Hij leerde het vak bij Guy Mortier, schreef een biografie van Hugo Schiltz en is bevriend met Rik Torfs. Alle duidingsprogramma’s van de openbare omroep worden door hem geleid. Kris Hoflack: ‘U doet de nieuwsdienst onrecht aan.’

Normaal gesproken had Siegfried Bracke ook mee aan tafel moeten zitten. Maar die weigerde, ‘vriendelijk doch beslist’, om met Knack in debat te treden. En zo gebeurde het dat uw twee verslaggevers die ochtend oog in oog zaten met uitsluitend en alleen Kris Hoflack.

Nu heeft Hoflack, sinds het ontslag van Bracke uit het comité van hoofdredacteuren, ook wel meer dan ooit de touwtjes in handen bij de VRT. Hij is hoofdredacteur van alle duidingsprogramma’s. Samen met Wim Willems (hoofdredacteur nieuws) en Liesbet Vrieleman (hoofdredacteur online berichtgeving en verantwoordelijk voor mensen en middelen) leidt hij voortaan de nieuwsdienst van de openbare omroep.

We hebben heel wat te bespreken. Eerder dit jaar, in volle verkiezingsperiode, hekelde Knack in een opiniestuk de manier waarop Hoflack en de zijnen omgaan met politiek nieuws. ‘Op de nieuwsdienst van de VRT zijn de publieksgerichtheid en formatteringsijver de laatste jaren enigszins uit de hand gelopen’, schreven we toen. ‘Alsof men, uit vrees dat de kijker door de bomen het bos niet meer ziet, ineens maar alles heeft kaalgeslagen. In de verkiezingsprogramma’s is dat duidelijk: de vorm wint het van de inhoud.’

Nog erger is het feit dat politici voortdurend opduiken in entertainmentprogramma’s zoals De Laatste Show, Villa Vanthilt, De Pappenheimers en De Slimste Mens. ‘Ach, ik ben een nogal tolerante mens’, zegt Hoflack. ‘Als politici vinden dat ze dat moeten doen, dan heb ik daar geen probleem mee. Per slot van rekening moeten zij verkozen worden, ik niet. De media hebben de markt en de boerenkermis vervangen als de plaats waar je stemmen kunt ronselen, dus in die zin lijkt het mij zelfs logisch dat politici in zulke programma’s opduiken. Als ze het niet doen, dan siert hen dat – ik vind het bijvoorbeeld knap dat Guy Verhofstadt daar nooit aan meedoet. Maar ik zou het zeker nooit willen verbieden.’

De impact van zulke programma’s kan wel zeer groot zijn, denk maar aan het effect dat zijn optreden in De Slimste Mens heeft gehad op Bart De Wever.

KRIS HOFLACK: Andere politici hebben precies dezelfde kansen gekregen, hoor. Steven Vanackere, Johan Vande Lanotte… Die zaten er ook allemaal in.

De Wever heeft toch een kans meer gekregen: het was al de tweede keer dat hij mocht meedoen, de eerste keer lag hij er na één deelname uit.

HOFLACK: Akkoord, maar ik ben niet zo perfide om te denken dat daar een uitgekiende strategie achter zat. Bart De Wever heeft zijn succes trouwens niet alleen te danken aan De Slimste Mens. Hij is een uitstekende debater, een man met veel bagage. Ik vind het zijn grote verdienste dat hij het nationalisme opnieuw interessant heeft gemaakt. Ik vind nationalisme, samen met religie, een van de vreselijkste zaken die de geschiedenis heeft voortgebracht. Maar De Wever kan op een indrukwekkende manier een onderbouwd ideologisch verhaal brengen. Ik zou hem durven vergelijken met Guy Verhofstadt ten tijde van diens Burgermanifesten – toch de laatste deftige politieke boeken die in Vlaanderen zijn verschenen. De meeste politici kwamen nog niet tot aan de enkels van Verhofstadt. Hetzelfde zie je nu met Bart De Wever.

Dat zegt veel over al die andere politici.

HOFLACK: Ik wil niemand kwetsen, maar de lage kwaliteit van ons politiek personeel lijkt mij een bedreiging voor de democratie. Wij denken gemakkelijk dat de democratie een kat met zeven levens is. Maar ik vrees dat dat wel eens een geweldige vergissing zou kunnen zijn. Als je ziet welke mensen onze partijen systematisch naar het parlement sturen, als je ziet hoe het opvolgerssysteem tot gevolg heeft dat veel parlementariërs niet eens iets dúrven te zeggen – dan ben ik bang dat onze democratie wordt uitgehold en ondermijnd.

Is de manier waarop de openbare omroep in verkiezingstijd met politiek omgaat, niet evenzeer een bedreiging voor de democratie?

