Om het overleg tussen de sociale partners weer op gang te trekken, hoeft premier Yves Leterme niet met geld over de brug te komen, meent Marc De Wilde, voorzitter van de ACV-centrale Metea. Er moet bovenal naar elkaar geluisterd worden.

Respect. Dat is de bottomline van de petitie waarin 20.000 bedrijfsleiders ruimte vragen om te kunnen ondernemen. En respect is net zozeer de grote vraag van 30.000 werknemers die vorige week betoogden ‘voor werk en socia-le rechtvaardigheid’.

Het is soms handig als twee partijen hetzelfde willen. Alleen communiceren de sociale partners wel over de crisis, maar ze overleggen niet. Op maandag 8 februari wil premier Yves Leterme (CD&V) hen daar toch toe bewegen.

‘Een betoging of een petitie is inderdaad niet meteen de geschikte weg om dichter bij elkaar te komen. Maar in de ondernemingen en sectoren praten werkgevers en vakbonden wel nog met elkaar. Zo zijn vorig jaar in de metaal- en textielsector ruim 25.000 arbeidsplaatsen verloren gegaan, maar dan wel met de nodige begeleiding en zonder zware conflicten’, zegt Marc De Wilde, voorzitter van de ACV-centrale Metea, goed voor bijna 250.000 leden in die twee sectoren. Aan werkgeverszijde is Agoria, de federatie voor de technologische industrie, de tegenhanger van Metea. De Wilde: ‘Vakbondsmensen hebben geleerd respect op te brengen voor gemaakte afspraken. Alleen merken ze de laatste tijd dat die blijkbaar niet meer bestaan. De werknemers hebben zo het gevoel dat zij de echte slachtoffers van de crisis zijn.’

De werkgeversorganisaties zeggen dat ook veel ondernemers lijden onder de crisis. Hebt u daar dan geen begrip voor?

MARC DE WILDE: Toch wel. Maar met schofferende oneliners wordt het pad naar een overleg niet geëffend. Als VBO-topman Pieter Timmermans roept dat werklozen bij de kraag moeten worden gevat om hen te activeren, dan hebben de werknemers dat goed gehoord. Twee jaar geleden was er grote schaarste op de arbeidsmarkt. Overuren, flexibilisering en uitzendarbeid waren schering en inslag. Nu zijn tienduizenden mensen tijdelijk werkloos. Ze lijden inkomensverlies en vrezen voor ontslag. Daarom pikken ze Timmermans’ houding niet.

Van de weeromstuit vragen de vakbonden dat de controle op werklozen opgeschort wordt. Terwijl dat toch een opstap is om hen te begeleiden naar nieuw werk?

DE WILDE: Die vraag is niet onlogisch. De VDAB doet goed werk om werklozen te activeren, maar mist een visie op de jobs van morgen en heeft te weinig middelen voor opleidingen. Wie zich bijvoorbeeld wil omscholen tot fotolasser, moet wachten tot in 2011. En trouwens, vaak heeft de activering weinig om het lijf. Bij een outplacement mensen yoga aanbieden, leidt heus niet naar een job.

De meningsverschillen gaan ook over loonkosten en een eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden.

DE WILDE: Werknemers luisteren goed naar wat hun werkgevers vertellen. Ze wachten op een herneming van de economie en – zeker in de industrie – op een verandering van de product- en proces-technologie.

De vakbonden verwijten de werkgeversorganisaties vooral dat ze altijd over de loonkosten beginnen en het overleg over andere punten ontwijken. Het eenheidsstatuut, bijvoorbeeld, ligt al lang op tafel. Door de crisis ervaren de werknemers concreet tot welke discriminatie de huidige ontslagregels leiden. Als alweer Timmermans dan alleen maar zegt dat een gelijkschakeling van het ontslagrecht voor arbeiders met dat van bedienden het einde van de competitiviteit van de ondernemingen betekent, dan zet dat kwaad bloed. Zo maak je het sociaal overleg kapot.

Hoe kan premier Leterme de sociale partners het beste aansporen om het overleg weer op te pikken?

DE WILDE: Naast een inventaris van de aandachtspunten van de sociale partners zal hij een inschatting moeten maken van de economische evolutie en de duur van de regeringsmaatregelen tegen de crisis. Voorts hebben de sociale partners een agenda met vervaldata. In september moeten ze zich uitspreken over een aanpassing van de sociale uitkeringen aan de evolutie van de welvaart. Een maand later volgt een nieuw rapport van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven over de concurrentiekracht en een loonnorm. En tegen het eind van het jaar moet er een centraal loonakkoord voor 2011-2012 zijn.

