Onder het Moppermeer

Laat dit hele land toch onderlopen, spoel weg het geklaag.

Nog! Nog! Nog!, dacht ik toen het water in de straten begon te lopen. Niet alleen in Geraardsbergen en Steenhuffel, niet alleen in kelders en toonzalen en schamele flatjes, maar overal: laat dit hele land toch onderlopen, spoel weg het geklaag, het gemok, het verongelijkte blaten en briesen, deze rug-aan-rug vergroeide Siamese tweeling, dit spartelende onland. Over de dijken langs de oevers zag ik ze al rijden, bussen met toeristen en duikers en surfers en een gids die zou zeggen: ‘Aan uw linkerhand ziet u Nederland, Duitsland, Frankrijk, en aan uw rechterhand: Lake Belgium. Loch Belga. Ook wel bekend als het Grote Moppermeer.

Op de bodem van dit meer leefde immers ooit een welvarend maar ongelukkig volkje, of liever, twee volkjes, die aan intern gebakkelei ten onder zijn gegaan. Het was, zeggen onderzoekers, een land van wan: wanbeleid, wantaal, wanorde, wanpolitiek, wantrouwen, wanlust. Een land waar iedereen altijd de anderen van alles de schuld gaf, een beschaving van kopschuwe, kifterige ritselaars en navelstaarders – een sfinx voor antropologen.

Op een dag begon het in dit land heftig te regenen. Dijken braken, dorpen liepen onder. Waar kwam toch al dat water vandaan? Uit het Zuiden natuurlijk! siste het Noorden. Wie is verantwoordelijk voor de overstromingen? Het Noorden natuurlijk! brieste het Zuiden. En zo, zeikend en zeurend terwijl de rivieren zwollen, is dit land geheel in de geest van zijn bestaan verzwolgen, tot groot jolijt van zeilers en vissen. Wetenschappers zijn het erover eens dat dit wanland ten onder is gegaan niet door armoede of oorlog of ziekte, maar door gebrek aan talent.’ Aldus de gids in mijn hoofd.

Maar toen hield het op met regenen – want van alle goden zijn de weergoden de wreedste – en werd ik toch weer wakker in dit psychotische land dat zich nu al maanden gaar piekert over de vraag of en hoe het nog wil voortbestaan.

Als je België opbelt, krijg je drie boodschappen te horen:

– Om dit land te bewaren, druk één. (U wordt nu verbonden met een van onze unionisten.)

– -Om dit land te hervormen, druk twee. (U wordt nu verbonden met onze reformisten.)

– Om dit land te wissen, druk drie. (Al onze separatisten zijn momenteel in gesprek. Blijft u even aan de lijn.)

Bij lijn drie is de wachttijd het langst, de separatisten hebben immers de wind in de zeilen. Steeds meer zich links noemende mensen drukken tegenwoordig op drie. Zij vinden het separatisme zelfs links, in de mate waarin dat discours een verlangen naar culturele én politieke autonomie uitdrukt. Dat verlangen heeft links altijd legitiem gevonden als het over Afrika en Latijns-Amerika ging, dus waarom niet als het over België gaat. België is een mislukt experiment, heet het dan, een ondemocratische constructie, en dient dus opgeblazen.

Ook als die diagnose klopt, is het maar de vraag of Vlaamse onafhankelijkheid wel de remedie is. Ik wil het nu even niet hebben over de bezwaren van unionisten en reformisten – het probleem Brussel en de solidariteit met het armlastige Wallonië die ook vele Vlamingen toch wenselijk achten – maar over de mogelijkheidsvoorwaarden en de concrete betekenis van politieke autonomie anno 2010. Hoe zou zo’n onafhankelijke republiek er kunnen uitzien?

Zou zo’n onafhankelijk Vlaanderen fundamenteel anders, rechtvaardiger zijn dan het land waarvan het nu nog deel uitmaakt? Ik noem maar wat: hoe zal arbeid in die republiek worden gevaloriseerd? Zullen ceo’s er veel minder en verplegend en onderwijzend personeel veel meer verdienen, zoals het een linkse(re) beschaving betaamt? Zullen de belastingen er fundamenteel anders worden berekend en zal het erfrecht er grondig worden herzien, zodat die onafhankelijke republiek ook kwalitatief een ander, een rechtvaardiger land zal zijn dan het land waarvan het nu deel uitmaakt? Zal die republiek de banken beter controleren? De waanzin van beursspeculanten verbieden? Klassejustitie onmogelijk maken? Meer wetenschappelijk toponderzoek produceren? Betere journalistiek en competentere politici afleveren? Kortom, waar zou zo’n land de macht en de middelen vandaan halen om zich economisch, financieel, politiek en juridisch wezenlijk anders, rechtvaardiger te organiseren dan de wereld waarvan het ook dan willens nillens deel zal uitmaken?

Zodra ‘links’ op zulke vragen geloofwaardige en realistische antwoorden formuleert, druk ik op toets drie. Maar geen dag eerder.
Frank Albers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content