Waarom is de gemiddelde temperatuur op aarde al tien jaar niet gestegen? En wat betekent dat? Wordt het klimaatprobleem overdreven? En wat is er aan de hand met het klimaatpanel van de Verenigde Naties, dat steeds harder onder vuur ligt? Twee experts laten hun licht schijnen over het klimaatdebat.

Dit is een heel delicaat debat’, zegt Piet Termonia. ‘Mensen reageren soms bijzonder irrationeel. Daar wil ik een beetje voor op mijn hoede zijn. Door heel nauwkeurig te zeggen wat ik precies bedoel, en door even nauwkeurig te zeggen wat ik niet bedoel. In dit debat doet een mens gauw uitspraken die heel explosief kunnen zijn, of die uit hun context kunnen worden gerukt. Daar wil ik voor uitkijken. Ik wil mijn domein van expertise ook niet te buiten gaan. Ik ben gespecialiseerd in de ontwikkeling van computermodellen die worden gebruikt in de meteorologie en de klimatologie. Dus daar wil ik graag over praten. De grote wereldvragen laat ik liever over aan de filosofen.’

Piet Termonia is sinds kort hoofd van het departement onderzoek en ontwikkeling aan het Koninklijk Meteorologisch Instituut in Ukkel. Eind vorig jaar schreef hij in De Morgen een opiniestuk waarin hij voorstelde om wetenschap en politiek even te scheiden. Want die scheidingslijn is vandaag niet altijd even duidelijk. Wetenschappers mengen zich in het politieke debat en politici gedragen zich als halve wetenschappers – beste voorbeeld: Al Gore. Met alle gevolgen van dien, want Gore nam het in zijn film An Inconvenient Truth niet altijd even nauw met de wetenschappelijke waarheid. Er zijn toch een paar dingetjes die hij ons niet vertelde, schreef Termonia in zijn opiniestuk. Dat de aarde sinds 2000 niet meer is op- gewarmd, bijvoorbeeld. Dat we strikt ge- nomen niet kunnen uitsluiten dat het de komende tien jaar zelfs gaat afkoelen.

Dat er tot dusver nog geen enkele reactie is gekomen op het opiniestuk van Termonia zegt veel over het klimaatdebat zoals het vandaag wordt gevoerd. Alarmkreten worden meteen opgepikt en uitvergroot, nuance krijgt haast nergens een forum. En die nuance is nodig, zegt Termonia: ‘De huidige klimaatproblematiek gaat gebukt onder een maatschappelijk proces van overselling – meer verkopen dan je kunt leveren -, met als mogelijk gevolg dat de klimatologie haar geloofwaardigheid dreigt te verliezen.’

De onzekerheden in de modellering van de atmosfeer zijn nog altijd zo groot dat wetenschappers geen eenvoudig advies kunnen geven, aldus Termonia: ‘Ofwel kiezen ze partij en verdedigen ze één bepaalde oplossing, ofwel zeggen ze eerlijk wat ze weten en wat ze niet weten, zonder partij te kiezen of een bepaalde oplossing te verdedigen. Ik verkies de tweede houding. De doelstellingen van de klimaattop van Kopenhagen in december vorig jaar zijn volgens mij een goede zaak. Maar dat is een persoonlijke politieke mening, die evenveel waard is als die van de man in de straat. Als wetenschapper moet ik sceptisch blijven. De klimaatmodellering staat, als je ze vergelijkt met andere meteorologische disciplines zoals numerieke weersvoorspellingen, nog in haar kinderschoenen. De onzekerheid is groot. Er zijn dingen die we weten, er zijn dingen die we niet weten.’

Wat weten we zeker?

PIET TERMONIA: Het broeikaseffect is een feit. Je kunt heel precies uitrekenen hoeveel een kolom stilstaande lucht opwarmt als je er een bepaalde hoeveelheid CO2 aan toevoegt. Een verdubbeling van de hoeveelheid CO2 doet de temperatuur met ongeveer één graad Celcius stijgen. Het probleem is: die oefening met een stilstaande kolom is sterk geïdealiseerd. De atmosfeer is geen kolom stilstaande lucht. En waterdamp is óók een broeikasgas, met een effect op de atmosfeer dat tien tot twintig keer sterker is dan dat van CO2. Daarom is het moeilijk in te schatten hoe gevoelig de atmosfeer precies is voor een stijging van het CO2-gehalte. We weten ook niet heel precies hoeveel waterdamp er in de atmosfeer zit. Daarvoor hebben we te weinig metingen en zijn ze niet precies genoeg. Bovendien kunnen we ook niet goed inschatten wat de gevolgen zijn van de zogenaamde feedbackmechanismen: hoe warmer het wordt, hoe meer waterdamp er in de atmosfeer terechtkomt, waardoor het nog warmer wordt… Dat is een gesloten lus van fysische processen die elkaar versterken, maar die we nog niet perfect begrijpen. Er zijn trouwens veel feedbacks in de atmosfeer. Sommige daarvan werken zelfs een opwarming tegen. Daarom, en om vele andere redenen, doen klimatologen ook geen voorspellingen, ze berekenen scenario’s.

