Het recept om een wereldmacht zonder concurrentie te worden, bevat tolerantie als onontbeerlijk ingrediënt. Dat besluit de Amerikaanse Amy Chua in haar vergelijkende studie van historische hypermachten, Wereldrijk voor een dag. Chua trekt lessen uit de geschiedenis die de val van het ‘accidentele’ Amerikaanse imperium kunnen voorkomen.

Terwijl ze over de Amsterdamse grachten uitkijkt, vraagt Amy Chua hoe het toch komt dat de integratie van moslimminderheden zo moeizaam verloopt in het historisch tolerante Nederland. Tolerantie en etnische diversiteit zijn ook de sleutelwoorden in haar boek over hypermachten. Na de discutabele Amerikaanse poging om de democratie gewapenderhand naar Irak te exporteren, vatte Chua het plan op een boek te schrijven over de VS als hypermacht. ‘Ik wilde achterhalen wat supermachten die op alle terreinen dominant waren, gemeenschappelijk hadden. Het Romeinse en Britse Rijk, waarmee ik het meest vertrouwd was, maar ook het Perzische Rijk, het Mongoolse Rijk en de Chinese Tangdynastie bleken echte hypermachten te zijn. Ik verwachtte dat Spanje ook in het rijtje thuishoorde, maar tot mijn verrassing was de Nederlandse Republiek in de zeventiende eeuw het dominante wereldrijk. Er was één kenmerk dat me bij de opgang van al deze imperia opviel: de strategische tolerantie tegenover buitenstaanders.

Wellicht verstaat u onder tolerantie iets anders dan wij. Van gelijke rechten en respect voor de medemens lag Djengis Khan toch niet wakker?

amy chua: Klopt. Ook het Romeinse Rijk met zijn slaven en gladiatorspelen kunnen we niet tolerant noemen in de hedendaagse betekenis van het woord. De mensenrechten werden er zeker niet gerespecteerd en vrouwen telden niet mee. De Romeinen waren tolerant in die zin dat huidkleur, religie, taal of afkomst geen punt was. Mensen met verschillende achtergronden en culturen waren welkom in het leger en konden ook Romeinse burgers worden.

Over de opkomst en val van wereldrijken zijn bibliotheken volgeschreven. Was dat niet eerder opgemerkt?

chua: Er bestaat heel veel literatuur over supermachten, het merendeel monografieën, maar een vergelijkende studie van hypermachten is nieuw. Ik zag dat inclusie als een rode draad door de geschiedenis van hypermachten loopt. Mijn theorie is niet: hoe meer tolerantie, hoe meer macht, maar wel dat tolerantie een noodzakelijke voorwaarde is opdat een hypermacht zich zou kunnen ontwikkelen. Want om op alle vlakken dominant te zijn ten opzichte van andere rijken, moet men op alle vlakken de beste mensen binnenhalen en die zijn binnen één rijk eenvoudigweg niet te vinden.

Was de kleine Nederlandse Republiek geen buitenbeentje in het strategisch gebruik van tolerantie?

chua: Inderdaad. De oude wereldrijken, zoals dat van de Perzen, de Romeinen en de Mongolen, lijfden overwonnen volkeren in hun rangen in en wisten zo hun militaire macht uit te breiden. Maar de Nederlanders streefden niet naar een groot leger en waren al evenmin uit op de verovering van territorium. Na de verlichting waren zij de eersten die de godsdienstvrijheid huldigden, al betrof het een relatieve religieuze tolerantie. Het resultaat was dat Nederland een immigratiemagneet werd. Spanje en Portugal begingen in die tijd de stommiteit om de Joden uit te wijzen, wat tot een uittocht naar het Ottomaanse rijk én naar Amsterdam leidde. Zo belandden puissant rijke mensen in de Nederlandse Republiek. Tegelijk kende Holland een instroom van protestanten uit de Zuidelijke Nederlanden. Vooral kunstenaars en bekwame ambachtslui, onder wie vele bewerkers van verfijnd textiel, namen de wijk naar het noorden. Door de combinatie van geld, scheepvaart en handel in luxegoederen werd Nederland een wereldrijk dat alle andere overvleugelde.

Ik ben er altijd van uitgegaan dat de Amerikanen de opvolgers waren van de Britten als hypermacht, maar eigenlijk beantwoorden de VS als accidentele hypermacht aan het Nederlandse model. Zelfs de commentaar op Nederlanders toen was vergelijkbaar met wat men nu over Amerikanen zegt: dat de vrouwen er vrij en ongeremd waren, dat Nederlanders zich volvraten, dat ze dronken en veel tabak rookten. De toenmalige Nederlandse maatschappij kende ook een opvallende opwaartse mobiliteit. Iemand die met een kaashandeltje begon, kon jaren later in een paleis wonen.

