‘Hij is polemischer geworden’

SP.A- INSPIRATOR MARK ELCHARDUS VOLGENS LOUIS TOBBACK 'Er is vandaag niets wetenschappelijks aan de uitleg die hij geeft.' © ID

Alles komt terug, ook bij de Vlaamse socialisten. Nu SP.A-partijvoorzitter John Crombez een flinksere koers probeert te varen, doemt de lijn van socioloog Mark Elchardus weer op. Decennialang adviseerde Elchardus de partij om forsere standpunten in te nemen over criminaliteit en migratie. Portret van een man met een ongemakkelijke waarheid.

Schrijven dat John Crombez sinds vorige zaterdag een glashelder standpunt heeft over migratie, terrorisme en de vluchtelingencrisis zou hem te veel eer bewijzen. Maar enkele forse uitspraken in een interview met De Standaard bleken genoeg om de Wetstraat even uit haar siësta te halen. ‘Ja, links is te lang naïef geweest’, gaf hij toe. ‘We hebben de fout gemaakt vijftien jaar te vaak te zwijgen over migratie en veiligheid. […] Ik ontken niet langer dat er problemen zijn met sommige migranten.’ Concrete beleidsvoorstellen waren echter niet te vinden: het interview diende vooral om SP.A een helderder profiel te geven in de discussies die sinds de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo in Frankrijk en het begin van de vluchtelingencrisis het politieke debat domineren.

Het is moeilijk om in die nieuwe positie níét de schaduw van Mark Elchardus te ontwaren. Hij vindt al jaren dat links veel te naïef is over migratie en vooral over de integratie van vreemdelingen. Crombez staat niettemin allerminst te springen om zich de ideeën van Mark Elchardus toe te eigenen. ‘Ik hoor hem weleens’, vertelt hij. ‘Maar er zijn veel mensen die ik vaker dan hem consulteer. Ik spreek Elchardus soms ook tegen: het gewapende bestuur waar hij klaarblijkelijk op zit te wachten, hoeft er voor mij echt niet te komen. Waarom ik mij vandaag duidelijk uitspreek? We leven in bijzondere omstandigheden: mijn partij kan het zich niet permitteren om te zwijgen over veiligheidsthema’s en het migratievraagstuk. Dat doen we trouwens al een hele tijd niet meer.’

Zijn invloed wordt altijd gerelativeerd. Enkel journalisten bestempelen Elchardus, die nooit op een partijlijst heeft gestaan en in zijn leven slechts één partijbureau meemaakte, graag als huisideoloog van de sociaaldemocratie. Toch is hij een van de meest invloedrijke figuren in de socialistische beweging. Guy Peeters, aan het begin van de jaren negentig al algemeen secretaris van de Socialistische Mutualiteiten, introduceerde hem binnen de linkse beweging, nadat hij hem in die tijd leerde kennen bij een debat. ‘Ik heb hem niet zo lang daarna gevraagd om voorzitter van de raad van bestuur te worden. Door zijn onderzoek naar de rol van het middenveld kon hij ons een spiegel voorhouden. Hij heeft de organisatie mee helpen moderniseren.’ Elchardus zou tot 2011 voorzitter van de raad van bestuur van de Socialistische Mutualiteiten blijven. Koen Pelleriaux, Elchardus’ vaste assistent aan de Vrije Universiteit Brussel, zou later ook kabinetschef worden bij verschillende socialistische ministers.

De breuklijnen

Als socioloog onderzocht Elchardus vooral de ideeën, attitudes en stemvoorkeuren van Vlamingen. In 1994 publiceerde hij in het allereerste nummer van het sociaaldemocratische ideeënblad Sampol een artikel dat zijn reputatie zou vestigen. Onder de titel ‘Gekaapte deugden’ beschreef Elchardus op basis van kiezersonderzoek na Zwarte Zondag het ontstaan van een nieuwe breuklijn. Naast de klassieke sociaaleconomische opdeling tussen links en rechts zag Elchardus ook een socioculturele breuklijn die dwars door de socialistische beweging liep. Aan de ene zijde van die breuklijn bevonden zich de hoogopgeleiden, die solidariteit, verdraagzaamheid en pluralisme belangrijk vonden. Maar de lagergeschoolden, die traditioneel de meerderheid van het linkse kiespubliek uitmaken, hebben maar weinig met die waarden, merkte Elchardus op. Ze zijn individualistisch en etnocentrisch ingesteld, en hebben een broertje dood aan hun progressieve medeburgers.

