De Belgische chemie presenteert een primeur van Europees formaat, erkennen zelfs ecologisten. Het duurzaamheidsrapport van Essenscia is meer dan een charmeoffensief.

Essenscia, de federatie van de Belgische chemische nijverheid, stelt deze week het Duurzaamheidsrapport 2009 voor. Het zijn 84 uiterst leesbare pagina’s geworden die, anders dan de kost die federaties doorgaans opdienen, heel concrete en relevante informatie bevatten. Zo lezen we in het luik over ‘mensen’ dat de sector veroudert: het aantal 50-plussers neemt toe terwijl het aantal jongeren afneemt. In de branche wordt ook aanzienlijk minder gestaakt dan in de totale industrie (0,11 dagen per werknemer per jaar tegenover 0,18 dagen). Dat de chemie aanzienlijk minder arbeidsongevallen kent dan de totale industrie, maar ook dat arbeiders er vaker en voor langere perioden afwezig zijn. Het luik over ‘ecologie’ geeft aan hoeveel CO2-uitstoot de sector gereduceerd heeft door over te schakelen van olie op gas als energiebron. En ook: hoe de productie de voorbije jaren kon verdubbelen terwijl het energieverbruik constant bleef.

Jan Turf, beleidscoördinator van de Bond Beter Leefmilieu, noemt het rapport ‘een zeer grote verdienste’ omdat het de eerste keer is, zeker in ons land en wellicht ook in Europa, dat een hele sector met een integraal duurzaamheidsrapport komt aanzetten. ‘Dat is vooral belangrijk omdat het rapport is opgesteld volgens de standaarden van het Global Reporting Initiative (GRI). Dat maakt de gegevens objectief en vergelijkbaar. Het getuigt van veel moed om voor GRI te opteren, want dan toon je ook je zwakkere kanten.’

De Belgische chemiesector werkt al langer aan een goede reputatie – het programma Responsible Care dateert al van 1987 -, maar dit rapport gaat volgens Jan Turf een stapje verder. ‘In mijn ogen draaide Responsible Care aanvankelijk vooral om communicatie en om verdediging tegen kritiek. Maar de geesten zijn duidelijk geëvolueerd. Van “onze winkel beter verkopen” naar “het echt beter doen”.’

Om er zeker van te zijn dat het rapport maatschappelijk relevant zou zijn, werkte Essenscia het rapport trouwens uit in dialoog met de buitenwereld. Tal van stakeholders (onder wie ook Jan Turf) konden hun input kwijt. ‘En daar is ook rekening mee gehouden’, aldus Turf. Wat niet betekent dat er geen kritiek meer is. Met name over het deel waarin Essenscia de ecologische betekenis van zijn producten in de verf zet, is Turf minder enthousiast. ‘Oké, voor producten bestaan er nog geen GRI-standaarden. Maar hun bevindingen lijken hier toch veel optimistischer dan andere rapporten.’

Essenscia hecht er belang aan meer aansluiting te vinden met de samenleving, laat gedelegeerd bestuurder Yves Verschueren weten. De sector heeft moeite om voldoende jong talent te rekruteren. Een hogere aaibaarheid voor de chemiesector zou moeten helpen. Met dit rapport wordt daarmee een grote stap gezet.

Luc Baltussen

‘15.000 banen creëren door de btw in de horeca naar 6 % te verlagen: ik heb daar enorme twijfels bij.’ Professor overheidsfinanciën Joseph Pagano (UMons), in ‘Le Vif/L’Express’.