Bea Cantillon adviseert

Geachte heer eerste minister, Geachte heer minister-president,

We staan ongetwijfeld aan de vooravond van een ingrijpende besparingsoperatie, die meteen ook belangrijke maatschappelijke keuzes zal inhouden. Vanaf 2013 treden we voluit in het tijdperk van de demografische veroudering en van de ecologische revolutie. Anders dan lang verhoopt in de vooruitberekeningen van onder meer het Planbureau zullen we dat – minstens tijdelijk – combineren met een zeer lage economische groei, hoge werkloosheid, een lage tewerkstellingsgraad bij ouderen en een grote overheidsschuld.

In het verleden hebben we vaak bespaard door de weg te bewandelen van de kleinste hindernissen. Er werd langs alle ministe-riële departementen gelopen, bespaarden hier en daar wat en trokken indien nodig elders nog een lade open. Maar dat zal dit keer niet volstaan. De financiële crisis heeft de problemen sterk doen toenemen. We zullen nu fundamentele keuzes moeten maken over welke richting we zullen uitgaan met onze sociale zekerheid, onze pensioenen, de welvaartsstaat, maar ook met de verdere institutionele hervormingen. Die fundamentele keuzes maken, wordt een aartsmoeilijke, complexe opdracht want het gaat uiteindelijk over de toekomst van onze samenleving en hoe die er zal uitzien.

Daarom moeten die keuzes weloverwogen gebeuren en niet impliciet, niet en stoemelings zoals dat in het verleden al te vaak gebeurde. Alle beslissingen vormen nu het best een coherent geheel, niet alleen omdat dit sowieso veel beter is, maar ook om het verkocht te krijgen aan de bevolking. En de publieke opinie wordt ook maar beter voorbereid op wat er komen gaat, want de besparingen zullen diep gaan. En als men niet kan aantonen hoe die besparingen passen in een breder positief verhaal zullen de noodzakelijke besparingen niet lukken. Om al die redenen moeten we die keuzes goed voorbereiden. Daarom moeten we eerst blauwdrukken maken, degelijke becijferde en onderbouwde scenario’s uitwerken. En die bestaan vandaag niet. Er is zelfs nog geen begin van gemaakt.

Dat is in mijn ogen dan ook uw voornaamste opdracht: zorg ervoor dat er meerdere becijferde en beargumenteerde scenario’s klaarliggen zodat we weten waar we aan toe zijn en welke keuze we waarom maken. Waar zullen we besparen in de sociale zekerheid en waarom? Welke prioriteiten leggen we? Hoe gaan we de uitkeringen die nu echt te laag zijn verhogen? Waar gaan we het geld halen om dat te kunnen doen? Dat zijn enkele van de talloze vragen die beantwoord moeten worden, maar om dat antwoord te kunnen formuleren, moeten wel de verschillende mogelijkheden worden uitgewerkt. Ze moeten goed bestudeerd en berekend worden, zodat op basis daarvan de keuzes kunnen worden gemaakt.

Als we zo hard moeten besparen, is ook het communautaire aspect van uiterst groot belang: hoe kunnen we ons land op een efficiëntere manier organiseren? Hoe zou de samenwerking tussen de federale overheid en de deelentiteiten het best verlopen? Wie kan er het beste wat doen? Hoe moeten we de gemeenschappen en gewesten meer verantwoordelijk maken? Enzovoort. Zoals de zaken nu lopen, is het onhoudbaar. Er worden uitgaven gedaan op verschillende beleidsniveaus zonder enige vorm van coördinatie, en vaak is er zelfs sprake van opwaarts en dus kostenstijgend opbod, denk maar aan de geplande Vlaamse kinderbij-slagen. Ook hierover moeten diverse scenario’s worden voorbereid voordat de knopen kunnen worden doorgehakt.

Er zijn natuurlijk allerhande cijfers beschikbaar van de Nationale Bank, het Planbureau, de Vergrijzingscommissie en noem maar op. Maar het ontbreekt ons vooral aan alternatieve scena-rio’s. En er zijn ook wel allerlei ideeën over hoe het verder moet, maar vaak liggen ze mijlenver uit elkaar en zijn het nauwelijks meer dan slogans. Eén voorbeeld daarvan binnen dezelfde zuil: het ABVV verdedigt dat het wettelijke pensioen 75 procent van het laatste loon moet bedragen, terwijl de SP.A zegt dat er moet worden ingezet op de aanvullende pensioenen. Dat zijn twee totaal tegengestelde scenario’s, en geen van beide is vandaag ernstig becijferd en doordacht in alle consequenties. Als er geen werk wordt gemaakt van een serieuze studie van de mogelijkheden en gevolgen van deze en andere scenario’s, belanden we in heilloze welles-nietesdiscussies. Het is van groot belang om een en ander te objectiveren, om het overleg te vergemakkelijken.

Het is ook al veel langer bekend dat ook de gezondheidskosten met de vergrijzing sterk zullen toenemen. Maar hoe we ons systeem van gezondheidszorg op de sporen kunnen houden, is vandaag niet duidelijk. Wat wel als een paal boven water staat: dat zal niet lukken met een kleine besparing links en rechts.

Daarom, geachte heer eerste minister, geachte heer minister-president, luidt mijn enige advies: bezint eer ge begint. En er rest ons niet veel tijd meer.

Directeur Centrum voor Sociaal Beleid-Herman Deleeck

Gewoon hoogleraar aan de Universiteit Antwerpen

‘De publieke opinie wordt maar beter voorbereid op wat er komen gaat, want de besparingen zullen diep gaan.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content