Terwijl de partijtop graag een kosmopolitisch wereldbeeld omarmt, maakt een aanzienlijk deel van de kiezers dus al eens een opmerking die toppolitici als racistisch zouden bestempelen. Het is die ongemakkelijke waarheid waar Elchardus de socialisten nu al decennialang op wijst. Ook vandaag blijkt uit elk onderzoek naar de achterban of de kiezers van de partij dat die kloof tussen top en basis nergens zo diep is als bij de socialisten. De gevolgen van die breuklijnen zijn bekend: het gros van de traditionele socialistische achterban stemt allang niet meer voor de socialisten. Een aanzienlijk deel van hen maakte in de jaren negentig het Vlaams Blok groot, en keerde zelfs nadat ze ook die partij gedesillusioneerd verlieten niet meer terug. De Brusselse socioloog reikte de socialistische voorzitters een eenvoudig recept aan waarmee ze niet enkel haar achterban beter konden bedienen, maar ook kiezers die vertrokken waren konden terugwinnen. De partij moest zich socio-economisch zo links mogelijk profileren, terwijl het op sociocultureel vlak naar de andere kant moest overhellen.

Door de jaren heen werd Mark Elchardus de verpersoonlijking van de positie waar hij graag een sociaaldemocratische partij zag bivakkeren. Sociaaleconomisch staat hij links van de partijlijn terwijl hij over migratie, de vluchtelingencrisis en de islam forsere standpunten inneemt dan de partijleiding over haar lippen krijgt. René Cuperus, een Nederlandse denker die zich verwant voelt aan Elchardus, kijkt om die reden op naar zijn collega. ‘Hij is een uniek figuur binnen de socialistische beweging’, zegt Cuperus, die – naar het voorbeeld van Elchardus – in eigen land de sociaaldemocratische PVDA achter de veren zit. ‘Ik ken weinig academici die de moed van Elchardus hebben. Onderzoekers hebben te lang gezwegen over de problemen van de multiculturele samenleving. Ze voelden allemaal dat ze als missie hadden om het populisme te bestrijden, zonder het eerst te proberen te begrijpen. Ze hebben nooit willen inzien dat die populisten op veel punten gewoon gelijk hadden. Veel zogenaamd racisme binnen de onderklasse is geen racisme, maar legitieme bezorgdheid. Eigenlijk zijn de laagopgeleiden de avant-garde in de Europakritiek en de islamkritiek.’

Aanvankelijk werd er naar Mark Elchardus geluisterd. Zijn meest invloedrijke periode is ongetwijfeld het voorzitterschap van Louis Tobback, tussen 1994 en 1998. ‘We voelden elkaar perfect aan’, vertelt Tobback, die Elchardus tijdens zijn voorzitterschap regelmatig consulteerde. ‘Hij slaagde erin te systematiseren en wetenschappelijk te verklaren wat ik met mijn ellebogen aanvoelde. Hij was als een huisdokter: als ik iets voelde, ging ik naar hem, en gaf hij de diagnose.’ Het was de tijd waarin links ‘flinks’ werd – een term waar Tobback zelf van gruwt. Waar de socialisten onder invloed van mei 68 voorheen eerder voorzichtig waren om bij de ordehandhaving een tik uit te delen, was law-and-order onder Tobbacks voorzitterschap niet langer een taboe. ‘Eind jaren tachtig werden we geconfronteerd met problemen als immigratie, drugsproblematiek en criminaliteit’, aldus Tobback. ‘Dat zijn nog steeds onderwerpen – getuige daarvan de ellendige positie waarin John Crombez zich gemanoeuvreerd heeft – waarmee we als socialisten niet op ons gemak zijn. Toen ik in de jaren negentig als minister verantwoordelijk werd voor migratie, hamerde ik erop dat uitgeprocedeerde asielzoekers teruggestuurd moesten worden. Dat was in die tijd ondenkbaar voor een socialist. Ik heb daar toen bakken kritiek voor gekregen.’

Samen met Louis Tobback, die na de ontsnapping van Marc Dutroux in 1998 Johan Vande Lanotte opvolgde als minister van Binnenlandse Zaken, verdween ook de lijn-Elchardus uit het partijprogramma. Patrick Janssens koos als partijvoorzitter voor andere ideologen, al zou hij als burgemeester van Antwerpen nadien ook een stevige aanpak van de criminaliteit verdedigen. Steve Stevaert koesterde als onderbuiksocialist een nauwelijks verholen misprijzen voor intellectuelen. Onder zijn voorzitterschap haalde de partij in 2003 de grootste verkiezingsoverwinning in decennia, maar over multiculturaliteit werd angstvallig gezwegen. Kenmerkend voor die houding was de manier waarop Stevaert de hoofddoekdiscussie probeerde over te slaan: ‘Vlaanderen is niet bedreigd omdat een paar mensen met een hoofddoek rondlopen. Bij ons in Limburg noemen ze dat een sjalleke.’

