Ingrid Van Daele
Ingrid Van Daele Ingrid Van Daele is redacteur bij Knack

Voor de Leuvense rechtsfilosoof René Foqué gaat de zaak-De Tandt over veel meer dan corruptie alleen. ‘Ze wijst op het fundamentele gebrek aan gereguleerde communicatie tussen de rechterlijke macht en de politiek.’

In de zaak-De Tandt hekelt u het gebrek aan communicatie en informatie, onder meer ten aanzien van de minister.

RENÉ FOQUÉ: Dat is een eerste probleem. Voormalig minister van Justitie, Laurette Onkelinx (PS), die Francine De Tandt tot voorzitster van de rechtbank van koophandel heeft benoemd, werd niet of gebrekkig op de hoogte gebracht van de stand van het toen lopende onderzoek net zomin als van het resultaat. Ook de Hoge Raad voor de Justitie (HRJ), die sinds zijn oprichting na de zaak-Dutroux, in 1998, advies over de benoemingen moet uitbrengen, wordt volgens de geldende procedure niet voldoende geïnformeerd. De raad heeft zelfs het recht niet te eisen dat het van een lopend onderzoek op de hoogte wordt gebracht. Dat is geen probleem van corruptie, maar van communicatie en informatie. Zoals de Franse verlichtingsfilosoof Charles-Louis de Montesquieu al zei: de drie machten moeten onafhankelijk van elkaar optreden, maar ze moeten ook op een goed georganiseerde, procedurele wijze kunnen samenwerken.

Nu speelde de pers de rol van informant, en werd daarvoor ook met de vinger gewezen.

FOQUÉ: De actieve rol van de pers wijst erop dat het zelfreinigende vermogen van de magistratuur in deze zaak is tekortgeschoten. Doordat de tuchtoverste zo dicht staat bij degene tegen wie het onderzoek loopt, is de indruk kunnen ontstaan, dat de zaak tot een interne Brusselse kwestie verworden is.

Nogal wat mensen willen het tuchtrecht hervormen.

FOQUÉ: Men mag niet overhaast te werk gaan. Daarover moet een reflectiegroep van onafhankelijke wijzen oordelen: academici, oud-magistraten, oud-advocaten. Het tuchtrecht maakt deel uit van de fundamenten van de rechtsstaat. Het staat centraal in de verhouding tussen de machten en raakt aan de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Sommigen willen de tuchtprocedures onderbrengen bij de HRJ, maar dat zal de zaken alleen nóg complexer maken. De grondwettelijke positie van de HRJ is helemaal niet duidelijk. Waar situeert de instelling zich ten aanzien van de drie machten? Als ze haar bevoegdheden wil uitbreiden, moet ook de samenstelling van de HRJ onder de loep worden genomen, en de politieke invloeden die daarbij mogelijk een rol spelen.

De minister van Justitie wil zelf ook meer bevoegdheden.

FOQUÉ: Zijn positie is zeker niet benijdenswaard. Hij is de politieke verantwoordelijke, maar beschikt vaak over onvoldoende informatie om die rol te vervullen.

Ingrid Van Daele

‘Er bestaan in dit land geen echte federale verkiezingen, dus schaf ze af.’

Walter Baeten, voorzitter IJzerbedevaartcomité.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content