Jan Braet
Jan Braet Jan Braet is redacteur cultuur bij Knack.

Schilderijen zijn ook tekeningen en vice versa. ‘Pictografie’ aan de Leie.

Hij hangt er, en hij hangt er alleen, alleen in zijn museum dat in het dorp staat waar hij woont en altijd gewoond heeft. Een mens zou er claustrofobisch van worden, maar niet Roger Raveel (88) in Machelen-aan-de-Leie. Hij heeft er de schilderkunst ooit opnieuw uitgevonden, bijna puur voor eigen gebruik. De Nieuwe Visie is een oer-Vlaams metafysisch realisme vanuit het persoonlijke perspectief van de schilder. Ons is enkel een blik over zijn schouder vergund. Een blik op iets wat in het dorp gebouwd is, iets wat als landschap verschijnt en iets in de hemel: een gat, een vierkant nog wel.

Terwijl we de rare stier, de tuinmuur of de gestreepte trui gadeslaan, worden we overvallen door een leegte. Het blijft allemaal luchtig, ook in de zin van humor, en met veel uitsparingen. De feeling voor solide vlakken en vegen gaat gepaard met het meest frisse coloriet. Een verademing, in een dorp dat best wat meer kleur kan gebruiken. (Alsnog denkt Machelen dat het de dingen vooral groots moet zien: een majesteitelijke trap naar de oude Leiearm, een nieuw appartementsblok met een toren als tegen een aanval van de Noormannen.)

Zou het museum doodbloeden als alles altijd zou blijven hangen zoals het hangt, Raveel forever? Allicht niet, maar dat is een ander verhaal. Er is een kleine staf die niet met zijn vingers zit te draaien, maar tijdelijke tentoonstellingen bedenkt. Er is plaats genoeg, bijvoorbeeld in de suite van kamertjes bij de oude pastorie, door architect Stéphane Beel zo mooi verbonden met de nieuwe blokken. De onderwerpen houden losjes verband met de een of andere trek in het werk van de huiskunstenaar.

Zoals nu, voor Pictografie. Het uitgangspunt is een groep Raveeltjes uit de jaren vijftig, sobere stillevens met hier en daar een magnetisch accent in lijn of kleur. Met de aardige bijkomstigheid dat je (niet) goed ziet waar de tekening stopt en het schilderen begint. Neem nu zo’n Breister (1953) met rode breipen en blauwe draad. De vorm van haar handen lijkt te ontstaan uit het lijnenspel van de draad. Dat is het getekende. Torso en omgeving – een uitzetting van het breiwerk! – zijn daarentegen in brede dunne vegen aangegeven: het geschilderde. Maar wat te zeggen van de zwarte strepen die het gezicht van de breister het uitzicht van een imker geven, wat van het pasteuze witte hoofddeksel met de brede gele diagonaal eroverheen? Een onderscheid valt nog moeilijk te maken. Dat is al altijd zo geweest, Pictografie zet het alleen in de verf.

De meester wordt voortreffelijk omringd door een firmament van kleurige streepjes van Benoît van Innis, omineuze figuren met een mysterieuze haarziekte van Elly Strik, leerstellig-heden van Ante Timmermans en knap dubbelzinnige tableaus door Walter Swennen – zot – en René Daniels – bespiegelend.

Jan Braet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content