Islamkritisch

Terwijl de SP.A sinds de triomftocht van Stevaert verkiezing op verkiezing bleef verliezen, koos de partij niet voor de weg die Elchardus had uitgestippeld. Integendeel. Toen Bruno Tobback in 2013 een ideologisch herbronningscongres organiseerde, hield Yasmine Kherbache de pen vast wanneer een tekst over diversiteit moest worden opgesteld. ‘Ik heb daarvoor met hem van gedachten gewisseld’, zegt Kherbache. ‘Ik vermoed dat hij het nog steeds met die beginselverklaring eens is: hij heeft achteraf alleszins geen enkele opmerking gegeven.’ Die koerswijziging van de partij ontging ook buitenstaanders niet. ‘De lijn van mensen als Kherbache en ook Bert Anciaux over diversiteit heeft tijdens het congres in 2013 gewonnen, en daar was de campagne van 2014 ook op gebaseerd’, zegt Wim Vermeersch, hoofdredacteur van Sampol. ‘Mark Elchardus was tijdens het voorzitterschap van Bruno Tobback eigenlijk volledig afwezig.’ Dat laatste is misschien wat overdreven. Het is moeilijk om een voorzitter van de SP.A voor te dragen die nooit of te nimmer Elchardus opbelt. En als dat al zou lukken, komt de voorzitter zijn mening maar al te gemakkelijk te weten via de talrijke interviews waarin journalisten hem om zijn mening vragen.

De laatste jaren profileert Elchardus zich ook steeds scherper op de nieuwe breuklijn. Zo noemde hij de aanslagengolf van de voorbije maanden een ’totale oorlog’. Hij vond dat de grondwet mocht aangepast worden om terroristen beter te bestrijden. Toen Jan Jambon zich, tot ergernis van de linkse oppositie, in De Standaard bekloeg over een ‘significante minderheid’ van moslims die dansten van vreugde na de aanslagen in Brussel, gaf Mark Elchardus hem in Knack bijna gelijk. En toen Willy Claes beweerde dat wie niet erkent dat een Syrische moeder evenveel recht heeft op geluk als een Vlaamse moeder geen plaats heeft binnen de SP.A, reageerde Elchardus laconiek dat in dat geval nagenoeg niemand nog een plaats heeft binnen de partij. Het meest typerend voor die wankele verhouding was nog het vluchtelingenplan van de Nederlandse PVDA-voorzitter Diederik Samsom, die begin dit jaar voorstelde om de vluchtelingenstroom onder controle te krijgen door asielzoekers in Griekenland massaal terug te sturen naar Turkije. Toen John Crombez in een interview in De zevende dag de deal onderscheef, werd hij een dag later tijdens het partijbureau teruggefloten. Crombez slikte zijn woorden weer in.

‘Mark is een stuk bezorgder geworden over de invloed van de islam’, zegt Cuperus. ‘Hij is een van de weinige linkse denkers die het aandurven om aan islamkritiek te doen.’ Ook Louis Tobback, zijn fellow traveller uit de jaren negentig, heeft Elchardus zien opschuiven. ‘Ik ben het niet meer eens met wat hij de voorbije jaren schrijft’, vertelt Tobback. ‘Zijn veralgemeningen doen mij soms aan Michel Houellebecq denken, en dat wens je niemand toe. Ik ben met niemand in oorlog. Er is vandaag niets wetenschappelijks aan de uitleg die hij geeft.’ ‘Hij is polemischer geworden’, vindt ook Frank Van Massenhove, die als topambtenaar goed bevriend is met Elchardus. ‘Hij heeft misschien het gevoel dat hij jarenlang heeft voorspeld wat er ging gebeuren terwijl er niemand naar hem heeft geluisterd. Ik herinner me ook dat de aanslag op de Bataclan in Parijs hem veel heeft gedaan. Daar was hij kapot van. Het was geen kantelmoment, maar alles kwam toen samen.’

