Op literaire kwaliteit staat geen leeftijd. Dat bewees het afgelopen letterenjaar met zijn sprankelende klassiekers en nieuwe hits van jong en (zeer) oud.

imitri Verhulst en Erwin Mortier waren ongetwijfeld dé Vlaamse auteurs van het afgelopen jaar. Ze hoefden daarvoor niet eens nieuw werk te publiceren: ze scoorden met de spin-offs van romans uit 2008. Verhulst kreeg in mei 2009 de Librisprijs voor Godverdomse dagen op een godverdomse bol (2008), terwijl Mortier in november 2009 voor Godenslaap (2008) de al even prestigieuze Akoprijs op zijn palmares mocht bijschrijven. Verhulst beheerste als literair merk sowieso 2009 omdat hij als curator van de Literaire Lente tijdens het voorjaar extra in beeld kwam én in het najaar eveneens, ter gelegenheid van de film De helaasheid der dingen naar zijn gelijknamige bestseller uit 2006.

Welk Vlaams boek zorgde dan wel voor hét literaire kippenvelmoment in 2009? Paradoxaal genoeg was dat De bewaker van Peter Terrin, een onderkoeld meesterwerk over twee mannen die in een ondergrondse parkeergarage elkaar begluren en ondertussen wachten op de messias. Volgens recensent Tom Van Imschoot schreef Terrin met deze vierde roman ‘zijn literaire obsessies naar een dwingend hoogtepunt’. Hij voegt eraan toe dat Koen Peeters met De bloemen ‘de meest verfijnde’ roman van het afgelopen jaar pleegde en Jeroen Olyslaegers met Wij ‘de meest pregnante’. Ook Bart Koubaa en Margot Vanderstraeten schreven met De leraar, respectievelijk Mise en place beklijvende romans die verscheidene herdrukken beleefden. Ten slotte verraste Walter van den Broeck iedereen met zijn roman Terug naarWalden, een knotsgekke allegorie over de huidige banken- en vooral zincrisis. Wedden dat hij nu al in poleposition ligt voor de volgende Prijs der Nederlandse Letteren, die dit jaar naar de Nederlander Cees Nooteboom ging?

In de poëzie waren het de (leeftijds)extremen die elkaar aanraakten. Bart Van der Straeten was bijzonder gecharmeerd door Het zit zo, de nieuwe poëziebundel van de 32-jarige Jeroen Theunissen. Maar helemaal uit de bol gaat hij voor de 89-jarige Hubert van Herreweghen, de nestor van de Vlaamse poëzie, die met Webben & Wargaren ‘een frivool meesterwerk vol sprankelende wijsheid’ schreef. Philip Hoorne vindt dat bloemlezingen van gedichten in 2009 opvallend kwaliteitsvol waren en dan vooral in het geval van Jozef Deleu (Groot Verzenboek) en Menno Wigman (De droefenis van copyrettes). Deleu bracht een nieuwe editie uit van zijn vermaarde bloemlezing Vlaamse en Nederlandse dichters die ertoe doen, terwijl Wigman, aldus Hoorne, ‘een veel te bescheiden best of van de allerbeste dichter van ons taalgebied’ bij elkaar sprokkelde.

In Nederland was er volgens Maarten Dessing niet meteen een roman die er met kop en schouders boven uitstak, wel integendeel: ‘2009 is geen geweldig boekenjaar in de Nederlandse literatuur.’ Als hij dan toch twee romans van de vergetelheid wil redden, kiest Dessing voor De terugkeer van Lupe García van Carolina Trujillo – geshortlist voor de Ako – en voor J. Kessels: the novel van P.F. Thomése, ‘een mislukte aflevering van Derrick, gedrenkt in de walm van frikadellen, dood bier, shag en stront’.

Annelies De Waele las uitstekende jeugdboeken dit jaar. Vooral De hondeneters van Marita De Sterck en Gebroken soep van Jenny Valentine bevielen haar. Maar haar absoluut mooiste boek was Graz van Bart Moeyaert, ook al was dat voor één keer geen jeugdboek.

In de Franse letteren deelt Bart Van Loo een eervolle vermelding uit voor Russische roman van Emmanuel Carrère. Hij was ontroerd door Maalstroom van de 96-jarige Henry Bauchau en verrukt door de vertaling van de beruchte klassieker Duivelinnen en demonen van Barbey D’Aurevilly maar, zo Van Loo, ‘eerlijk is eerlijk: de oppergaai werd afgeschoten door Gustave Flaubert met Haat is een deugd, een selectie uit de jaloersmakend mooi geschreven brieven van de Franse grootmeester.’

Piet de Moor heeft het ook voor klassiekers, zoals de verhalenbundel Mijn prijzen van Thomas Bernhard. Het pas vertaalde Ademschommel van Nobelprijswinnares Herta Müller prijst hij vanwege de ‘unieke symbiose van taal en leven’. Ook Roem van Daniel Kehlmann over de verstrikking van de mens in het web van internet en sms is zeer de moeite waard.

In de Engelstalige letteren kwam het beste werk dit jaar misschien toch gewoon uit de VS, vindt Herman Jacobs. Voor Louise Erdrich’ overrompelende compacte liefde-en-bloedepos De duivenplaag is de term ‘meesterwerk’ nu eens op zijn plaats. Intellectueel het stimulerendst was, alweer, Richard Powers met Gen voor geluk: wat kan er gebeuren als er nu eens écht een lokaliseerbare genetische basis voor geluk werd gevonden?

En daarnaast blijft het gewoon wachten tot Philip Roth eindelijk de Nobelprijs krijgt. Hij is op zijn zesenzeventigste productiever dan ooit en schreef na De verontwaardiging (2008) dit jaar De vernedering.Nemesis of ‘de wraak’ is ondertussen al klaar voor verschijning in het voorjaar van 2010. Wordt hij dé schrijver van 2010?

DOOR FRANK HELLEMANS/foto dimitri van zeebroeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content