Voor oppositielid Dirk Van der Maelen (SP.A) heeft de commissie twee heilige huisjes neergehaald: het bankgeheim en het charter van de belastingplichtige.

Dirk Van der Maelen, die in het rapport van de parlementaire onderzoekscommissie verschillende van zijn eerdere strijdpunten zag opduiken, heeft al een aantal wetsvoorstellen klaar. Hij hoopt dan ook dat de aanbevelingen snel zullen worden uitgevoerd.

Gelooft u dat het bankgeheim zal worden opgeheven?

DirkVan der Maelen: Zoals de onderzoekscommissie heeft vastgesteld, is het bankgeheim een echt beletsel om grote fiscale fraude efficiënt te bestrijden. Er zijn dan ook aanbevelingen om de wetgeving aan te passen. Ik heb een wetsvoorstel daaromtrent ingediend, en hoop dat de partijen die het rapport goedkeurden (allemaal, behalve LDD, VB en N-VA, nvdr) nu ook het wetsvoorstel zullen ondertekenen.

Wat verwacht u van de banken wat dat betreft?

Van der Maelen: Zij zullen zich verzetten. Uit de hoorzittingen over de kasgeldvennootschappen, bijvoorbeeld, is duidelijk gebleken dat het bankgeheim niet alleen bescherming biedt aan de belastingplichtigen. Ook de banken zelf, die in dit geval mede-uitvoerder waren van de fraudemechanismen, werden erdoor uit de wind gezet. Met dergelijke operaties gaan vaak grote sommen gepaard, en dus zullen de banken een opheffing niet zomaar slikken.

Ik verwacht trouwens ook groot protest van de fiscale adviseurs en de zogenaamde cijferberoepen – boekhouders, advocaten, fiscalisten, bedrijfsrevisoren – zodra we de wetgeving daaromtrent zullen willen verscherpen. Nochtans waren zij vaak de bedenkers en de verkopers van frauduleuze technieken. In geval van fraude moeten daarom ook zij veroordeeld worden.

Het charter van de belastingplichtige verhindert de samenwerking tussen het parket en de administratie. Wat moet daaraan veranderen?

Van der Maelen: De best geschoolde ambtenaren van de fiscus en zeker van de Bijzondere Belastinginspectie mogen het gerecht momenteel niet rechtstreeks bijspringen bij dossiers van grote fiscale fraude. Dat heeft tot gevolg dat er veel tijd verloren gaat. Het Charter van de Belastingplichtige moet dus zo worden aangepast dat er een wettelijk geregeld driehoeksoverleg mogelijk wordt tussen de fiscus, het parket en de politiemensen.

Bovendien moet op het niveau van het parket in de grote rechtbanken een fiscaal auditoraat worden opgericht. Een apart parket dat bestaat uit fiscale specialisten, die zich uitsluitend concentreren op de vervolging van fiscale misdrijven. Dat moet er komen onder de impuls van de minister van Justitie. Helaas, de inertie van Justitie kennende zou dat wel eens heel lang op zich kunnen laten wachten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content