Waar moet een mens naartoe als hij een goeie Sam Shepard wil zien? Naar theater Strobos in Ertvelde. Dat had Joke Schauvliege goed bekeken.

Het was de eerste keer sinds 28 opiniemakers ‘in staking’ gingen dat er nog eens wat te beleven viel op de opiniepagina’s van De Morgen. Erwin Mortier haalde twee weken geleden zijn grofste geschut boven tegen de kersverse minister van Cultuur, Joke Schauvliege (CD&V). Iemand in haar entourage had haar aangespoord een interview te geven aan TerZake. Daarin bestond ze het niet alleen te zeggen dat haar ministerschap ‘een beloning’ was (waarvoor?), ze trapte ook met open ogen in een val die voor elke minister van Cultuur gespannen wordt: de cultuurquiz. Aan Ingrid Lieten vraagt men niet of ze ooit al heeft moeten overleven met een leefloon, terwijl ze toch bevoegd is voor armoedebestrijding. Aan minister Pascal Smet vraagt men niet of hij de eindtermen van de richting snit en naad kan opnoemen, terwijl hij toch minister van Onderwijs is. Maar elke cultuurminister moet zich onderwerpen aan een flauw examen. Bij Bert Anciaux was dat: welk boek hebt u gelezen? De nachten van Gerard Reve, luidde het antwoord. Het blijft hem tot vandaag achtervolgen. Schauvliege moest zeggen welk theaterstuk ze het laatst had gezien. Een stuk van een amateursgezelschap, zo bleek. Dan zal het wel een klucht geweest zijn, dacht Erwin Mortier. En meteen was de karikatuur getekend. Schauvliege = CD&V = katholiek verenigingsleven = platte klucht. De weldenkende kunstensector stond weer op zijn achterste poten. Het rondje masturbatie op de opiniepagina’s mocht beginnen. Het gegniffel in foyers en op recepties zal snel volgen.

Wat hebben we hieruit geleerd? Dat niets is wat het lijkt. Theater Strobos uit Ertvelde speelde geen klucht, het bracht een klassieker van het Angelsaksische repertoire: A Lie of the Mind van Sam Shepard. Dat soort stukken kun je in Vlaanderen trouwens alleen bij amateurgezelschappen gaan bekijken. Goed bekeken van Schauvliege.

De Vlaamse kunstenaars schieten weer eens in hun eigen voet. Tom Lanoye mag dan intellectueel gelijk hebben dat cultuur het ondergeschoven kindje van de Vlaamse ministersposten is, maar dat kun je iedereen verwijten… behalve Joke Schauvliege, natuurlijk.

De klok wordt bovendien een decennium teruggedraaid. In het tijdperk-Anciaux was stilaan het besef gegroeid dat cultuur niet hetzelfde is als kunst, maar dat beide toch niet zonder elkaar kunnen. De ‘ascetische elite’ leek een begrip uit het verleden, en kunstenaars werden zich steeds meer bewust van hun positie en verantwoordelijkheid in de samenleving. Een samenleving die hen trouwens meer dan ooit financieel steunt. De hooghartige kritiek van Erwin Mortier, maar ook van Jan Hoet (hij zou beter moeten weten), lijkt ingegeven door een onstilbaar verlangen om de kunst en de kunstenaar hors catégorie te plaatsen, hoog verheven boven het op kluchten beluste provinciale gepeupel.

Een minister van Cultuur mag geen kunstpaus zijn. Hij of zij moet een goede bestuurder zijn die met open vizier kennis wil nemen van de complexiteit van de sector en die zonder vooringenomenheid het schaarse geld zo goed mogelijk besteedt. In overleg met de sector en in dialoog met de hele samenleving.

Wie nu al – op basis van één dwaas interview en een algemene regeringsverklaring – het proces van de nieuwe minister wil maken, ontmaskert vooral zichzelf. Als een snob.

Reageer opblogs.knack.be/opinie

door Karl van den Broeck

Een minister van Cultuur mag geen kunstpaus zijn. Hij of zij moet een goede bestuurder zijn.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content