Het is weer Boekenweek in Nederland. Voor de 75e keer raast het grootste boekenevenement ter wereld door de Nederlandse media en de boekhandel. Tot spijt van de Vlaamse boekverkopers. Sommigen zouden maar wat graag meedoen.

Niet wéér een dierenboek. De jury van de AKO Literatuurprijs werd vorig jaar niet goed van al die teksten over vissen, vogels en vee die hij ter beoordeling kreeg. Schrijvers over hun huisdier – Martin Bril, Mijn leven als hond. Moderne dierenfabels – Jan Mulder, Labradoedel. Filosofische beschouwingen over dierenrechten – Erno Eskens, Democratie voor dieren. Frivole biologische weetjes – Kees Moeliker, De eendenman. Het dier in de oudheid – Fik Meijer, De hond van Odysseus. Het dier in de oorlog – Bibi Dumon Tak, Oorlogsdieren. Enzovoorts enzovoorts.

Het is de invloed van de Boekenweek die ieder jaar bij het ontwaken van de lente in Nederland plaatsvindt. In 2009 was die onder het motto ‘Tjielp tjielp, de literaire zoo’ gewijd aan het dier in de letteren. Dat stimuleerde uitgevers tot de pu-blicatie van een recordaantal gelegen- heidsuitgaven. Inclusief herdrukken van dierenklassiekers waren het er meer dan driehonderd. Allemaal hoopten uitgevers te profiteren van het acute verlangen naar een boek dat is gerelateerd aan het thema, dat de gigantische media-aandacht rond de Boekenweek weet los te maken.

Net als de Boekenbeurs in Vlaanderen inspireert de Boekenweek in Nederland opinieweekbladen tot themanummers over de stand van de literatuur, glossy maandbladen tot specials over bekende schrijvers en kranten tot bijlagen tjokvol interviews en recensies. Het NOS Journaal verslaat live de opening van de Boekenweek – later op de avond dunnetjes overgedaan door actualiteitenprogramma’s. De auteur van het Boekenweekgeschenk is in alle talkshows te gast. Documentaires over schrijvers worden vertoond. Radioprogramma’s organiseren debatten en rondetafels.

En al die intenties moeten gevoed. Met boeken over het thema.

Eén miljoen exemplaren

De Boekenweek, die van 10 tot en met 20 maart zijn 75e editie beleefd, is waarschijnlijk het grootste boekenevenement ter wereld. Niet alleen de media staan de komende weken bol van boeken, boekhandels, bibliotheken, literaire podia en scholen van Maastricht tot Den Helder nodigen en masse schrijvers uit. Populaire auteurs – al helemaal schrijvers met een nieuw boek dat perfect past in het thema ‘Titaantjes, opgroeien in de letteren’ – kunnen moeiteloos twee of drie keer per dag ergens aantreden voor een interview, lezing, ontmoeting met lezers of een eenvoudige signeersessie.

Direct vanaf de start is iedere Nederlander ervan op de hoogte dat het weer Boekenweek is. Op het Boekenbal, sinds 1938 de traditionele opening van de week, lopen tientallen cameraploegen, radioverslaggevers en schrijvende journalisten tussen de schrijvers en boekenvakbonzen om verslag te doen van de avond. Zij houden de mythe in stand dat het bedrijfsfeestje een van de hoogtijdagen uit het societyleven is. Honderdduizenden would- be auteurs dromen ervan: als je naar het Boekenbal mag en, zoals de gewoonte wil, een stuk van de versiering steelt, tel je mee.

De volgende ochtend begint de run op het Boekenweekgeschenk. Ieder jaar schrijft een literaire auteur van naam en faam een novelle van 96 pagina’s, die boekhandels weggeven bij aankoop van 12,50 euro aan Nederlandstalige boeken en bibliotheken aan mensen die tijdens de Boekenweek lid worden. De afgelopen jaren schreven onder meer Bernlef, Arthur Japin en Geert Mak het geschenk. Boekhandels en bibliotheken kunnen het boekje tegen kostprijs inkopen al naargelang zij de belangstelling inschatten. Dit jaar hebben zij bijna een miljoen exemplaren besteld.

Vooral de laatste jaren zijn steeds meer exemplaren van het Boekenweekgeschenk gedrukt. De zwaardvis van Hugo Claus kende in 1989 een oplage van 540.174, Het theater, de brief en de waarheid van Harry Mulisch 768.000 en Een Tafel vol Vlinders van Tim Krabbé vorig jaar een record van 968.000. De reden is: de Nederlandse Spoorwegen. Sinds de NS hoofdsponsor van de organiserende stichting CPNB is, kun je tijdens de Boekenweek één dag gratis reizen op vertoon van het geschenk. Gezinnen willen daardoor vier of vijf geschenken hebben.

Deze Boekenweek is Duel van Joost Zwagerman het Boekenweekgeschenk. Zoals de meeste geschenken: een onderhoudende novelle, maar te veel gelegenheidswerk om echt goed te zijn. De woordenstrijd tussen directeur Jelmer Verhooff van het Hollands Museum en de kunstenaar Emma Duiker over de waarde en betekenis van museale kunst is spannend. Duiker heeft een doek van Rothko vervangen door een kopie en laat het origineel bij wijze van kunstproject door Europa zwerven. De lange tocht van Verhooff om het doek terug te veroveren is echter te breed uitgesponnen.