Maar die worden wel als voorspellingen gepresenteerd, toch?

TERMONIA: Niet door de wetenschappers zelf. Het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change, het VN-orgaan voor de studie van klimaatverandering, nvdr) is daar ook zeer correct in: alle teksten hebben het over ‘projecties’, niet over voorspellingen. Maar in de dynamiek die ontstaat tussen wetenschap, media en politiek worden complexe gegevens vaak herleid tot simpele boodschappen, zodat mensen op de duur geloven dat wetenschappers kunnen voorspellen dat het deze eeuw op onze planeet zes graden warmer zal worden. En dat kunnen ze niet. Er zijn ondertussen, onder meer via de film An Inconvenient Truth van Al Gore, een aantal overdrijvingen in het publieke debat geraakt. Dat is een probleem, en dat mag wel eens gezegd worden. Ik ben niet de enige wetenschapper die dat vindt.

Verslikt u zich soms in uw koffie als u leest wat er zoal over het klimaat wordt geschreven?

TERMONIA: Natuurlijk. Maar dat geldt volgens mij voor elk debat, dat experts zich soms in hun koffie verslikken. Zeker met een controversieel onderwerp zoals het klimaat.

Het argument van Al Gore en consorten is natuurlijk: ‘Het is voor de goede zaak, dus we mogen een klein beetje overdrijven.’

TERMONIA: Precies. Maar als wetenschapper vind ik het nuttig om te zeggen: ‘Het is wel voor de goede zaak, maar op een aantal punten wordt er toch overdreven.’ Let wel, ik wil niet in het kamp van de zogenaamde ontkenners terechtkomen. Ik ben geen ontkenner, integendeel. Maar er zijn de afgelopen jaren wel ongelukkige uitspraken gedaan: The science is settled, bijvoorbeeld, de wetenschap is eruit. Dat klopt niet. De wetenschap is niet settled.

Wat weten we nog niet?

TERMONIA: We kennen de gevoeligheid van de atmosfeer niet precies. We moeten daar eerlijk in zijn: heel wat mechanismen begrijpen we nog niet goed. En dan is er natuurlijk de vraag welke impact de klimaatverandering zal hebben op de menselijke maatschappij. Op dat vlak kan de natuurkunde ons niet helpen, dus daarover kan ik geen expertise leveren. We weten ook niet waarom de gemiddelde temperatuur op aarde de afgelopen tien jaar niet lijkt te zijn toegenomen. Blijkbaar heeft de opwarming een pauze ingelast.

Misschien gaat de aarde de komende jaren wel afkoelen, hebt u geschreven.

TERMONIA: Dat is mogelijk, ja.

Hoelang kan die afkoeling duren? Tien jaar, twintig jaar, dertig jaar?

TERMONIA: Dat zou kunnen, we weten het niet. Maar dat betekent nog niet dat de algemene trend doorbroken wordt. Als we het hebben over de opwarming van de aarde, spreken we over tijdschalen van honderd jaar, dus een kortere periode van afkoeling hoeft de algemene trend niet tegen te spreken.

Onlangs bleek uit een aantal gehackte e-mails dat een aantal wetenschappers nogal selectief waren omgesprongen met recente temperatuurgegevens. Wat vond u daarvan?

TERMONIA: U hebt het nu over het zogenaamde Climategate. Dat wordt momenteel onderzocht door bevoegde instanties. Maar als dat waar is, dan is het natuurlijk een schandaal, een grote wetenschappelijke fout. Het zou alleen jammer zijn mochten dergelijke fouten de slinger helemaal in de andere richting doen uitslaan, van overselling naar totaal ongeloof. De onzekerheid is groot, maar politieke keuzes zijn wel vaker gebaseerd op grote on- zekerheid. Onzekerheid mag geen excuus zijn om niets te doen. Laat ik het zo formuleren: er zijn voldoende goede redenen om na te denken over een economie die in mindere mate gebaseerd is op fossiele brandstoffen. Verder kan ik als wetenschapper niet gaan.