In uw boek trekt u eveneens een parallel tussen het Mongoolse Rijk en de VS.

chua: De manier waarop buitenlandse genieën in Silicon Valley de VS een technologische en commerciële voorsprong gaven op de rest van de wereld, doet denken aan de manier waarop de Mongolen buitenlands talent hebben ingezet voor hun territoriale veroveringen. De opgang van de Mongolen tot hypermacht is mijn favoriete case. De Mongoolse nomaden bezaten aanvankelijk weinig cultuur: ze hadden geen geschreven taal, geen architectuur en ze konden zelfs geen brood bakken. Toch wisten ze de ene na de andere rijke stad te laten vallen, dankzij de incorporatie van vreemdelingen met vaardigheden die ze zelf niet beheersten. Zo waren de Chinese ingenieurs die moderne tuigen ontwikkelden om versterkte steden te bestoken, doorslaggevend voor de stootkracht van het Mongoolse leger. De vervaardiging door ingeweken wetenschappers van de Amerikaanse atoombom tijdens de Tweede Wereldoorlog is daarmee vergelijkbaar.

Heeft de Tweede Wereldoorlog ook niet bewezen dat onverdraagzaamheid een stevig fundament kan zijn om een rijk op te bouwen?

chua: Intolerantie en nationalisme zijn een strategisch instrument met een enorme mobiliserende kracht, maar uiteindelijk zal blijken dat het niet efficiënt genoeg is om een dominant wereldrijk mee uit te bouwen.

Zegt u nu dat Adolf Hitler verslagen is door zijn eigen intolerantie?

chua: Dat is inderdaad mijn visie. Ten eerste had hij de knowhow in huis om als eerste een atoombom te ontwikkelen, maar door Joodse wetenschappers als Albert Einstein op de vlucht te drijven heeft hij die technologische kennis geëxporteerd naar Amerika. Ten tweede lieten de nazi’s in de Oekraïne en Oost-Europa hele bevolkingsgroepen die hen gunstig gezind waren, onbenut. Ze hebben zichzelf daardoor in de voet geschoten. En ten slotte had de obsessie met de zogenaamde Joodse kwestie tot gevolg dat SS-baas Heinrich Himmler treinen opeiste om Joden naar de gaskamers te vervoeren, terwijl die treinen onmisbaar waren voor het troepentransport.

Intolerantie is uw verklarende factor voor de val van hypermachten. Tolerantie zou zelf de kiemen ervan zaaien. Een paradox?

chua: Mijn theorie houdt in dat tolerantie een noodzakelijke factor is voor de opgang van hypermachten, maar het verband tussen intolerantie en de ondergang van een rijk is iets zwakker. Er is zeker een associatie tussen beide, maar het is niet altijd duidelijk wat er eerst komt en wat een gevolg van wat is. In elk geval stellen we vast dat een tolerante hypermacht een punt bereikt waarop de assimilatie van de vele verschillende groepen met hun eigen waarden, talen en achtergrond niet meer lukt omdat er geen lijm is. Bij de Romeinen lag dat punt verderaf omdat ze bijvoorbeeld ook aan Afrikanen en Spanjaarden het burgerschap konden aanbieden. Het Perzische en het Mongoolse Rijk hadden geen extra bindmiddel, zij respecteerden de religie en gebruiken van de overwonnen volkeren, die om die reden hun lot aanvaarden, maar zich nooit deel van een gemeenschappelijk geheel voelden. Omdat er geen loyaliteit was, keerden ze zich op een bepaald moment toch tegen de overheersers.

Is het punt waarop assimilatie niet meer werkt in de VS nog veraf?

chua: We moeten het probleem op twee niveaus bekijken. Binnenlands steekt xenofobie de kop op tegen Mexicanen en andere latino’s, en tegen moslims. Ik ben principieel voor een maatschappij die zich openstelt voor immigratie en niet alleen voor hooggeschoolde krachten. Vele briljante koppen waren armoedzaaiers toen ze in Amerika aankwamen. Maar we moeten de poorten ook niet zomaar opengooien: immigranten moeten onze waarden aanvaarden en we moeten vermijden dat een te grote vloedgolf de bestaande rechtse en racistische ressentimenten verder aanwakkert.

