Walter Pauli

N-VA door elkaar geschud door peilingen

Begin maart gaf de peiling van Le Soir, RTL, VTM en De Morgen N-VA een magische 38,4 procent, twee weken later was dat bij La Libre Belgique, VRT en De Standaard ‘nog maar’ 33,5 procent. Of hoe een partij zich door peilingen in spagaat laat zetten.

Het is al uitentreuren herhaald, het heeft in de loop der jaren elke partij en iedere politicus parten gespeeld: de illusie van succes, de waan van aanmoediging die uitgaat van commerciële peilingen over kiesintenties. In 1994 had de VLD nog vóór de Europese verkiezingen van dat jaar een ‘overwinningsfeest’ gepland omdat de peilingen de omgebouwde PVV van Guy Verhofstadt tot bijna 30 procent van de stemmen hadden opgestuwd. De partij strandde op precies 18,4 procent. Er werd één zetel gewonnen, maar dat telde niet. Tegelijk gaf SP-voorzitter Frank Vandenbroucke breed lachend commentaar op de uitslag. Nochtans was zijn partij een zetel kwijt. Ook dat telde niet. Een feitelijke overwinning was veranderd in een politieke nederlaag, en vice versa. Wegens de peilingen.

Een decennium later overkwam het Steve Stevaert. Het kartel SP.A-Spirit was bij de federale verkiezingen in mei 2003 onverwacht net zo groot gebleken als de VLD. De maanden nadien stuwden de peilingen vooral SP.A-Spirit omhoog. In januari 2004 leek er geen twijfel over te bestaan wie de politieke marktleider was. Bij de Vlaamse verkiezingen van 13 juni dat jaar hield SP.A-Spirit geen 20 procent meer over en leidde Stevaert pas de víérde formatie. Les: de markt van de verkiezingen is een andere dan die van de peilingen; onderzoeksbureaus zijn marktkramers die aan de partijen en het publiek hun resultaten verkopen, maar zonder daarom ook kiezers aan te trekken.

Op dit moment wordt de N-VA door elkaar geschud omdat twee peilingen ineens verschillende resultaten geven. Logisch, want er werden ook andere methodes gebruikt, maar die nuance is de Wetstraat vreemd. Wat daar telt, zijn naakte cijfers. Dat zorgt voor brute wisselingen in het gemoed. Naar het woord van Goethe: ‘Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt.’ Want voor sommige N-VA’ers, en vooral voor hun supporters, was die veertig eigenlijk al binnen, net zoals destijds VLD’ers of SP.A’ers hun waan voor werkelijk namen. Dat heeft namelijk niets met politieke voorkeur te maken, maar met kleinmenselijke ijdelheid. En daarop spelen peilingen in: niet op het intellect, maar op emotie. Op ontgoocheling, angst, berusting, vernedering, fierheid, overmoed. Op imaginair fortuin en ongeluk. Was de volgorde van het verschijnen van de peilingen omgekeerd, dan was alles anders. Zo wankel is die basis.

Als de peilingen al iets verraden, dan dat Bart De Wever en de N-VA nog altijd met ruime voorsprong politieke marktleider zijn, maar dat De Wever mogelijk in een situatie zit waarin hij ‘uit te roken’ valt. De andere partijen voelen dat de voorsprong van de N-VA ‘beheersbaar’ blijft. Stel dat de N-VA in 2014 ongeveer 32 procent haalt: wat een dijk van een uitslag zou zijn, wordt dan al snel een politieke nederlaag. Of stel dat de N-VA zich zou handhaven op 29 à 28 procent. Nuchter bekeken zou ook dat een puik resultaat zijn: Stevaert slaagde er al in 2004 niet in om het succes van 2003 over te doen. Maar politiek ligt de achterban van De Wever dan in de touwen.

Wie zich laat leiden door de jojo van de politieke peilingen, wordt a puppet on a string, de draad van zijn eigen illusies.

Walter Pauli

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content