‘Mijn eerste stuk heette Hotel Prison. Een mooie allegorie voor wat theater is of kan zijn.’ Acteur Peter Van den Eede blikt terug op 20 jaar Compagnie de Koe.

Het was op 27 mei 1989, hij weet het nog goed. Tóén kreeg acteur Peter Van den Eede zijn epifanie. Hij stond met Bas Teeken op de scène. Beiden deden zich voor als ornitholoog en staarden naar de vogeltjes. Met De gebiologeerden gaf Compagnie De Koe de start voor twintig jaar doortrapt theater dat het publiek met coups de théâtre om de oren slaat en intussen vrolijk reflecteert over het leven, het theater en hoe eraan te ontsnappen.

De twintigste verjaardag wordt gevierd met een herneming van dit succesdebuut en met de nieuwe creatie Een gelukkige verjaardag, waarin Jan Decorte en Sigrid Vinks de planken delen met Sien Eggers en Nico Sturm. En met een gesprek, natuurlijk.

Als dat geen mooi verjaardagscadeau is?

Peter Van den Eede: Jan en Sigrid zijn theatericonen. Het is een eer om met hen te werken. Jan en ik koesteren belangstelling voor elkaars werk en we vertrekken grotendeels vanuit dezelfde theaterfilosofie. Ook al is de vorm anders. Zo groeide de goesting om samen te werken. Met Sien en Nico heb ik al vaak gewerkt. Zij mochten hier evenmin ontbreken. Hetzelfde geldt voor een andere getrouwe, Matthias de Koning (van Maatschappij Discordia, nvdr), wiens belang als theaterpersoonlijkheid nauwelijks overschat kan worden. Hij tekent voor de vormgeving.

Speelde Decortes theatertaal een rol in het ontstaan van Compagnie de Koe?

Van den Eede: Toen Bas en ik in 1989 de Koe oprichtten, waren we wel geïntrigeerd door de kunstenaar Decorte. Maar we wilden niet de zoveelste epigoon van iemand worden. We wilden onze eigen koers varen. We waren een van de weinige theaters die geen repertoire brachten en zochten naar nieuwe compositiestructuren. We trachtten de klassieke dramaturgie en de klassieke narratieve logica achterwege te laten.

Klinkt als Decorte, toch?

Van den Eede: Op dat moment begreep ik nog niet dat we in essentie hetzelfde dachten en denken over theater. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor Lucas Vandervost van De Tijd. Als Lucas en ik over toneel praten, dan heb ik het gevoel dat wij hetzelfde theater maken. Terwijl dat niet het geval is. Nu vind ik het zelfs fijn om met mensen te werken die elk een verschillende theaterstijl hanteren.

Dat bevestigt de nieuwe voorstelling.

Van den Eede:Een gelukkige verjaardag is een ode aan deze manier van theater maken. Als je met mensen werkt die op een andere vormelijke manier denken en een andere methodiek hanteren, kan niemand zijn creatiesysteem toepassen. Zo beland je in een soort vacuüm dat volledig ontgonnen moet worden. Die clash tussen de stijlen veroorzaakt kleine artistieke revoluties en paradigma’s.

Is dat zoeken naar botsingen inherent aan jullie filosofie?

Van den Eede: In elk theatermoment moet je afrekenen met je verleden, en moet je met de toekomst bezig zijn. Je moet continu kraken én maken. De illusies van gisteren zijn vandaag trucjes geworden. Die trucjes moeten telkens weer onderuitgehaald en ter discussie gesteld worden om opnieuw tot illusies te kunnen komen. Dat is onze grootste uitdaging. Je moet constant je creatiecodes kraken om nieuwe ontdekkingen te doen. Zo kom je tot momenten die onvatbaar zijn. Theater maken is, al zoekend naar het onvatbare, vormgeven.

Al zoekend ontstaat de ene Koevoorstelling uit de andere.

Van den Eede: Weet je, tijdens de beginjaren wou ik alle voorstellingen met elkaar verbinden. De gebiologeerden focuste op de liefde, dus stond in Epiloog van deeenzaamheid de wijsheid centraal en zoomde Drie koningen in op macht. Die drie archetypische elementen des levens duiken nog geregeld op in onze creaties, maar ik ben er minder bewust mee bezig. De Koe evolueerde tot een gezelschap dat op het toneel simpelweg nadenkt over het leven.

In 2005 boorde u met Who’s Afraid of Virginia Woolf dan toch repertoire aan.

Van den Eede: We keerden de tekst binnenstebuiten en vertaalden hem naar ons eigen idioom. Met repertoire moet je ruig durven om te gaan. De tekst ontheiligen om terug te keren naar de essentie, naar de schoonheid van die ziel. Het is zoeken naar abstractie. Met zo weinig mogelijk noten zoveel mogelijk muziek maken, dat vind ik fantastisch.

