De overheid doet er helemaal verkeerd aan om radicale groepjes zoals Sharia4Belgium te willen vervolgen of verbieden. Dat zegt Rik Coolsaet, die net een studie over radicalisme heeft afgewerkt. Een gesprek over de lokroep van de simpele verhalen.

Vijf jaar geleden werd de preventieve aanpak van radicalisme als Europese prioriteit naar voren geschoven. De Gentse professor Rik Coolsaet werd drijvende kracht van de Expert Group on Violent Radicalisation. Een paar weken geleden hield hij er nog een uiteenzetting over op een seminarie van de Europese Commissie, en nu heeft hij net een studie klaar voor het tijdschrift International Affairs. Hij constateert dat de Europese strijd tegen radicalisme teruggevallen is en dat er een ‘vermoeidheid’ is ingetreden.

Het besluit van Coolsaet is dat de overheidsstrategieën tegen radicalisme een contraproductief effect hebben. Een van de redenen is dat religieuze en politieke radicalisering systematisch door elkaar gehaspeld worden. Rik Coolsaet verwijst naar de zeer recente conclusies van de Nederlandse geheime dienst AIVD, die jarenlang twintig jihadisten volgde, die de strijd nu hebben afgezworen. Dat komt niet door de dure overheidsprogramma’s tegen radicalisering, integendeel. Wel omdat ze nu een job hebben, een huwelijk of kinderen. Dus moet er vooral op die sociale en persoonlijke context worden ingespeeld.

Professor Coolsaet slaakt een diepe zucht als hij hoort dat Antwerpen het salafistische groepje Sharia4Belgium laat vervolgen en een dwangsom opleggen, omdat zij amok maakten tijdens een lezing van Benno Barnard onder de titel ‘Lang leve God, weg met Allah’. Aanstoker Abu Imran noemde zich achteraf het slachtoffer van een afrekening omdat het Antwerpse parket bekendmaakte dat hij al meermaals voor diefstal en weerspannigheid veroordeeld was. En Benno Barnard noemde zich het slachtoffer van een hetze nadat bekend werd dat hij de twee bodyguards van Filip Dewinter had ingeschakeld en een Vlaams Belangmannetje alles had laten filmen.

Wordt dat hevige islamdebat geen splijtzwam in de Vlaamse samenleving? Het is niet bepaald een onderwerp dat je aan de zondagse koffietafel in de familie wilt aansnijden als je de sfeer niet wilt bederven.

Rik Coolsaet: Sommige hoofdredacteurs reageerden nog vrij genuanceerd nu. Maar een aantal politici en polemisten dreven het weer op de spits. Ik vrees dat deze hetze weer een wonde in de samenleving heeft geslagen en de klok een stukje teruggedraaid heeft. Het drijft mensen uit elkaar. Volgens Nederlands onderzoek zou de bevolking nu toch een grotere mildheid voor de medeburger opbrengen, die echter niet weerspiegeld wordt in het publieke debat. Daar voeren de extreme stemmen het hoge woord.

Voor alle zekerheid: de salafistische radicalen zijn volgens u géén fundamentele bedreiging van de democratie of de rechtsstaat?

Coolsaet: Het schaadt nooit om even naar de feiten te kijken vooraleer men een opinie poneert. Het salafisme is een orthodoxe interpretatie van de islam. Vergelijk het met de Bijbelgordel in Nederland, de getuigen van Jehova of de ultraorthodoxe Joden. Zoals elders, is dat hier pas in de jaren negentig meer zichtbaar geworden. Als onzekerheid toeneemt, stijgt de behoefte aan religie, overal en altijd. Religieuze salafisten zijn apolitiek en geweldloos. Daarnaast heb je de jihadistische salafisten, die bereid zijn terreur te gebruiken en de heilige oorlog preken. Maar die zijn duidelijk op hun retour. Het aantal terreurincidenten daalt aanzienlijk, zeker in Europa, maar ook wereldwijd. Osama Bin Laden heeft zijn Robin Hoodimago verloren en is niet meer populair, en de kleine kern van Al-Qaeda is volledig geïsoleerd.

Maar de radicalisering is toch een reëel probleem bij jongere moslims, zeggen de meeste waarnemers?

