‘Een zestigjarige scheidsrechter moest onlangs vier matchen op één dag fluiten’

Jacques Vandermeuelen © JONAS LAMPENS

Nooit eerder waren er zo veel voetbalscheidsrechters te kort in Vlaanderen. De bitse en soms zelfs agressieve sfeer naast het veld zou mee de oorzaak zijn. In Limburg werken ze nu zelfs aan een charter voor lastige voetbalouders. Knack vroeg drie scheidsrechters naar hun wedervaren. ‘Ik zie veel jonge scheidsrechters afhaken na vier of vijf wedstrijden.’

Jacques Vandermeuelen (66) – 36 jaar scheidsrechter

‘Ik voetbalde van mijn negende, maar toen ik na een knieblessure niet meer mocht spelen, ben ik begonnen als scheidsrechter. Op mijn eenendertigste. Dat is vrij laat, maar dan kun je wél al beter tegen een stootje. Ik zie veel jonge kerels vol goede moed starten, maar afhaken na vier of vijf matchen.

Dat heeft veel te maken met de verslechterde sfeer op en rond het veld. Het is ook een teken des tijds. Bij iedereen staan de zenuwen veel strakker gespannen, mensen winden zich voor het minste op of reageren geïrriteerd.

Soms krijg ik ook grove uitspraken naar het hoofd geslingerd. Prettig is dat niet, maar bij mij gaat het het ene oor in, het andere oor uit. Door mijn ervaring als voetballer weet ik ook wanneer ik spelers beter eerst kalmeer voor ik een kaart uitdeel. Zeker bij zeventien- of achttienjarigen. Dat is de leeftijd waarop ze denken alles al te weten, maar eigenlijk nog veel moeten leren.

Ik voel het tekort zelfs aan den lijve. Vorig jaar ben ik vier keer onverwachts opgetrommeld omdat ze geen scheidsrechter hadden. Als ze echt niemand vinden, neemt een supporter of een ouder die rol op. Wat kun je anders doen?’

Danny Van Bossuyt (50) – gelegenheidsscheidsrechter

‘Ik ben dit jaar toch al vier keer moeten invallen. Dat lukt me best. Ik ben regent lichamelijke opvoeding en trainer, dan moet je het voetbalreglement onder de knie hebben. Al is het niet vanzelfsprekend om meteen je plaats te vinden in het spel. Ik was blij dat ik daarnet mee naar achteren ben gelopen, anders had ik die offside nooit gezien.

Ik begrijp best dat jongeren niet meer staan te springen om scheidsrechter te worden. Als ouders beginnen te schelden langs de kant, komt dat hard aan. Ze vergeten dat voetbal veel op vrijwilligers draait.

Toen ik jong was, had je zelfs bij wedstrijden tussen tienjarigen een scheidsrechter. Vandaag is het tekort zo groot dat in Vlaams-Brabant beslist is om alle matchen tot U13 zonder arbiter te laten spelen. Onlangs moest een zestigjarige scheidsrechter vier wedstrijden op een dag fluiten. Dat is te veel van het goede. Onze match was de laatste, hij bewoog bijna niet meer.

Wij denken wel na over oplossingen. Sinds enkele jaren moeten onze vijftienplussers twee keer per jaar een wedstrijd fluiten bij de kleinste spelers. Zo leren ze respect op te brengen voor de scheidsrechter.’

Wouter De Brouwer (25) – één jaar scheidsrechter

‘Na een hernia moest ik stoppen met voetballen. Omdat ik nog wel mocht lopen op zachte ondergrond, ben ik scheidsrechter geworden. Voetbal is mijn grote liefde, maar de agressie op en naast het veld is niet aangenaam. Iedereen wijst ook altijd de scheidsrechter met de vinger. Zelfs tv-commentatoren. Op vertraagde beelden is het makkelijker oordelen, maar wij moeten in minder dan een seconde beslissen: goed of fout, bal naar links of naar rechts. Dat is een pak moeilijker.

Veel kinderen denken dat ze de nieuwe Messi of Ronaldo zijn. Ze proberen dezelfde techniek uit, bootsen de haarsnit na, kopen dezelfde soort schoenen. Helaas vertonen sommigen ook echt haantjesgedrag en aanvaarden ze niet dat de scheidsrechter hen terugfluit. Een veertienjarige speler heeft bij een fout al eens geweigerd om mij zijn naam te zeggen. Hij antwoordde dat hij een topvoetballer zou worden en dat ik hem geen kritiek te geven had.

We worden wel goed ondersteund door de voetbalbond, maar ik vrees dat die agressieve mentaliteit zal blijven bestaan. Het is een weerspiegeling van de maatschappij die verhardt.’

DOOR NATHALIE CARPENTIER, FOTO’S JONAS LAMPENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content