Het IPCC ligt momenteel onder vuur. Hoe kijkt u daarnaar?

TERMONIA: Daar kan ik mij niet over uitspreken. Ikzelf noch het KMI zijn bij het IPCC betrokken, dus ik kan geen commentaar geven op wat daar intern allemaal aan de hand is. Ik kan u wel zeggen dat de eerste werkgroep over de fysisch-wetenschappelijke basis van klimaatverandering excellent werk heeft geleverd. Hun rapport geeft een uitstekend overzicht van de stand van zaken in de klimaatwetenschap. Er wordt in dat rapport trouwens heel veel aandacht besteed aan de onzekerheden in de kennis van de modellen en van de feedbacks in het bijzonder. Wat misschien niet altijd even duidelijk wordt gezegd is dat het IPCC geen wetenschappelijke instelling is. Het is een orgaan van de Verenigde Naties dat wetenschappelijke informatie moet verzamelen als fundament voor politieke besluit- vorming – het verzamelt expertise. Men spreekt weleens over de wetenschappelijke ‘consensus’, maar wetenschap werkt natuurlijk niet door consensus.

Hoe krijgen we het klimaatdebat ooit nog op het juiste spoor?

TERMONIA: (lacht) Dat lijkt mij meer een vraag voor journalisten en sociologen, niet alleen voor natuurkundigen.

Van Gore tot Saudi-Arabië

Vorige week bereikte het klimaatdebat Nederland: Politici woedend op klimaatpanel kopte de Volkskrant. De cijfers over Nederland in het IPCC-rapport zouden niet kloppen – zo zou dat rapport onder meer vermelden dat 55 procent van het land onder de zeespiegel ligt, terwijl dat maar 20 procent is – met zware gevolgen voor het beleid: dijken verhogen is in Nederland een investering van vele miljarden euro’s, dus de cijfers moeten kloppen.

Het Intergovernmental Panel on Climate Change van de Verenigde Naties komt de laatste tijd wel vaker ongunstig in het nieuws. Laatst bleek nog dat een voorspelling in het IPCC-rapport dat het Himalaya-ijs tegen 2035 gesmolten zou zijn, regelrecht van het World Wildlife Fund kwam en nergens op sloeg – het duurt eeuwen voor dat ijs ooit gesmolten is.

De Belgische klimatoloog Jean-Pascal van Ypersele, verbonden aan de Université Catholique de Louvain, is ondervoorzitter van het IPCC. Hij erkent dat die Himalayavoorspelling niet klopte. ‘Dat hebben we dan ook meteen rechtgezet op onze website’, zegt hij. ‘Het is zeer spijtig dat zo’n fout kon gebeuren, maar we zullen er alles aan doen om dat in de toekomst te vermijden. De kritiek van Nederland verbaast mij een beetje. Zoals het woord intergovernmental al zegt, is het IPCC een organisatie waarvan geen mensen maar landen lid zijn. Op ons laatste rapport werden in totaal 90.000 opmerkingen geformuleerd, zowel door wetenschappers als door de landen die lid zijn. Ik ga ervan uit dat de Nederlandse vertegenwoordigers die zogenaamde fout er zelf van tevoren hadden kunnen uithalen. De cijfers die het IPCC publiceerde, zijn trouwens ook terug te vinden in een officieel document van Rijkswaterstaat uit februari 2007. Dus de Nederlandse overheid zou haar huiswerk opnieuw moeten maken alvorens het IPCC op dit punt te bekritiseren.’

Begrijpt u dat sommige mensen het verontrustend vinden dat er toch hoe langer hoe meer fouten opduiken in de IPCC-rapporten? Wie weet wat klopt er nog allemaal niet?

JEAN-PASCAL VAN YPERSELE: Er wordt geregeld kritiek geleverd op het IPCC, maar meestal klopt die kritiek niet. Zo wordt ons verweten dat we een passage over het Amazonewoud niet gebaseerd hebben op wetenschappelijke artikelen, maar dat was wel het geval. Ook andere punten van kritiek kunnen we telkens perfect weerleggen. Soms is de kritiek zelfs een beetje belachelijk. Maar blijkbaar willen sommigen per se twijfel zaaien.

Hoe verklaart u dat?