Coolsaet: Jongeren staan van oudsher op hun strepen – gelukkig maar. En aangezien de samenleving sinds 9/11 zo sterk ging afgeven op radicale moslims, zijn sommige jongeren dat gaan koesteren, zoals een geuzentitel. In de afgelopen jaren zijn er hier en daar kleine groepjes activisten ontstaan, die men ‘islamitische neoradicalen’ noemt. Die doen wel aan politiek en pakken uit met provocaties en radicale initiatieven – zoals in Antwerpen het verstoren van die lezing door Sharia4Belgium. Zij zeggen onmiddellijk de sharia te willen invoeren, of toch hun versie ervan. Iedereen vindt die groepjes intimiderend, ook en vooral de moslimgemeenschap zelf. Maar het is sowieso een heel beperkt fenomeen.

Als veiligheidsdienst moet je daar oog voor hebben, maar als politieke overheid moet je er omzichtig mee omgaan, of je krijgt het omgekeerde effect van wat je beoogt. Pure repressie werkt contraproductief. Je mag ze niet op een piëdestal zetten en groter maken dan ze zijn, want dat is net wat ze willen. Curieus hoe sommige politici en polemisten alles nu door elkaar haspelen en dat marginale groepje gelijkstellen met dé islam. Het gevolg is dat je de samenleving opsplitst in moslims en niet-moslims, precies zoals die neoradicalen willen. Het is nog het best te vergelijken met de extreemlinkse activisten van de jaren zeventig. Die wilden ook de onmiddellijke invoering van de communistische heilstaat, en ze hadden al even weinig aanhang.

Waarom zouden de huidige radicalen zich op de Koran gooien zoals de radicalen van de jaren zeventig op Het Kapitaal?

Coolsaet: Vanuit een gevoel van onrecht, terecht of niet terecht. Waarom krijgt dat protest vandaag een religieus gewaad? Complex verhaal. Laten we het de tijdsgeest noemen. Om het simpel te houden: islam is now the only game in town, zoals een Amerikaanse collega mij zei. Van alle universele waardesystemen is vandaag kennelijk enkel de islam bruikbaar om lokale en mondiale misstanden met elkaar te verbinden en een soort utopie te bieden – zoals het marxisme dat vroeger deed. De oude ideologieën hebben afgedaan, daar zit geen revolutionaire kracht meer in. Uit onderzoek blijkt dat het salafisme vooral in kansarme milieus succes heeft. Een context van marginalisering en vernedering ligt mee aan de basis. Niets creëert zo’n vruchtbare bodem voor politieke radicalisering als het gevoel in het kamp van de verliezers te zitten.

Hoe beperkt zijn de aantallen dan?

Coolsaet: Wat religieuze salafisten betreft, schat ik dat er in ons land een twintigtal voorlopers zijn die preken en lezingen geven. Niet alleen meer in de grote steden, maar ook in de provincie heb je nu grote religieuze bijeenkomsten van salafisten. Zij geven vooral conferenties over hoe je als goede moslim te gedragen. Er zijn vermoedelijk enkele duizenden salafistische volgelingen in België. De islamitische neoradicalen van hun kant zijn wellicht slechts met enkele tientallen, misschien honderd. Radicale moskeeën die tot de gewapende strijd oproepen, zoals in de jaren na 9/11, zijn er wellicht niet meer. Nu spreken we over zelfradicalisering van onderuit en niet meer over rekrutering en brainwash-ing van bovenuit. Het gebeurt nu in vriendenkringen en op internet, waar men zichzelf en elkaar oppept. De groepsdynamiek is veel belangrijker dan het religieuze of ideologische verhaal. ( lacht) Het is zoals mijn ouders vroeger tegen mij zeiden: pas op voor slechte vrienden! Die vriendenkringen kun je alleen aanpakken door hun eigen gemeenschap en vooral hun familie te overtuigen en aan je kant te krijgen. Maar door te polariseren, bereik je juist het omgekeerde en duw je hen van je weg.

Repressie werkt averechts tegen radicalisme, zegt u. Maar moet men haatzaaiende predikers dan zomaar laten betijen? Worden zij gevolgd in België?

Coolsaet: Iedereen is gelijk voor de wet, dat moet altijd het uitgangspunt zijn. Linkse, rechtse of islamitische haatzaaiers moeten op dezelfde manier worden bestreden. Trouwens, chapeau voor de Belgische veiligheidsdiensten: zij willen doelbewust geen onderscheid maken. Ik heb het gevoel dat ze de vele schakeringen van wat gemakshalve het ‘moslimradicalisme’ wordt genoemd, wel degelijk goed volgen en ook in het juiste perspectief plaatsen. Zij zien de beperkte omvang van het probleem veel beter in dan de politici, vrees ik.

