Leve het ‘gap year’

© Nick Ut / Isopix

Malia Obama, dochter van de Amerikaanse president, start in 2017 aan Harvard University. Maar eerst neemt ze een jaar pauze. Luie donder, denkt u? Nee hoor, zo’n tussenjaar heeft best voordelen. ‘Het is een oefening in loslaten. En daar hebben veel Vlamingen het moeilijk mee.’

‘Vroeger zag ik mezelf na het middelbaar gewoon naar de universiteit gaan, zoals iedereen. Maar op een avond raakte ik aan de praat met de broer van een vriendin, die na zijn middelbare studies een jaar school liep in Argentinië. De verhalen over zijn gastfamilie, vrienden en school fascineerden me enorm, waardoor het ineens vaststond: dit wilde ik ook doen.’ Aan het woord is Sira Blancquaert, een achttienjarig meisje uit Gent dat dankzij een uitwisselingsprogramma nu al bijna een jaar in Bolivië woont. Begin juli keert ze terug naar België, om in oktober aan de universiteit te beginnen. ‘Maar ik wilde eerst toch een keer uit mijn comfortzone stappen. In België weet je hoe de dingen er toegaan, je zit altijd in hetzelfde ritme. Nu heb ik vrienden en familie over de hele wereld. En ik spreek vloeiend Spaans, toch ook een groot voordeel.’

Sira heeft nu meer vertrouwen in de toekomst. ‘Voor mijn vertrek was ik bijna zeker dat ik de foute studiekeuze zou maken. Maar nu, na tien maanden in het buitenland en zoveel nieuwe ervaringen, ligt de keuze voor de hand. Ik voel ook veel meer de drive om te studeren. Bovendien heeft het mijn blik op de wereld verruimd: nu besef ik pas écht hoe luxueus ons leventje in België is, met onze regendouche en goedgevulde koelkast. Ik kan veel beter relativeren.’ Al is het niet altijd makkelijk geweest. ‘Soms had ik heimwee. Dan wilde ik gewoon in mijn eigen bed liggen en mijn broer een dikke knuffel geven.’

Harvard

Malia Obama is gewaarschuwd: zo’n gap year (of tussenjaar, in goed Nederlands) is niet altijd rozengeur en maneschijn. Maar ze hoeft alvast niet bang te zijn dat ze in haar thuisland voor luierik zal worden versleten. Meer nog: Harvard University, de prestigieuze universiteit waar ze nadien mag starten, moedigt een gap year aan. Op de website van Harvard staat dat jaarlijks gemiddeld 80 tot 110 studenten hun start aan de universiteit een jaartje uitstellen en dat dat alleen maar positieve gevolgen heeft. ‘In totaal studeert 98 procent van de Harvardstudenten af – een van de beste scores van het land – en dat heeft misschien deels te maken met al die studenten die een tijdje vrijaf nemen.’ Misschien heeft het ook iets te maken met de strenge toelatingsvoorwaarden, maar dat terzijde.

In Vlaanderen is de groep jongeren die kiest voor een gap year – ook wel: sabbatjaar, al klinkt dat misschien iets te midlifecrisisachtig – relatief klein. Uit cijfers van het kabinet van minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) blijkt dat in 2006 ongeveer 1100 jongeren na hun middelbare school een jaartje pauze namen alvorens aan het hoger onderwijs te beginnen (2,1 procent van de totale jongerenpopulatie), in 2014 waren dat er 1700 (3 procent). Een kleine groep dus, al benadrukt Crevits dat er ook binnen het (hoger) onderwijs veel mogelijkheden zijn om naar het buitenland te gaan of studeren en werken te combineren.

Maar toch: het blijft een minderheid, zeker in vergelijking met Angelsaksische landen. In de Verenigde Staten is er een heuse gap year-industrie, met allerlei bedrijven die gespecialiseerd zijn in het plannen van zo’n tussenjaar. Ook in Groot-Brittannië kunnen studenten hun studie een jaar uitstellen, zelfs wanneer ze al zijn toegelaten tot een universiteit. Uit cijfers van het Britse UCAS (Universities and Colleges Admissions Service) blijkt dat 5,4 procent van hen dat doet. Maar de totale groep gap year-jongeren is groter, want 40 procent zou zich vooraf nog niet hebben ingeschreven voor het hoger onderwijs. In Australië zou tot 25 procent een tussenjaar inlassen en in Noorwegen zelfs bijna de helft, aldus een rapport van het Noors Instituut voor Onderzoek naar Innovatie en Onderwijs uit 2015. En in Israël trekken veel jongeren na hun verplichte legerdienst ook een jaar de wereld rond, als een soort overgangsritueel.

