Bertrand Sassoye en Pierre Carette, twee namen uit een ver CCC-verleden. Vorige week donderdag doken ze plots weer op.
Drie weken geleden ging de telefoon in Brasserie Verschueren in Sint-Gillis. Iemand aan de andere kant van de lijn zei tegen Bertrand Sassoye: ‘Het materiaal is gearriveerd. Ook de lonten zijn er.’ Ze hadden er allemaal heel erg om moeten lachen. ‘Als de politie ons nu afluistert, staan ze hier binnenkort’, zeiden ze. Het was de man van de Amicrack, de bric-à-bracwinkel om de hoek, die de aankomst van de bestelling doorgaf. De man was zich van geen kwaad bewust.
Bertrand Sassoye had er vuurwerk besteld om het huwelijk te vieren van Geneviève en Flor. Flor en Bertrand Sassoye kennen elkaar al jaren. Ze werken samen als kelner in Brasserie Verschueren. Ze hebben nog samen de organisatie Secours Rouge opgericht. Bertrand Sassoye woont boven de brasserie. Flor trouwde op 17 mei. Het vuurwerk kreeg hij cadeau.
Vorige week donderdag viel de zwaarbewapende politie binnen in het appartement van Sassoye. Met groot vertoon werd hij door gemaskerde agenten uit bed gelicht. De computers op de verdieping beneden werden in beslag genomen. Op het nieuws klonk het dat er bij Sassoye ‘materiaal om springstoffen te produceren’ was gevonden.
De politie vond dertig meter lont voor vuurwerk en enkele vuurpijlen. Flor zit nu in een hoek van Brasserie Verschueren met een video van zijn huwelijksfeest. Daarop is Bertrand Sassoye te zien die feestelijk vuurpijlen afschiet.
Bertrand Sassoye werd in de jaren tachtig de belangrijkste luitenant genoemd van de leider van de Cellules Communistes Combattantes (CCC), Pierre Carette. Ook Carette werd donderdag opgepakt. Beiden zouden de voorwaarden van hun voorlopige vrijlating niet nageleefd hebben en tientallen telefoongesprekken met elkaar gevoerd hebben. Maar volgens ingewijden zijn Sassoye en Carette sinds twee jaar met elkaar gebrouilleerd. Het tweetal werd in 1988 veroordeeld tot levenslang voor hun aandeel in de CCC-aanslagen, die aan twee brandweerlui het leven hebben gekost.
Behalve Sassoye en Carette werden vorige week donderdag nog drie linkse militanten opgepakt. De RTBF-journaliste Wahoub Fayoumi, vrachtwagenchauffeur Constant Hormans – in de jaren tachtig lid van de bende van Marcel Habran – en de Libanese marxist Abdallah Ibrahim Abdallah.
Op zaterdagmiddag lagen er in de marxistische antiquariaatsboekhandel Aurore van Flor Dewit al pamfletten klaar van de Secours Rouge. Het opschrift luidde: ‘Hoe men de CCC doet herleven om de solidariteit te begraven.’ Geflankeerd door de strijdteksten uit de jaren tachtig van de CCC en ‘Materiaal voor de revolutie, deel 1’.
Beneden op het pamflet stond: ‘Wij vernemen op het moment dat wij deze lijnen schrijven dat er nog een andere militant van de Secours Rouge gearresteerd is.’ Die dag werd Jean-François Legros gearresteerd in Gembloux. Legros pleegde begin jaren negentig twee gewelddadige en dodelijke overvallen. Hij zat samen met Sassoye in de gevangenis van Lantin en werd er door hem ingeleid in het marxistisch-leninistisch denken. Ook Legros zou gearresteerd zijn wegens het niet naleven van de voorwaarden van zijn voorlopige vrijlating en nog contact hebben gezocht met Sassoye.
De Brusselse onderzoeksrechter Berta Bertrando Mendez heeft Sassoye, Fayoumi, Ibrahim Abdallah en Hormans in verdenking gesteld wegens betrokkenheid bij de Italiaanse terroristische organisatie PCPM (Partito Comunista Politico Militare). Zowel de arrestatie van Legros als die van Carette zou los staan van de verdenking van het viertal en slechts een uitloper zijn van het onderzoek.
Het onderzoek kwam op gang toen de Italiaanse politie op 12 februari 2007 vijftien leden van de PCPM arresteerde omdat ze concrete aanwijzingen had dat er in maart een aanslag zou worden gepleegd op het kantoor van de krant Libero. Sassoye, Fayoumi, Ibrahim Abdallah en Hormans zijn aangehouden omdat tijdens de arrestatie van de PCPM-leden vier van hun pasfoto’s met hun persoonsgegevens werden gevonden die volgens het gerecht kunnen worden gebruikt om officiële documenten na te maken. Het dossier is in handen van het federaal parket. De raadkamer spreekt zich vandaag, woensdag uit over hun verdere aanhouding.
De linkse organisatie Secours Rouge, waarvan de vier verdachten lid zijn, is een organisatie die zich solidair verklaart met de mensen zonder papieren, de politieke gevangenen, de syndicaten. ‘Wij zijn geen pseudo-terroristische organisatie’, zeggen de woordvoerders. ‘We organiseren publieke debatten.’ Zoals laatst nog in april: over de politieke repressie in Italië. ‘Toen zijn enkele personen komen getuigen over het juridisch kader waarin de arrestaties van 12 februari 2007 in Italië werden verricht.’
Een honderdtal leden en sympathisanten van Secours Rouge betoogden het voorbije weekend voor de Brusselse gevangenissen. ‘Wij pikken het niet dat de solidariteit met politieke gevangenen een crimineel tintje krijgt.’
Anna Luyten