Hoe repeteren jullie dat?

Van den Eede: We repeteren rond de tafel of de computer. Denken en spreken over de tekst en de vorm. Vroeger improviseerden we in de repetitieruimte, maar ik wil geen dingen meer uitproberen zonder publiek. Voor mij is toneel onmogelijk zonder dat er een getuige zit. Publiek geeft betekenis aan theater. De avond voor de première is meestal de eerste avond dat we het stuk spelen.

Hoe noodzakelijk zijn ontmoetingen met jong talent in de evolutie van de Koe?

Van den Eede: Erg belangrijk. Ik heb enkele eindwerken gecoacht, die ik nadien steunde met de Koe. Publikumsbeschimpfung bijvoorbeeld, en IO, de eerste creatie van SKaGeN. Ik bombardeer hen niet met kennis, maar tracht op een zo dialectisch mogelijke manier tot creatieve, intelligente constructies te komen. Zo heb ik het ook geleerd van mijn mentor, Laurent Hubrecht. Hij was mijn leraar Frans toen ik 19 was. Samen met hem schreef ik In de gloria en Drie koningen. Ook in De man die zijn haar kort liet knippen zijn stukken tekst gerecupereerd die we samen schreven. Hij was filosofisch en erudiet, maar tegelijkertijd was hij een vrolijke, creatieve geest die alles op zijn kop durfde te zetten.

Stimuleerde hij u om theater te maken?

Van den Eede: Dat ik theater wou maken, wist ik al toen ik de eerste keer toneel zag. Ik was 6 of 7 jaar en zag in de turnzaal van mijn toenmalige school Tafeltje dek je. Toen ik 17 was, speelde ik voor het eerst toneel op school. Ik voelde me als een vis in het water. Het was een heuse aha-erlebnis. Het klikte perfect met het publiek. Hotel Prison, heette dat stuk. Een mooie allegorie voor wat theater is of kan zijn. Negen jaar later had ik diezelfde fantastische belevenis bij de première van De gebiologeerden.

Voelt theater na 20 jaar als een gevangenis?

Van den Eede: Je creëert je eigen gevangenis om eruit te kunnen ontsnappen. Ik ben niet de slaaf van mijn taal, de taal is een middel. Je moet verder gaan dan virtuositeit. Virtuositeit is techniek en techniek op zich is maar tot op zekere hoogte interessant. Virtuoze technieken moeten steeds geraffineerder worden, maar ze mogen niet domineren want dan richt je de blik naar de buitenkant. Je moet verbazing oogsten, niet bewondering afdwingen. En alles wat misloopt op een scène biedt fantastische kansen om te ontsnappen aan de logica en de voorspelbaarheid.

Komt er een dag dat u uit het theater zal willen ontsnappen?

Van den Eede: Mijn vader schreef de dichtbundel De steen van Herophilee. Herophilee is een Griekse sibille die overal waar ze naartoe trekt een steen meeneemt waarop ze moet staan om te kunnen orakelen. Zonder steen kan ze niet orakelen. Wel, theater is mijn steen.

Een gelukkige verjaardag is een echt Koeverhaal: over eenzaten die met zwier overleven. Hoe is het idee ontstaan?

Van den Eede: Auteur Paul Mennes, met wie ik al aangenaam had samengewerkt in Wysiwyg en Poes poes poes, had de documentaire Grey Gardens van Albert en David Maysles uit 1975 gezien, en wou er graag samen met de Koe een theaterbewerking van maken. Grey Gardens toont een moeder en dochter die samen in een oud landhuis wonen. Hun relatie is gigantisch symbiotisch maar toch erg herkenbaar ondanks hun rare manier van samenleven. Het wordt een rijke voorstelling waar elke uitleg tekortschiet.

Wat volgt er na dit verjaardagsfeest?

Van den Eede: Een vast ensemble. Ondanks de minder prettige kant van onze verjaardag: we hebben veel te weinig subsidie gekregen. We kunnen maar een vierde van onze projecten realiseren. Dat is tragisch. Toch zullen we met die artistieke kern – Natali Broods, Willem De Wolf, Nico Sturm en Stefaan van Brabandt – elk jaar een nieuw project maken dat ook in het buitenland zal spelen. Zo blijven we graven en onszelf heruitvinden.

EEN GELUKKIGE VERJAARDAG, PREMIèRE OP 17 JUNI 2009 IN VOORUIT, GENT. DE GEBIOLOGEERDEN, NAJAAR 2009 OP TOURNEE. INFO: www.dekoe.be EN www.vooruit.be

DOOR ELS VAN STEENBERGHE/foto franky verdickt

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content