Als wij met de Europese Expert Group iets duidelijk hebben gemaakt, dan is het wel dat er een sterk onderscheid is tussen religieuze en politieke radicalisering. Religieuze radicalisering vertrekt vanuit een zoektocht naar identiteit en vanuit een behoefte aan houvasten in een onzekere wereld. In het ergste geval leidt het naar orthodoxie en culturele gettovorming. Maar politieke radicalisering vertrekt vanuit een gevoel van onrecht en woede. In het ergste geval leidt dat tot extremisme of, uitzonderlijk, tot terrorisme.

Moet men met salafisten in dialoog gaan?

Coolsaet: Sommige politiediensten in Europa werken met religieuze salafisten samen tegen jihadisten. Ik heb daar een probleem mee, omdat je hen zo credibiliteit geeft. Met een marginaal groepje neoradicalen als Sharia4Belgium valt ook niet te discussiëren, vrees ik. Dat is een sekte en die geloven alleen in hun eigen gelijk. Zoals elke sekte bieden zij simpele, duidelijke regels aan. Maar hun vorm van islam is typisch cut and paste, knip en plakwerk. Zij pikken uit de islam alleen die elementen die in hun kraam passen. Net zoals in die brief die de jihadis-tische moordenaar Mohammed Bouyeri op het lijk van Theo van Gogh had gespiest.

U verwacht dat het probleem zal uitdoven. Waarom?

Coolsaet: ( lacht) Het zal misschien verwonderen, maar moslims zijn ook maar mensen. Persoonlijke triggers spelen de hoofdrol. Huisje, tuintje, boompje, beestje – dat is toch ook de reden waarom wij niet meer zo radicaal zijn als in onze jeugd? Het jihadistische salafisme is al op zijn retour en ook het neo-radicale salafisme zal uitdoven. Niet doordat de overheid hen streng aanpakt, maar doordat de eigen gemeenschap hen niet lust. De grote meerderheid van moslims is vooral bezig met dagelijkse beslommeringen, net zoals u en ik. Een job geven is dus een goede remedie, maar helaas is dat in deze crisis moeilijk. De overheid moet niet proberen het radicalisme te verbieden, ze moet de structurele oorzaken aanpakken.

Focussen op de angst voor de islam ontslaat je van de verantwoordelijkheid om de structurele problemen aan te pakken – en dat laatste is een werk van lange adem?

Coolsaet: Helaas, er is geen silver bullet of wonderpil voor een onmiddellijke oplossing. Nu leert de geschiedenis dat een migratiegolf ongeveer drie generaties of zestig jaar nodig heeft om op te gaan in de nieuwe maatschappij. Intussen kampt men met grote spanningen, die dan geleidelijk wegebben. Dat is het natuurlijke proces van een geleidelijke gewenning. Dan begint de Belg een allochtoon als een gewone buur te zien, die met dezelfde problemen bezig is als hij. En dan begint de nieuwkomer zich een gewone landgenoot te voelen, met dezelfde normen en waarden. Dus nog wat geduld, want in België zou het probleem zich dan tegen 2020-2030 moeten oplossen. Maar dat is de theorie. Zoiets gebeurt nooit automatisch. Als de overheid verkeerd reageert en verder polariseert, en als polemisten het debat kapen, wordt dat proces onvermijdelijk verlengd.

Minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom zegt dat er geen plaats mag zijn voor radicalisme. De Antwerpse burgemeester Patrick Janssens vervolgt hen en legt dwangsommen op, en de radicale website werd van het net gehaald.

Coolsaet: ( zucht) Dat is dus de verkeerde reactie. Een samenleving moet zich beschermen tegen excessen, maar niet door alles te verbieden. Repressief overheidsbeleid heeft hier alleen effect als het zeer gericht is en in beperkte mate wordt gebruikt, zonder veralgemeningen. Radicalisme is geen misdrijf, zolang men zich maar aan de wetten houdt. Radicalisme is juist het zout in de samenleving. De motor tot verandering. Zonder radicalen zou er geen Belgische onafhankelijkheid in 1830 gevolgd zijn. Nelson Mandela was behoorlijk radicaal toen hij met het ANC startte. Of denk aan mei 68. In alle landen en in alle tijden zijn er radicalen. Soms hebben die weinig bijval, soms veel. Radicale meningen en verenigingen worden door de grondwet beschermd. Ze horen wezenlijk bij een democratie. Ik vind het Vlaams Belang ook behoorlijk radicaal, hoor, en die zijn met veel meer dan de salafisten.

Het Vlaams Belang dient een klacht in tegen Sharia4Belgium. Een paar jaar geleden deden ze het extreemrechtse Blood & Honour nog af als een stelletje ‘geflipte bietekwieten’?