Aan Vlaanderen voorbij

Hoe groot de Boekenweek in Nederland ook is, Vlaanderen merkt er maar weinig van. Het geschenk is niet te krijgen in Vlaamse boekhandels, hoe graag sommige boekverkopers dat – gezien de ook hier vrij grote naambekendheid van de auteur – zouden willen. Zelfs als de Vlaamse boekhandels bereid zouden zijn als inkoopprijs dubbel zoveel te betalen als Nederlandse boekhandels, gaat dat niet. De CPNB wordt financieel gestut door de Nederlandse brancheorganisaties van boekhandels, bibliotheken en uitgevers. Alleen de leden van deze verenigingen mogen meedoen aan de Boekenweek.

Het kan natuurlijk wel buiten de CPNB om. De Groene Waterman uit Antwerpen is een van de boekhandels voor wie een Nederlandse collega bereid is een doosje extra te bestellen en door te verkopen. ‘Er zijn altijd klanten die naar het geschenk vragen’, zegt Edith Aerts van De Groene Waterman. ‘Nederlanders die in Antwerpen wonen, maar ook Vlamingen met een grote literaire interesse. We verkopen het geschenk niet. We geven het weg aan vaste klanten.’ Ze zegt liever niet bij wie de winkel ze inkoopt. ‘Ik denk niet dat ik hem daar een plezier mee doe.’

Van het Boekenweekthema merkt het Vlaamse publiek nog minder. Al die gelegenheidsboeken van typische boekenpoepers als Martin Bril, Youp van ’t Hek en Fik Meijer die weinig tot geen naam in Vlaanderen hebben, kopen boekhandels ten zuiden van Roosendaal niet in. Alleen titels die ook na het einde van de Boekenweek nog bestaansrecht hebben, nemen ze op voorraad. Thematafels zie je ook niet. ‘Stel je voor’, zegt Aerts. ‘Onze klanten zouden absoluut niet begrijpen wat dat betekent. In de media hebben ze niets over dat thema gehoord.’

Jammer vinden boekverkopers het wel dat de Boekenweek ongemerkt aan Vlaanderen voorbijgaat. ‘Wij hebben volgende maand de Literaire Lente. Dat heeft een positief effect op de verkoop’, zegt Marc Zwijsen van De Boekuil, een kleine keten met vestigingen in Mortsel, Borgerhout en Turnhout. ‘Maar de Boekenweek is veel groter. De geschenken zijn vaak ook in-teressante boekjes.’ Aerts voegt eraan toe: ‘De meeste boeken die wij verkopen, zijn ook van Nederlandse uitgevers. Dus waarom zou de Vlaamse boekhandel geen Nederlands geschenk kunnen uitdelen?’

Een boekverkoper als Zwijsen zou het een goed idee vinden als Boek.be het geld dat aan Literaire Lente wordt besteed, uitgeeft aan een lidmaatschap van de CPNB en zo het recht verwerft om het geschenk uit te delen. Helaas is dat niet zo makkelijk. ‘De Nederlandse boekverkopers willen gewoon niet dat het geschenk in Vlaanderen wordt uitgedeeld omdat zij geen vaste boekenprijs hebben’, zegt directeur Geert Joris van Boek.be, die daar een paar jaar geleden nog met de CPNB over heeft gesproken. ‘Het geschenk zou gebruikt kunnen worden voor prijsacties. Dat willen ze niet.’

Henk Kraima

Toch is er een kans dat de Boekenweek in de nabije toekomst voet aan de grond krijgt in Vlaanderen. De man die de afgelopen vijfentwintig jaar de Boekenweek groot heeft gemaakt, treedt deze zomer terug. Henk Kraima. Bij zijn aantreden was de CPNB en daarmee het evenement bijna aan ruzie en onvrede ten onder gegaan, bij zijn vertrek is hij zelf – vooral als gastheer van het Boekenbal – een bekende Nederlander geworden. Maar hij was ook de man met wie Geert Joris en zijn voorgangers steeds vruchteloze gesprekken hielden. Met Vlaamse organisaties kon hij geen zaken doen.

‘Als zijn opvolger is aangetreden, ga ik zeker bij hem langs voor een kennismakingsgesprek’, zegt Joris. ‘Lid worden van de CPNB zou een gigantisch bedrag kosten, vrees ik. Voor onze leden zou de Boekenweek misschien ook meer kosten dan de Literaire Lente. Omdat publieks-acties worden betaald uit de inkomsten van de Boekenbeurs, betalen de leden voor de Literaire Lente niet de paar honderdduizend euro die het anders zou kosten. Toch wil ik met de CPNB praten: in de eerste plaats om het Vlaamse boek beter in Nederland in de markt te zetten.’

De Vlaamse boekverkoper hoopt op een vruchtbaar gesprek – al moet hij nog zo veel vluchtig gemaakte gelegenheidsboekjes op een thematafel proppen.

DOOR MAARTEN DESSING

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content