HOFLACK: Wel, daar ben ik het dus geweldig mee oneens. Ik vind dat uw opiniestuk van enkele maanden geleden deze nieuwsdienst veel onrecht aandeed. Sinds ik hoofdredacteur duiding ben, en dat is nu toch al vijf jaar, is het aanbod enorm verruimd. Wij maken nu Villa Politica, Volt, Vranckx, De Keien van de Wetstraat, Phara… Ik heb er mee voor gezorgd dat Panorama opnieuw spraakmakende eigen reportages brengt.

Waarvoor hulde. Maar dat opiniestuk ging niet over uw duidingsprogramma’s, wel over uw verkiezingsprogramma’s.

HOFLACK: Toch ging u geweldig uit de bocht. U hebt bijvoorbeeld Terzake09 zeer hard aangepakt.

De meerwaardezoeker in ons vond het veel te oppervlakkig.

HOFLACK: Nochtans lagen de kijkcijfers hoger dan die van de gewone Terzake. En ook de waarderingscijfers waren uitstekend. Meer dan een maand lang hebben we moeilijke onderwerpen zoals staatshervorming, zorg, cultuur ter sprake gebracht. Ik zie dat in het buitenland niet zo gauw gebeuren. Ook in andere programma’s hebben we politici met elkaar in debat laten gaan. Denk maar aan De Keien van de Wetstraat, met de gesprekken tussen Karel De Gucht en Jean-Marie Dedecker, of Mieke Vogels en Marie-Rose Morel.

Maar in dat laatste gesprek ging het meer over hun ziekte dan over politiek. Dat was meer een interview zoals je dat verwacht in Dag Allemaal of in Humo.

HOFLACK: Ik ben een Humo-man. In serieuze interviews moet je ook proberen om de mens achter de politicus te zoeken: zo is mij dat bijgebracht door de grote goeroe Guy Mortier. De geschiedenis wordt gemaakt door mensen. Zonder Napoleon of Hitler had de wereld er helemaal anders uitgezien. Als Helmut Kohl en François Mitterrand niet zo goed hadden kunnen samenwerken, stond de Europese Unie niet zo ver als vandaag. Soms zijn puur menselijke aspecten heel belangrijk voor het doen en laten van politici.

Akkoord, maar bent u nu niet een dure, rationele uitleg aan het verzinnen voor iets wat hele andere redenen heeft: met menselijke verhalen haal je gewoon meer kijkers.

HOFLACK: Nee, er zit meer achter dan dat. Als historicus heb ik altijd geleerd hoe belangrijk de mens achter de politicus is. Zoals je Hugo Schiltz niet kon begrijpen zonder te weten wat er tijdens de collaboratie is gebeurd, zo kun je de drive van Marie-Rose Morel niet begrijpen zonder over haar ziekte te praten. Vaak is het zeer relevant om het daarover te hebben. Dus doen we het voor de kijkcijfers? Voor een stuk wel. Maar u dreigt het kind met het badwater weg te gooien. Wij moeten wel werken voor een breed publiek, natuurlijk.

De vraag is alleen: wat maak je om dat grote publiek te bereiken? Kleutertelevisie zoals FC De Kampioenen, of topkwaliteit zoals De Parelvissers? Ze scoren allebei, maar kwalitatief is er een groot verschil. Maakt de nieuwsdienst niet te veel FC De Kampioenen?

HOFLACK: Nee, daar ben ik het niet mee eens. Tijdens de verkiezingscampagne hebben wij zelfs over Europa een programma gemaakt voor een breed publiek. Akkoord, we hadden Guy Verhofstadt en Jean-Luc Dehaene wat langer aan het woord moeten laten. Maar anderzijds: van de onverteerbare brok die de Europese politiek vaak is, hebben wij toch maar op zondagavond een grote show gemaakt. Het Nederlandse opinieblad Elsevier heeft ons daar nog lof voor toegezwaaid.

In eigen land was de kritiek anders niet mals. Ook uw voormalige leermeester Luc Huyse, met wie u in een vorig leven vijf jaar hebt samengewerkt aan de K.U. Leuven, was heel streng.

HOFLACK: Volgens Huyse ga ik krampachtig om met zijn kritiek. Maar dat begrijp ik eerlijk gezegd niet. Huyse heeft meegewerkt aan Het Onvoltooide Land, hij heeft zijn kritiek in Phara mogen komen toelichten… Wat kan ik nog meer doen?

Heeft Huyse geen punt als hij zegt dat journalisten voortdurend iedereen ter verantwoording roepen, terwijl ze blind zijn voor de rol die ze zelf spelen? De nieuwsdienst van de VRT, en bij uitbreiding de hele Vlaamse journalistiek, kent geen zelfkritiek.