Coolsaet: ( lacht) Zo worden de jongens van Sharia4Belgium nu als ‘bietekwieten’ beschouwd in de moskeeën, terwijl het Vlaams Belang en anderen ze opblazen tot een grote bedreiging. Maar om even een controversiële vergelijking te maken, waar weinigen oog voor hebben: het salafisme en het rechtsnationalisme zijn beide in de laatste periode van de vorige eeuw aan een opmars begonnen, het ene in moslimlanden, het andere in Europa. Vanwaar die gelijktijdige opkomst? Omdat zij dezelfde eenvoudige recepten bieden in een complexe wereld: wij tegen zij, orde tegen wanorde, nostalgie naar vroeger, zondebokken… Dezelfde lokroep van het simpele verhaal.

Islamofobie was vroeger het monopolie van extreemrechts, maar lijkt nu soms een nationale sport te worden. Wordt dat geen selffulfilling prophecy?

Coolsaet: Ja, natuurlijk, je duwt mensen juist in die hoek. Als je een hamer bent, vind je altijd een spijker om op te slaan. En dat geldt voor beide extreme kampen in dit debat. Alles hangt af van de bril waardoor je iets bekijkt, en helaas kijken velen altijd door de extremistische bril naar de islam. Dat is een karikatuur, en je tegenstrever zo dehumaniseren kan een gevaarlijke stap zijn.

De extremen zijn objectieve bondgenoten, zegt u. In het huidige debat kregen de islamcritici én de fundamentalisten alle aandacht. Abu Imran verwierf bekendheid, en Filip Dewinter werd door Benno Barnard als ‘een profeet’ gerehabiliteerd. Hij zag al heel vroeg in dat er geen gematigde islam bestaat.

Coolsaet: De buren in mijn straat zijn in elk geval ‘gematigde’ moslims. En de kiezers van het Vlaams Belang worden volgens mij niet door racisme, maar door angst gedreven. De overheid en de media zouden de angst juist moeten wegnemen in plaats van ze aan te wakkeren. De beste benadering lijkt mij die van Job Cohen, de socialistische voorzitter in Nederland. Die heeft als burgemeester van Amsterdam zijn recept al briljant toegepast: de boel bij elkaar houden, voor sociale cohesie zorgen, iedereen het gevoel geven dat dit land ook hun land is, zoals Pete Seger zo mooi zong in de jaren vijftig.

Radicale moslimstemmen worden snel aangepakt, zoals Abou Jahjah, Nordin Taouil en nu Sharia4Belgium. Kunnen zij geen nut hebben om onvrede te kanaliseren die anders ondergronds kan gaan?

Coolsaet: Die figuren worden meteen gedemoniseerd, en dat is verkeerd. Abou Jahjah probeerde actief burgerschap te creëren bij mensen die opkwamen tegen discriminatie en andere problemen. Hij heeft een blunder gemaakt door, vooral in Nederland, in zee te gaan met islamitische neoradicalen. Wat ook niet kon, was het presenteren op televisie door de Staatsveiligheid van het dossier van Nordin Taouil, laat staan het broodroven van zijn vrouw als onthaalmoeder. En nu is er de overdreven hetze tegen een marginaal groepje als Sharia4Belgium. Het is erg dat we samenlevingsproblemen altijd vermengen met veiligheidsproblemen. Die vermenging duwt mensen in een egelstelling en is dodelijk voor een maatschappij.

Bij de islamcritici klonk het vorige week dat gematigde en verzoenende stemmen zich bezondigen aan ‘collaboratie’, ‘schuldig verzuim’ en ‘intellectuele capitulatie’. Voelt u zich een collaborateur?

Coolsaet:(lacht) Nee, ik voel me niet aangesproken. I couldn’t care less. Wat mij wel ergert, is dat zij intussen mensen en gemeenschappen uit elkaar drijven en tegen elkaar opzetten. Maar wie overdrijft, overtuigt niet. Neem nu dat stuk in De Morgen vorige week onder de titel: ‘We kunnen niet langer zwijgen’. Waar gaat dat over? Wie is die ‘we’? En wie zijn dan ‘ze’? De verstoring van de lezing in Antwerpen werd door iedereen afgekeurd, ook en vooral door de moslimgemeenschap. Over welke mythische vijand hebben zij het dan? Het is een sociologische oerwet: de werkelijkheid is wat men er zelf van maakt. Het zegt meer over de bril waardoor zij kijken dan over de realiteit.

DOOR CHRIS DE STOOP / foto’s dimitri van zeebroeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content