Schone Kleren Campagne: ‘Een boycot van kleren uit Bangladesh zou funest zijn’

Sara Ceustermans van Schone Kleren Campagne (rechts): 'Wij roepen niet op tot een boycot van kleren uit Bangladesh.' © BELGA

Als consument kun je bedrijven die investeren in ethische kledij ondersteunen, zegt coördinator Sara Ceustermans van Schone Kleren Campagne. ‘Maar laat zeker ook bij de grote ketens je kritische stem horen.’

Sommige winkels beweren wel dat ze ethische kledij verkopen, maar is dat werkelijk zo? (Hanne Vantuyne, Koekelare)

Sara Ceustermans: Als consument is het niet makkelijk om door de marketingpraatjes heen te kijken. Merken beseffen dat dit een gevoelig thema is en proberen hun imago op te poetsen. Gelukkig zijn er websites die merken doorlichten. Rankabrand.nl is er zo één: zij rangschikken verschillende producten en merken op basis van ethiek en ecologie. Al kunnen zij niet zelf ter plaatse gaan voor inspecties, dus ze moeten zich baseren op de communicatie van de bedrijven, wat soms een vertekend beeld geeft. Fairwear.org is een heel betrouwbare organisatie die bedrijven helpt om betere arbeidsomstandigheden te creëren. De merken die daarbij aangesloten zijn, zijn misschien nog niet 100 procent fair maar ze zijn toch al op de goede weg.

Onlangs begon ik naailessen te volgen, in de hoop binnenkort zelf mijn kleren te kunnen maken. Maar hoe weet ik of de stoffen die ik koop wel ethisch tot stand kwamen? (Tine Jans, Hasselt)

Ceustermans: Ook voor stoffen bestaan er labels, maar er bestaan er verschillende, waardoor het soms moeilijk is om door de bomen het bos te zien. Het Fairtrade-label is betrouwbaar. Als je dat op katoen vindt, weet je dat de katoenboer een eerlijk loon kreeg. Maar of dat ook geldt voor de textielarbeider die de stof heeft geweven, blijft onduidelijk. Daarnaast is ook het GOTS-label bekend, dat zowel op ecologische als op ethische aspecten focust. Vooral dat eerste wordt zeer goed gecontroleerd. Echte zekerheid heb je helaas nooit.

Waarom laat de overheid nog toe dat er ongezonde, milieuvervuilende en ethisch onverantwoorde producten gemaakt worden?

Marie-José Meers, Riemst

Ceustermans: Dat vragen wij ons ook af. In onze buurlanden zijn er al stappen gezet, maar de Belgische regering blijft geloven in zelfregulering door bedrijven. De sector zegt al twintig jaar dat hij inspecties doet, terwijl er heel weinig verandert. Toen in 2013 de textielfabriek Rana Plaza in Bangladesh instortte, waarbij 1000 doden vielen, waren er nog maar pas controles geweest. Dat zegt genoeg over de kwaliteit en de opvolging. We hebben nood aan wetten die bedrijven verplichten om hun verantwoordelijkheid te nemen, en om volledig transparant te zijn over al hun leveranciers.

Ook al zijn de lonen van de textielarbeiders te laag, als we stoppen met hun producten te kopen, hebben ze geen werk meer. Is dat wel verantwoord? (Wim Annerel, Lokeren)

Ceustermans: Wij roepen niet op tot een boycot van kleren uit Bangladesh. De textielsector is daar goed voor 82 procent van de export, een boycot zou funest zijn voor de economie. Maar dat wil niet zeggen dat we ons zomaar moeten neerleggen bij de slechte arbeidsomstandigheden. Er zijn al enkele merken die wél een eerlijke prijs betalen en in veilige fabrieken laten produceren. Als consument kun je die pioniers ondersteunen. En als je toch bij grote ketens winkelt, kun je wel een signaal geven. Stuur een kritische e-mail, plaats opmerkingen op Facebook, spreek de verkopers aan. Het imago van merken is belangrijk, als zij veel kritische vragen krijgen, moeten ze wel verantwoording afleggen.

VRAAG VAN DE WEEK

Kunnen we kledingwinkels niet verplichten om foto’s uit te hangen van de ateliers waar hun kleren worden gemaakt, zoals tabaksproducenten moeten tonen wat de gevolgen van roken zijn? (Geert Vansteenbrugge, Brugge)

Ceustermans: Dat is een origineel idee. Alleen heb ik een belangrijke kanttekening. In Bangladesh is veel geïnvesteerd in de veiligheid van de fabrieken. Op het eerste gezicht zien heel wat fabrieken er best oké en netjes uit. Maar wat je op een foto niet ziet, is dat die arbeiders ’s avonds naar hun krot in de sloppenwijk moeten, een veel te laag loon krijgen, heel wat overuren moeten kloppen, zich vaak niet mogen aansluiten bij een vakbond enzovoort. Om een correct beeld te geven, zou je dus beter foto’s van hun huis tonen, hun loonbrief, hun rechten om zich te vertegenwoordigen. Dat lijkt me minder haalbaar dan een foto uit het atelier.

Het thema van volgende week vindt u hier. Vragen kunt u mailen naar mijnvraag@knack.be. De inzenders maken kans op een boekenbon van Standaard Boekhandel ter waarde van 20 euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content