Barack Obama herschikt zijn veiligheidsdiensten. Of hij dat nu wil of niet, hij moet oorlog voeren.

‘Misschien hebt u geen zin in oorlog, maar de oorlog heeft wel zin in u.’ De boutade van de Russische revolutionair Leo Trotsky stemt nu wellicht ook Barack Obama tot nadenken. De president vertrok op kerstdag naar Hawaï voor een korte vakantie die door de perikelen rond de hervorming van de gezondheidszorg al was uitgesteld. Maar na de mislukte aanslag op vlucht 253 van Northwest Airlines van Amsterdam naar Detroit was hij snel weer terug. In Wash-ington bleek meteen dat de inlichtingendiensten zwaar in de fout waren gegaan.

Een duidelijk boze president vertelde de media dat er genoeg informatie beschikbaar was over de Nigeriaan Umar Farouk Abdulmutallab, die het vliegtuig met een bom in zijn onderbroek probeerde op te blazen, maar dat de verschillende diensten er niet in waren geslaagd om alle eindjes aan elkaar te knopen. Het was, zei Obama, een knoeiboel.

Hij kondigde meteen een reeks maatregelen aan en stelde er andere in het vooruitzicht. De zogenaamde no-flylijst, met de namen van mensen die niet mogen vliegen en waarop de naam van de Nigeriaan niet voorkwam, wordt uitgebreid. Mensen uit 14 landen worden nog strenger gecontroleerd dan andere passagiers. Er zal op luchthavens nauwlettender naar explosieven worden gezocht. Er worden voorlopig geen gevangenen uit Guantanamo naar Jemen teruggestuurd. Het risico dat ze daar weer in het vaarwater van Al-Qaeda terechtkomen, is te groot. Ook Abdulmutallab werd in dat land opgeleid.

De kans is klein dat die maatregelen de kritiek doen verstommen. Vooral voormalig vicepresident Dick Cheney, de architect achter de oorlog in Irak, roert zich. Volgens Cheney laat Obama de oorlog tegen het terrorisme slabakken. De war on terror zou niet in de kraam van de nieuwe president passen. Het Witte Huis antwoordt daarop dat zeven jaar van Republikeinse oorlogstaal de terreurdreiging ook niet heeft verminderd. Obama blijft overigens herhalen dat zijn land wel degelijk in oorlog is met een groep gewelddadige extremisten. ‘Maar’, sneerde hij naar Cheney, ‘we zullen daarom niet toegeven aan de druk om onze waarden en vrijheden op te geven.’

Toch valt de kritiek van de Republikeinen in vruchtbare grond. Onderzoek leert dat de Amerikanen zich sinds het aantreden van Obama niet veiliger voelen. Veel Repu-blikeinen zijn boos omdat Khaled Sjeik Mohammed, die als het brein achter de aanslagen van 11 september 2001 wordt beschouwd, voor een gewone federale rechtbank moet verschijnen en niet voor een van de uitzonderingsrechtbanken die door de vorige regering in het leven werden geroepen. Umar Farouk Abdulmutallab wordt als een gewone crimineel behandeld, en niet als een ‘vijandige strijder’ die aan een veel hardere behandeling kan worden onderworpen. Rechts Amerika ging steil achterover toen terreurchef John Brennan van het Witte Huis suggereerde dat de Nigeriaan misschien bereid zou zijn om te praten in ruil voor strafvermindering.

Veel Amerikanen twijfelen eraan of Obama het land kan leiden in de strijd. Toch is hij niet alleen de president van de nieuwe gezondheidswet. Hij is ook een oorlogspresident. Op 30 december blies een Jordaanse dubbelagent zich op in een kamp van de CIA in Afghanistan. Daarbij kwamen ook acht agenten om het leven, die de operaties met zogenaamde drones tegen doelwitten van Al-Qaeda in Pakistan leidden. Het gebruik van die omstreden vliegende bommen is onder Obama fors opgevoerd.

© The Economist

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content