Ulrich Libbrecht is een pionier op het vlak van comparatieve filosofie. Deze wijsgerige discipline legt zich toe op het blootleggen en het vergelijken van de dieptestructuur van de grote filosofische tradities die zich over de hele wereld ontwikkeld hebben. Libbrecht ontwierp hiertoe een uniek model waarin de verschillende levensbeschouwelijke uitgangspunten op een gelijkwaardige manier benaderd worden. Heel kenmerkend voor Libbrecht is dat hij niet alleen de oosterse tradities bestudeert, maar evengoed de westerse en dat hij uitgaat van een integratie- en verzoeningsmodel in plaats van het meestal gebruikte conflictmodel. Het is dus volkomen onterecht Libbrecht kolonialisme, ‘westerse zelfhaat’ en ‘negentiende-eeuwse dweperij met het boeddhisme’ te verwijten (Knack nr. 27). Hier maakt Benno Barnard bovendien een foutieve interpretatie van de toestand in de negentiende eeuw. Libbrecht getuigt in zijn werk van een diepgaande waardering voor de Europese cultuur, maar zet zich af tegen het eurocentrisme dat de hoogstaande filosofische en culturele tradities van bijvoorbeeld China en India negeert.

Barnard gaat helemaal uit de bol wanneer hij Libbrechts interpretatie van het boeddhisme associeert met ‘een zoveelste variant op fantasieën over de edele wilde’. Wie enkele bladzijden Libbrecht heeft gelezen, weet dat Libbrecht niet over één nacht ijs gaat en dat hij beschikt over een grondige kennis en een kritisch-rationele ingesteldheid. Wie enige kennis heeft van de boeddhistische filosofie en praxis of – nog beter – contact heeft gehad met een boeddhist, rekent boeddhisten niet tot de ‘edele wilden’. Tevens blijkt Libbrechts onvooringenomenheid tegenover welke cultuur dan ook uit het programma van de door hem opgerichte en geleide School voor Comparatieve Filosofie Antwerpen. Hier kunnen leken op een vrijblijvende maar degelijke manier kennismaken met onder andere comparatieve, Chinese, Indiase, Joodse, islamitische, Afrikaanse én westerse filosofie. Wie zoiets uit de grond stampt, kan men moeilijk verwijten bij te dragen aan ‘de westerse zelfhaat die bezig is onze beschaving te slopen’. Libbrecht heeft zich daarentegen ingezet om onze beschaving te verrijken door actief aan cultuurverspreiding te doen en een aanzet te geven tot wereldburgerschap. Spijtig genoeg geeft Barnard van deze nochtans voor de 21e eeuw zo noodzakelijke levenshouding geen enkele blijk, gezien zijn beschamende uitspraken over boeddhisme en islam.

Is professor Libbrecht ‘een intellectueel die wat naar het Niets zit te staren’? Wat hij gerealiseerd heeft – en nog steeds op 80-jarige leeftijd realiseert – getuigt naar mijn gevoel van een diepe krachtbron die hij weet aan te boren. En dit is meer dan enkel ‘een actief religieus gen’.

Els Janssens, docente methodische tekstanalyse (AKUL) en comparatieve filosofie (SCFA en UA)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content