Guido Lauwaert

Nieuwe namen voor oude pleinen

Guido Lauwaert Opiniemaker

Niet Edward Anseele, maar zijn vrouw Marie De Coster verdient de bloemen, de toespraken, het concert op 1 mei.

Een paar weken geleden was ik in Leuven, in opdracht van de Chef Toneel van Knack. Mijn partner was erbij en dat was een goede aanleiding voor een etentje, voorafgegaan door een stadswandeling. En plots staan we op een plein dat een jaar geleden een nieuwe naam heeft gekregen.

‘Dat is het Rector Piet De Somer plein,’ zeg ik de volgende dag toen we napraatten over onze uitstap. ‘Vroeger Maarschalk Ferdinand Fochplein.’ Mijn vriendin keek me verbaasd aan. ‘Een idee van meester Louis Tobback. En als de Leuvense burgemeester een idee heeft, betekent dat zoveel als een bevel. Hij vindt dat de maarschalk een massamoordenaar is, en de voormalige rector een kindervriend.’

‘Geen slecht idee van Louis,’ zei zij. ‘Pardon!’ antwoordde ik er pal bovenop. ‘Een goed idee? Een bijzonder slecht idee. Want nu is het hek van de dam. Stel dat een heiden een actie begint om alle Sint-straten een andere naam te geven, en de dictatoriale demarche van Tobback als precedent presenteert. Dat kost de Vlaamse Gemeenschap geheid een fortuin. En wie zal daar voor opdraaien? Niet Hilde Crevits, de putjesvuller van Vlaanderen. Zij weet van aanpakken, maar kan het vooral goed uitleggen, zodat geen haan kraait om de kost.’

‘Maar ik dwaal af; terug naar nieuwe namen voor oude pleinen en straten. Eenmaal die heiden een aantal soortgenoten achter zich weet geschaard, haalt hij ’s avonds de tee vee, zoals Gerard Reve de televisie noemde. De volgende ochtend staat een vrouw op, gaat na de wc-pot naar de laptop en al in het spitsuur haalt zij het radionieuws met de klacht dat er te veel mannen een straatnaam hebben. Met een beetje goede wil van La Crevette zullen duizenden vrouwen eindelijk de erkenning krijgen die ze verdienen. Zij zal zelfs vinden dat er beruchte hoeren dan wel geen laan verdienen, maar op zijn minst toch wel een steeg. Dat zal zij zeggen.’

‘En ongelijk kan ik haar niet geven, want zelf erger ik mij al jaren aan al die koningen, monseigneurs en textielbaronnen met een straatnaam. Ten onrechte, want zonder uitzondering zijn het uitbuiters, plunderaars, leugenaars, schavuiten kortom, met op kop Leopold II, de massamoordenaar van de Belgische geschiedenis. Van Koekelberg tot in het centrum van Brussel, de Koning Leopold II-laan. Ik ben blij dat ik er onderdoor rijd.

‘Eerlijk gezegd,’ zei ik tegen mijn partner, ‘Tobbacks idee zette me aan het denken. Een gevaarlijk moment voor urbi et orbi, je sais. In Gent heb je een Edward Anseeleplein, zo genoemd naar de socialistische voorman. Het kunstencentrum Vooruit is uit zijn brein ontsproten. Een pracht van een daad, lees ik momenteel in alle bladen en blogs. Ze dwalen. Dat gebouw werd dan voorgesteld als een volkspretpark voor de arbeider, maar in wezen was het enkel bedoeld als een promotiecentrum voor de wensen van Anseele zelf. Een jaloerse kerel bovendien, want het beroemdste en beste toneelstuk van de twintigste eeuw mocht niet in de Vooruit gespeeld worden. Edward Anseele was zelf ook toneelschrijver, maar de mindere van Cyriel Buysse. Daarom dat Het gezin van Paemel niet in de Vooruit in première is gegaan.’

Mijn partner geloofde me niet en ik haalde de biografie van Cyriel Buysse, geschreven door Joris Van Parys uit de kast. ‘Hier! Luister,’ zei ik. ‘Blz. 292, eerste regel: “In Gent is het voor het eerst te zien op 7 december 1902 in de Minard.” En de spaarcenten van de arbeiders. Allemaal kwijt. Door het faillissement van de Bank van de Arbeid. Die man verdient niet eens een doodlopende straat! Het Edward Anseeleplein zou eigenlijk herdoopt moeten worden in Marie De Costerplein.

‘Je kent haar niet, Marie De Coster? Ik beken, ’t heeft me ook enige moeite gekost haar naam te vinden. Het is de vrouw van Edward Anseele. Hij paradeerde in Brussel en zowat alle hoofdsteden van Europa. Terwijl zij thuis zijn boven- en ondergoed waste en streek. Ze voedde de kinderen op en als hij eens thuis was, bakte ze zijn biefstukken. Woensdag 1 mei worden er bloemen aan de voet van zijn standbeeld gelegd, toespraken gehouden, terwijl op het Anseeleplein een fanfare speelt. Zij verdient de bloemen, de toespraken, het concert. En een straatnaam, wat zeg ik, een laan.’

Guido Lauwaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content