VAN YPERSELE: Daar heb ik geen wetenschappelijke verklaring voor. Wel een hypothese, die gebaseerd is op een paar observaties. Ik wil ze met u delen voor wat ze waard is. Bij het begin van de klimaatconferentie in Kopenhagen hield een vertegenwoordiger van Saudi-Arabië een tussenkomst. Naar aanleiding van Climate- gate vond hij dat de wereld geen vertrouwen meer kon hebben in de klimaatwetenschap. Het was volgens mij dan ook geen toeval dat die gestolen e-mails net een paar weken voor de top in Kopenhagen waren uitgelekt. U weet dat er enorme belangen op het spel staan. Als de plannen voor uitstootreductie overal ter wereld worden uitgevoerd, lopen de olieproducerende landen het risico om de komende twintig jaar 4000 miljard dollar te verliezen. Ik wil niet zeggen dat er een rechtstreeks verband is tussen de kritiek in de pers en de belangen van de olieproducerende landen. Maar het zijn dat soort lobby’s die de meeste kritiek op z’n minst inspireren.

Vond u Climategate dan geen schandaal? Daaruit bleek toch dat wetenschappers bepaalde temperatuurgegevens hadden proberen te verdoezelen?

VAN YPERSELE: Eerst en vooral ging het om privécorrespondentie. Ik neem aan dat er in uw en mijn e-mails soms ook zinnen staan die gemakkelijk uit hun context kunnen worden gerukt. En het ging om een bijzonder complexe aangelegenheid. Uit analyse van boomringen sinds 1960 bleek dat de temperatuur op een bepaalde locatie almaar was gedaald, meer bepaald tussen 1960 en 1990. Terwijl de metingen net het tegenovergestelde uitwezen. Daarom koos men ervoor om de boomringanalyse buiten beschouwing te laten, omdat er blijkbaar ook andere factoren dan de temperatuur hadden meegespeeld bij de vorming van die ringen. Zeggen dat er wanpraktijken waren gebeurd, is alweer gewoon belachelijk.

Wat met het feit dat de temperatuur de afgelopen tien jaar niet is gestegen?

VAN YPERSELE: De afwezigheid van een temperatuurstijging sinds 1998 is niet significant – 1998 was bovendien een uitzonderlijk warm jaar.

Er klinkt luide kritiek op IPCC-voorzitter Rajendra Pachauri. Hij zou belangen hebben in allerlei bedrijven die garen spinnen bij de aanbevelingen van het IPCC.

VAN YPERSELE: Ook die kritiek verkoopt gemakkelijk in populistische kranten, maar is volledig ongegrond. Mijnheer Pachauri is voorzitter van het IPCC geworden net omdát hij zulke goede contacten heeft in de wereld van klimaatwetenschappers en bedrijven die zich bezighouden met hernieuwbare energie – dat is relevant, omdat het IPCC ook moet inschatten welke manieren er bestaan om de CO2-uitstoot te reduceren. Pachauri is onder meer directeur van TERI – The Energy and Resources Institute -, een nonprofitorganisatie die zevenhonderd mensen tewerkstelt en onderzoek doet naar hernieuwbare energie. Daarvoor moet hij natuurlijk geld bijeen krijgen. En zijn job als voorzitter van het IPCC wordt niet bezoldigd.

Tot slot, professor. Gaat u akkoord met Piet Termonia, dat het klimaatprobleem de laatste jaren een beetje wordt ‘oversold’ – dat er weleens een tikje wordt overdreven?

VAN YPERSELE: Laten we niet veralgemenen. Niet alle wetenschappers zijn hetzelfde, niet alle politici zijn hetzelfde, niet alle journalisten zijn hetzelfde. Als u die kritiek formuleert, moet u een beetje specifieker zijn.

Laten we ons beperken tot Al Gore, dan. Deed zijn film de waarheid geweld aan?

VAN YPERSELE: Mocht ik hem hebben mogen adviseren, dan zou ik hem op een paar punten wel hebben bijgestuurd. Zo suggereert hij in zijn film dat het afsmelten van de ijskappen in Groenland kan leiden tot de overstroming van New York. Het probleem is dat hij geen enkele indicatie geeft voor de tijdschaal waarop dat zou kunnen gebeuren. Hij lijkt te suggereren dat het over enkele jaren zover kan zijn, terwijl dat minstens drie of vier of vijf eeuwen zou duren. Dat is een vorm van impliciete overselling. Los daarvan vond ik zijn film, zeker naar Hollywoodmaatstaven, een redelijk accurate weergave van de werkelijkheid.

DOOR JOëL DE CEULAER

Piet Termonia

‘De klimaat-modellering staat nog in haar kinderschoenen. De onzekerheid is groot.’

Jean-Pascal van Ypersele ‘Soms is de kritiek belachelijk. Maar blijkbaar willen sommigen twijfel zaaien.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content