Elchardus denkt daar zelf anders over. Het is de geopolitieke situatie in het Midden-Oosten die hem steeds grotere zorgen baren. ‘Sinds mijn emeritaat ben ik mij daarin gaan verdiepen’, vertelt hij. ‘Sedert de invasie van Irak zijn grote delen van het Midden-Oosten en Noord-Afrika heel instabiel geworden. Het is dat wat mij grote zorgen baart. Ik ben het niet eens met wie beweert dat de vluchtelingencrisis voorbij is omdat de aantallen de laatste maanden afnemen. Het wordt de komende jaren alleen maar erger.’ En waarom laat hij zich vandaag veel meer over moslims uit dan vroeger? Elchardus: ‘Naast de kloof tussen hoog- en laagopgeleiden, is er een grote kloof ontstaan tussen moslims en niet-moslims. Dat is me inderdaad laat opgevallen. Ik deed altijd onderzoek naar wat Vlamingen over moslims dachten. Pas de laatste jaren ondervroeg ik ook moslims over wat zíj dachten.’

Veel socialisten ergeren zich niettemin aan Elchardus’ houding, die in hun ogen uitlatingen doet die ze eerder van Luckas Vander Taelen dan van hun huisideoloog verwachten. Vooral bij de jongere generatie is Elchardus niet noodzakelijk een referentie. ‘Ik maak zelf het onderscheid tussen Elchardus als wetenschapper en de meningen van Elchardus over de SP.A’, zegt Kherbache. ‘Ik val soms achterover van wat hij over onze partij zegt. Er is geen enkele SP.A’er die voor open grenzen pleit of ontkent dat er problemen zijn met de multiculturele samenleving. Ik vraag mij af waarop hij dat baseert.’ Ook Bruno Tobback, die tijdens zijn rechtenstudie nog les kreeg van Elchardus, heeft moeite met zijn scherpste standpunten. ‘Hij heeft natuurlijk gelijk dat een multiculturele samenleving moeilijker is dan een monoculturele samenleving’, zegt hij. ‘Maar de vaststelling dat veel mensen het moeilijk hebben met diversiteit, betekent nog niet dat je voor die gevoelens moet capituleren. Ik heb de indruk dat hij die strijd soms opgegeven heeft. Ons uitgangspunt moet zijn: wir schaffen das. We kunnen de rolluiken niet neerlaten en wachten tot de storm overwaait.’

De nieuwe voorzitter denkt daar, gezien zijn stevige uitspraken, anders over. Zal Mark Elchardus, die in november zeventig wordt, onder John Crombez zijn lijn eindelijk uitgevoerd zien worden? ‘Niet alles wat een voorzitter zegt, is bij SP.A de partijlijn’, relativeert Carl Devos, die in een vorig leven ook al tegen wil en dank als de huisideoloog van de partij werd omschreven. ‘John Crombez heeft een duidelijk statement willen maken om de discussie te voeren. Daar is hij al langer mee bezig: dat heeft niet per se iets met Elchardus te maken. Sinds het voorzitterschap van Crombez probeert hij een lijn uit te zetten die cultureel rechtser is dan vroeger. Is dat een echte breuk met het verleden? Misschien.’ Devos wijst er ook op dat de tijden veranderd zijn. Tot voor kort was er geen sprake van terreuraanslagen in Brussel of een vluchtelingencrisis. ‘Dan is het logisch dat Crombez zijn discours probeert te verscherpen.’ Ook Wim Vermeersch is het daarmee eens. Die ziet tegenwoordig een rechtstreekse lijn van Elchardus naar de Grasmarkt. ‘Niet alleen Crombez luistert naar hem, maar ook Jan Cornillie, het hoofd van het studiedienst.’

‘Ik heb John al bijna een jaar niet meer gesproken’, reageert Elchardus daarop. ‘Ik herken in wat John zegt natuurlijk wel dingen die ik zelf heb geschreven. Hij heeft vorige week een duidelijk statement gemaakt door intern een discussie te voeren waarvan hij weet dat ze nog altijd moeilijk ligt.’ Die verwantschap met Elchardus is ook andere SP.A’ers niet ontgaan. ‘Crombez heeft altijd gezegd dat hij een aanhanger is van Elchardus’, aldus voormalig partijvoorzitter Bruno Tobback. ‘Al is het – zoals met veel dingen – niet altijd duidelijk wat hij daar precies mee bedoelt.’

DOOR PETER CASTEELS EN JEROEN ZUALLAERT

‘Ik ken weinig academici die zo moedig zijn als Elchardus.’René Cuperus

‘Ik val soms achterover van wat hij over onze partij zegt.’Yasmine Kherbache

‘Zijn veralgemeningen doen mij soms aan Michel Houellebecq denken, en dat wens je niemand toe.’Louis Tobback

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content