HOFLACK: Wat moeten we dan doen? Alle hoofdredacteuren rond de tafel zetten om te discussiëren over de rol van de media? Dat is toch verschrikkelijk navelstaarderig. En zou het een goed programma opleveren?

Is de vraag niet veeleer: is het een relevant onderwerp? De uitdaging bestaat er dan in om daar een goed programma van te maken.

HOFLACK: Zo interessant zijn de media toch niet. Wij vinden van wel, maar vindt de kijker dat ook? Los daarvan ben ik een groot voorstander van een kritisch debat. Ik zou mijn leven geweldig saai vinden als ik niet meer met andere mensen van mening kan verschillen. In die zin heb ik geen probleem met de kritiek van mensen zoals Luc Huyse, die ik een van onze grootste menswetenschappers van de afgelopen vijftig jaar vind. Alleen vind ik het nogal gemakkelijk om alleen te schieten op de VRT en op de media. Ik zou zeggen: beste Luc, kijk ook eens naar uw eigen universiteit en het niveau van de professoren aldaar. Academici hebben een belangrijke maatschappelijke opdracht, maar welke academicus van niveau kun je nu nog opvoeren in de media? Ik wil ze allemaal brengen, hoor, de grote denkers. Maar noem mij nu eens één historicus die de afgelopen jaren een boek heeft geschreven waar je niet omheen kunt? (grijnst) De enige die ik ken is Jo Tollebeek, maar diens magnum opus is mij ontgaan.

Gelukkig is Rik Torfs er nog.

HOFLACK:(lacht) Ah, mijn goede vriend Rik. Briljante wetenschapper. Toegankelijke pen. Uitstekend interviewer. Maar uitgespuwd als de nar van de universiteit.

Moest die man nu ook nog per se in de verkiezingsprogramma’s worden binnengesleurd?

HOFLACK: Wel, in Nooitgedacht stelt Rik vragen die ik hier op de nieuwsdienst niemand zie stellen. In combinatie met Sieg zou dat perfect werken. Twee grumpy old men, dat was de bedoeling. En het heeft gewerkt. De Stemming 09 was een toegankelijk programma, dat ook goede waarderingscijfers heeft gehaald.

Maar zag u dan niet met welke totaal ongepaste zelfgenoegzaamheid Bracke en Torfs dat programma zaten te presenteren? Vindt u dat echt geen probleem?

HOFLACK: Ik vind die kritiek onterecht. Het enige waar Rik Torfs voor moet uitkijken, is dat hij niet te snel verslijt. Want televisie verslindt mensen, daarom worden carrières almaar korter. Het zou jammer zijn mochten we hem over vijf jaar niet meer kunnen inzetten.

Zelf bent u, zoals gezegd, historicus. U hebt nog een biografie van Hugo Schiltz geschreven. Wat fascineerde u aan die man?

HOFLACK: Schiltz was de eerste Vlaams-nationalist met niveau. Net zoals Théo Lefèvre, over wie ik ook heb geschreven, was Schiltz een getormenteerde figuur met een duidelijk doel in zijn leven. Ik heb het nogal voor mensen die zich ergens echt in kunnen smijten. Misschien deden zij wat ik ook wel graag had willen doen. Ik ben grootgebracht met het idee dat je altijd je verantwoordelijkheid moet opnemen.

Zou de politiek iets voor u zijn?

HOFLACK: Dat is niet aan de orde, want ik word niet gevraagd. Ik ben ook niet bij een partij te situeren. Sommigen, vooral bij het Vlaams Belang, schrijven dat ik vroeger lid was van de RAL, de Revolutionaire Arbeidersliga, maar dat klopt niet. Anderen noemen mij een logebroeder. Ik weet niet waar al die verhalen vandaan komen. Mijn goede vriend Siegfried is bij de loge, maar ik niet.

Over het Vlaams Belang gesproken: wat is tegenwoordig de houding van de VRT-nieuwsdienst?

HOFLACK: Bij de laatste federale verkiezingen hebben we het VB duidelijk niet behandeld als een andere partij. Wij hebben kanseliersdebatten gehouden waar zij niet voor waren uitgenodigd. Zij hebben daarvoor een klacht ingediend bij de Vlaamse Regulator voor de Media, en die heeft mij veroordeeld. Ik ben dan in beroep gegaan bij de Raad van State, maar die heeft mij ook veroordeeld. Dat impliceert dus dat ik als hoofdredacteur verplicht ben om bij grote debatten alle partijen aan het woord te laten, ook het Vlaams Belang. De openbare omroep kan het zich niet permitteren om een beslissing van de Raad van State naast zich neer te leggen.

De openbare omroep heeft een hobbelig parcours afgelegd ten aanzien van het VB.

