen dat hij geen jasje kan verdragen – al was het maar omdat zijn baasje graag het gevoel cultiveert dat hij of zij alles voor zijn of haar troetel doet.

Maar de vele meldingen van de jongste weken van vooral paarden en schapen die in de vrieskou op de wei blijven staan, en het geëmmer over de hardvochtigheid van hun eigenaars, viseren de foute mensen. Paarden en schapen kunnen probleemloos in de vrieskou blijven staan, gaan niet klagen bij temperaturen ver onder het vriespunt, als ze maar voldoende te eten en te drinken hebben – dat is het enige wat in dit debat relevant is. Het helpt als ze een plaatsje kunnen vinden om te schuilen tegen eventuele regen en hevige wind, maar dat mag gerust een dikke boom zijn.

Dieren van bij ons zijn gemaakt om koudeperiodes te trotseren. Als we ze opsluiten in stallen of weilanden moeten we er uiteraard voor zorgen dat ze voldoende te eten of te drinken hebben, want ze kunnen niet meer de boer op om het zelf te gaan zoeken. Domesticatie heeft van dieren vriendelijker en zachtaardiger versies gemaakt dan hun wilde voorouders, maar het heeft niet geïmpliceerd dat die versies ook minder weerstand tegen koude hebben.

Het kan zelfs prachtige beelden geven, paarden met ijspegels op de vacht in een winterse weide onder een flauwe zon. Het heeft geen enkele zin boos naar de politie te bellen als je een dier in de sneeuw ziet staan. De onverlaten in het systeem zijn het klootjesvolk dat zijn dieren niet goed verzorgt, maar die moeten het hele jaar door geviseerd worden, want ook in de zomer is dierenmishandeling een courant probleem. Een aantal mensen is gewoon niet gemaakt om op aanvaardbare wijze met dieren om te gaan. Te veel mensen beschouwen dieren als een gebruiksvoorwerp dat bij het groot vuil wordt gezet als het niet meer nodig is. Dat is de harde realiteit, niet het feit dat sommige dieren in de kou buiten staan.

Dirk Draulans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content