Wat dat laatste betreft, weten we dat de regering budgettair niet veel kan doen. Leterme hoeft het overleg ook niet te sponsoren. Als de sociale partners financiële ruimte vinden, moet die in eerste instantie dienen voor het behoud van de sociale zekerheid.

De sociale zekerheid krijgt door de crisis harde klappen en moet tegelijk de kosten van de vergrijzing opvangen.

DE WILDE: De sociale partners zijn altijd goede beheerders van de sociale zekerheid geweest. Ik ben er ook van overtuigd dat er aan beide kanten een sense of urgency bestaat. Maar sociaal overleg alleen zal niet volstaan voor een financiële gezondmaking van het systeem. Die vergt ook structurele maatregelen voor meer werkgelegenheid en een rechtvaardige fiscaliteit. Daarom raad ik premier Leterme aan om twee overlegforums te openen. De sociale zekerheid kan een thema zijn voor de overheid en de sociale partners samen. Over arbeidsgerelateerde onderwerpen, zoals het eenheidsstatuut, moeten vakbonden en werkgevers zelf tot een akkoord komen.

Intussen neemt de grimmigheid aan de bedrijfspoorten toe. Vakbonden organiseren blokkades. Werkgevers volgen handleidingen om stakingen te breken.

DE WILDE: Ook werknemers lezen in de media over bedrijven die winsten maken en ceo’s die rijkelijk beloond worden en dan mensen ontslaan. Of over banken die afhaken voor investeringen, en over ondernemingen die hier afslanken om elders te gaan produceren. Dat leidt tot twee soorten reacties. Bij AB Inbev maakten de arbeiders met een blokkade een vuist tegen de onredelijkheid en de onrechtvaardigheid van ontslagen bij een economisch gezond bedrijf. Anders gaat het toe bij Hewlett-Packard, waar ook meer dan 300 banen bedreigd zijn. Daar proberen de bedienden de gevolgen van de crisis voor het bedrijf alsnog te milderen met een so-ciaal plan.

Voeren de vakbonden niet vaak achterhoedegevechten tegen de harde saneringen van multinationals?

DE WILDE: De invloed van de vakbonden op dergelijke beslissingen is beperkt. We worden geïnformeerd en gehoord, maar dat verandert weinig aan de ingrepen. Vakbonden in kleinere landen streven daarom naar een optreden in Europees verband, maar stellen vast dat vakbonden in grotere landen om even begrijpelijke redenen ook zoveel mogelijk voor hun mensen uit de brand willen slepen. Het verhaal van Opel toont hoe complex het allemaal is, en hoe menselijk ook. Een Opel-arbeider in Zaragoza zal opgelucht zijn omdat niet zijn fabriek maar die in Antwerpen dicht moet. Voor de 2600 werknemers in Antwerpen is dit hoe dan ook schrijnend. 25 jaar lang hebben ze grote inspanningen geleverd en nu volgt de klap. Je kunt alleen maar respect hebben voor hun waardige reactie.

Illustreert dit niet de onmacht van nationaal georganiseerde vakbonden tegenover het beleid van multinationals?

DE WILDE: Deels wel. Het onderstreept ook hoe belangrijk het is om beslissingscentra in ons land te houden en daarbij in te zetten op technologische én sociale innovatie. In plaats van nieuwe industrieën alleen aan de beurs over te leveren, kunnen ze ook verankerd worden door werknemersaandeelhouderschap of de inbreng van een financiële coöperatieve van een vakbond.

Innovatie is hét sleutelwoord voor de klassieke industrieën. Maar niet iedereen gelooft dat ze hier nog een toekomst hebben.

DE WILDE: De meest productieve innovatietoepassingen komen nu al uit de klassieke industrieën. Een succesvolle transformatie naar een diensten- en kennis-economie is anders ook niet mogelijk. Er is veel potentieel. Umicore heeft zink en koper laten varen voor duurzamematerialentechnologie. Bekaert vernieuwt de procedés voor staaldraadproductie. Philips wendt zijn beeldexpertise aan voor de gezondheidszorg. Nieuwe zorgmaatstaven in ziekenhuizen en rustoorden leiden tot de productie en het logistieke onderhoud van zogenaamd intelligent textiel, dat steriel en temperatuurgevoelig is en dat gemakkelijk kan worden gereinigd.

Noemt u Metea daarom een ‘vakbonds-centrale van de toekomst’?

DE WILDE: Zowel in de metaal- als in de textielindustrie is veel activiteit verdwenen. Maar ik geloof er rotsvast in dat er ruimte voor industriële vernieuwing zal zijn. We hebben ook de geschoolde en gemotiveerde mensen, en een goed so-ciaaloverlegsysteem met de werkgeversfederaties om de veranderingen waar te maken.

DOOR PATRICK MARTENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content