HOFLACK: Het ís ook een moeilijke kwestie. Ik heb, toen ik nog aan de K.U.Leuven zat, meegewerkt aan de stichting van de Verontruste Juristen, die aantoonden dat het programma van het Vlaams Blok in strijd was met de mensenrechten. Ik was betrokken bij het eerste proces dat ooit tegen het Vlaams Blok in gang werd gezet. Maar ik weet niet of dat allemaal wel zo slim was, achteraf bekeken.

U bent duidelijk gehersenspoeld door Siegfried Bracke. Hij heeft u ervan overtuigd dat die aanpak contraproductief was. Daarom heeft hij bij de VRT een jaar of zes geleden ook de zogenaamde normaliseringsstrategie ingezet. In de hoop dat een normale behandeling van het VB de partij minder aantrekkelijk zou maken voor de kiezers.

HOFLACK:Sieg heeft mij niet gehersenspoeld, hoor. Daar is hij de man niet naar. Maar dit is wel een heel moeilijk debat. Het Vlaams Belang werd in de jaren negentig alleen maar groter en groter. Dat konden we toch niet zomaar laten gebeuren. Een openbare omroep moet ook proberen te waken over het democratisch gehalte van de samenleving. We moesten iets doen.

Journalisten moeten maar één ding doen: de waarheid ontbloten. Niet de stembusgang proberen in deze of gene richting te beïnvloeden. Journalisten mogen niet strategisch denken.

HOFLACK: Maar dan vind ik dat Walter Zinzen en anderen een even grote historische vergissing hebben begaan. Zinzen weigerde mensen van het Vlaams Blok te interviewen.

Omdat hij wist dat ze logen tegen duizend per uur. Zinzen maakte wel reportages waarmee hij de waarheid over die partij probeerde bloot te leggen. Zoals het een journalist betaamt.

HOFLACK: De waarheid is dat wij allemaal, alle journalisten, op een onbeholpen manier zijn omgegaan met de opkomst van het Vlaams Blok. Zelfs de problemen die door die partij worden aangekaart, werden aanvankelijk doodgezwegen, uit politieke correctheid. Iedereen heeft daarin steken laten vallen, dus het is niet correct om alleen de openbare omroep daarvoor aan te vallen. En over die zogenaamde normaliseringsstrategie: zo genormaliseerd is onze relatie met het VB niet. Het bewijs daarvan is dat de klachten de voorbije jaren gewoon zijn blijven doorgaan.

Het is niet omdat ze bij het VB zeggen dat ze oneerlijk worden behandeld, dat dat ook zo is. Hun strategie bestaat er net in om toch altijd die indruk te wekken.

HOFLACK: Luister, ik heb vijf jaar geleden, toen ik aan het hoofd van de duidingsprogramma’s kwam, ook gedacht: ze komen er niet meer in. Maar daarvoor moeten wij als openbare omroep wel politieke steun hebben. Zo’n beslissing moet gedekt worden door de raad van bestuur. En dat was volledig uitgesloten. Ik heb het daar ook vaak over gehad met andere politici, en die zagen een uitsluiting van het VB ook niet zitten.

Tot slot: Siegfried Bracke is naar verluidt in onderhandeling met Woestijnvis. Is het denkbaar dat Woestijnvis een duidingsprogramma gaat maken dat in het zendschema van de nieuwsdienst terechtkomt?

HOFLACK: Nee, zolang ik hier zit, is dat niet mogelijk. Ik kan niet verbieden dat mensen naar Woestijnvis gaan. Maar het is erg moeilijk om tegelijk een gezicht van Woestijnvis en van de nieuwsdienst te zijn. Al laat het regeerakkoord wel een opening: in de toekomst is het niet uitgesloten dat ook ‘andere spelers’ informatieprogramma’s maken. Het lijkt me geen goede zaak als externe productiehuizen voor de openbare omroep nieuwsprogramma’s zouden maken.

Volgens Siegfried Bracke is het de morele plicht van elke journalist om een optimist te zijn. Gaat u daarmee akkoord?

HOFLACK: (lacht) Ik heb dat ook gelezen. Sieg is nu eenmaal een zeer voluntaristische mens, net zoals Guy Verhofstadt. Ik ben iets sceptischer moet ik zeggen. Volgens mij is het de morele plicht van alle journalisten om goede stukken te maken.

Over de democratie die in gevaar is, bijvoorbeeld?

HOFLACK: Wees gerust, wij bereiden een paar stevige programma’s voor over de grote vragen van deze tijd.

DOOR JOëL DE CEULAER EN STIJN TORMANS/foto’s franky verdickt

‘De lage kwaliteit van ons politiek personeel lijkt mij een bedreiging voor de democratie.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content