De VS hebben in het verleden telkens de weerstand tegen nieuwe golven van immigranten – Italianen, Ieren, Joden, noem maar op – weten te overwinnen. Als de economische situatie zich herstelt, moet dat nu ook kunnen.

Internationaal ligt het moeilijker. Miljoenen mensen koesteren wrok tegen de VS als dominante hypermacht. Overal ter wereld drinken mensen cola en dragen ze jeans, maar dat genereert duidelijk geen bindmiddel en geen loyaliteit. De neoconservatieven meenden dat het volstond om het culturele pakket van Hollywoodfilms, cola, Starbucks, McDonald’s en jeans te verspreiden, maar dat heeft alleen maar tot een haat-liefderelatie geleid. De mensen verlangen wel naar die verleidelijke wereld, maar het frustreert hen dat ze niet aan de Amerikaanse samenleving kunnen deelnemen. Anders dan de Romeinen bieden de VS immers geen burgerschap aan.

Is het vandaag niet vooral een last om een hypermacht te zijn?

chua: Beslist. In onze tijd zijn er geen voordelen voor een democratische hypermacht die het zelfbeschikkingsrecht van volkeren respecteert. Het brengt vooral kosten met zich en wekt haat op, deels door eigen schuld en deels door afgunst. Bij de inpalming van Dacië keerden de Romeinen met kilo’s goud naar huis terug, maar zelfs havik Dick Cheney kon zich niet permitteren om in Irak de olievelden in te palmen. Daarom kunnen de VS zich beter niet meer als een unilateraal opererende militaire hypermacht gedragen. We moeten teruggrijpen naar het recept dat ons op een accidentele manier dominant heeft gemaakt, het Nederlandse model. Want Amerika blijft toch het land bij uitstek waar de meeste migranten van dromen.

U schreef uw boek voor president Obama aan de macht kwam. Herkent u iets van uw aanbevelingen in zijn beleid?

chua: Mijn boek was deels opgevat als waarschuwing tegen de unilaterale buitenlandse politiek van Bush en de toenemende binnenlandse xenofobie. De verkiezing van Obama, als Afro-Amerikaan en kind uit een gebroken gezin, was een goed signaal voor de VS als het land van vele mogelijkheden. President Obama heeft nu wel gigantische problemen geërfd, zoals de economische crisis en de situatie in Irak en Afghanistan, maar ik ben het in grote lijnen eens met zijn aanpak die op het internationale vlak ook coöperatiever is. Laten we hopen dat zijn beleid niet doorkruist wordt door een terroristische aanval. Angst is de beste voedingsbodem voor onverdraagzaamheid.

U hebt ook de Europese Unie als mogelijke uitdager van de VS geanalyseerd. Wat zijn onze kansen?

chua: De EU is een heel ander, maar fascinerend model. Het is een sterke magneet voor naties en het slaagt er daarbij in om goed bestuur en respect voor de mensenrechten af te dwingen. Maar de EU heeft nauwelijks aantrekkingskracht op veelbelovende individuen, wellicht omdat het net zoals China geen migrantensamenleving is. Europa krijgt zijn vacatures niet ingevuld met hoogopgeleide buitenlanders en de economie is ook minder dynamisch.

Wellicht wil Europa ook geen hypermacht worden, terecht, maar het houdt me bezig dat de assimilatie van nieuwkomers hier zoveel moeizamer verloopt. Een van uw collega’s merkte op dat een nieuwkomer in Amerika niet opvalt omdat de etnische diversiteit van de Amerikanen groter is. ‘Amerikaan’ is inderdaad een neutrale identiteit die je niet kunt aflezen aan uiterlijke kenmerken, ikzelf voel me bijvoorbeeld honderd procent Amerikaan. Maar waarschijnlijk heeft assimilatie ook te maken met aandacht voor patriottistische rituelen voor nieuwkomers. Dat is bij ons a big deal, terwijl nationalisme in Europa na de Tweede Wereldoorlog veelal iets aangebrands is gebleven.

In Europa is lang gediscussieerd of de zogenaamde grondwet moest verwijzen naar de joods-christelijke fundamenten van de Europese cultuur. Zou dit een goede zaak geweest zijn?

chua: Strategisch is een dergelijke vermelding een verkeerd signaal, maar het hangt er maar van af welke samenleving je wilt. Een neutrale samenleving trekt veel meer buitenlands talent aan.

AMY CHUA, WERELDRIJK VOOR EEN DAG, OVER DE OPKOMST EN ONDERGANG VAN HYPERMACHTEN, NIEUW AMSTERDAM UITGEVERS, 461 BLZ. 24,95 EURO.

DOOR ERIC BRACKE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content