Commonwealth vs. kerktoren

Toch is het gap year vooral in de Angelsaksische wereld ingeburgerd. Volgens Frank Bosteels van Connections, het reisbureau dat heel wat round-the-world-tickets verslijt aan gap year-jongeren, heeft dat mogelijk te maken met de Commonwealthcultuur. ‘Het Britse Gemenebest strekt zich uit over meer dan vijftig landen over de hele wereld. Jongeren uit die landen voelen zich op elk continent thuis: ze hebben geen last van grensformaliteiten, hun diploma’s worden in de verschillende landen erkend, ze kunnen overal makkelijk aan de slag. Het valt te vergelijken met ons Europagevoel, maar dan veel uitgestrekter.’ Dat het in Vlaanderen een beperkt fenomeen blijft, heeft volgens professor onderwijskunde Peter Van Petegem (Universiteit Antwerpen) ook te maken met de kerktorenmentaliteit. ‘Het is een oefening in loslaten, en daar hebben veel Vlamingen het moeilijk mee. Veel ouders moeten al slikken als hun kind op kot gaat, laat staan dat ze op hun achttiende een jaar de wereld willen rondtrekken. In Vlaanderen hebben we hoger onderwijs in elke centrumstad, want stel je maar eens voor dat studenten zich zestig kilometer zouden moeten verplaatsen.’

Nochtans zijn heel wat experts het eens over de voordelen van zo’n gap year. ‘Het verruimt je blik, geeft je meer zelfstandigheid, je leert vreemde talen en culturen’, vat professor Van Petegem het kort samen. ‘En het kan ook bijdragen tot een bewustere studiekeuze, iets wat op je achttiende niet altijd evident is. In zo’n jaar kunnen jongeren verkennen wat voor hen belangrijk is, of ze dat nu invullen door een jaar te reizen, een stage of vrijwilligerswerk. Zomaar een jaar rondlummelen en je tijd doden met games en televisie is een minder goed plan.’ Uiteraard heeft zo’n jaar wel een financiële impact: vaak dragen ouders de kosten, waardoor vooral de hogere (midden)klasse er een jaartje tussenuit kan knijpen. ‘Maar als ouder kun je aan je kind gerust een financiële bijdrage vragen’, vindt Van Petegem. ‘Zes maanden werken, zes maanden reizen: ook prima. En doordat je kind het niet zomaar in z’n schoot geworpen krijgt, zal dat jaar nog extra betekenis krijgen.’

Geen paniek

Ook Sandra Schuerewegen van consultancybedrijf Brunel pleit voor een tussenjaar. ‘Mensen die op wereldreis vertrekken, tonen zin voor initiatief, ze leren te improviseren, ze raken niet zo snel in paniek. Allemaal troeven voor de arbeidsmarkt.’ Al lijkt het haar soms beter om het tussenjaar wat later in te lassen, namelijk tussen de hogere studies en de eerste sollicitatie. ‘Als achttienjarige ben je vaak nog niet rijp genoeg, waardoor je riskeert om nadien nog verwarder terug te keren. Na je studies zul je er waarschijnlijk meer uithalen. Al moedig ik zo’n ervaring sowieso aan: als je de kans hebt en je voelt je er klaar voor, moet je ervoor gaan, of dat nu op je achttiende of op je tweeëntwintigste is.’

En hoe zit het dan na dat gap year? Is de zin om aan het echte (lees: saaie) leven te beginnen dan niet helemaal weg? Dat valt best mee, zo blijkt uit een onderzoek van het Nederlandse expertisecentrum EP-Nuffic. De kans dat je tijdens je eerste jaar in het hoger onderwijs afhaakt, neemt niet toe wanneer je een tussenjaar hebt genomen. Sterker nog: als je in het buitenland zat, heb je zelfs meer kans om je studie vol te houden. Zeven op de tien jongeren die voor een gap year kozen, geven ook aan dat ze zekerder waren van hun studiekeuze. Al is er wel één minpuntje: uit een rapport van het Britse ministerie van Onderwijs blijkt dat deze jongeren later minder zullen verdienen. Op hun dertigste zelfs negen procent minder dan zij die meteen voortstudeerden. We gokken dat Barack Obama zijn dochter dan wel uit de nood kan helpen.

DOOR STEFANIE VAN DEN BROECK

‘Wie als jongere voor een tussenjaar koos, verdient op zijn dertigste negen procent minder dan wie meteen voortstudeerde.’

‘Zeven op de tien jongeren die voor een tussenjaar kozen, geven aan dat ze zekerder waren van hun studiekeuze.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content