ma 26 10

Voor het hof van assisen zijn er grosso modo drie mogelijkheden. Eén. U hebt het niet gedaan en u wenst niet veroordeeld te worden: neem Piet Van Eeckhaut. Twee. U hebt het wél gedaan en u wenst niet veroordeeld te worden: neem Jef Vermassen. Drie. U hebt het wél gedaan en u wenst wél veroordeeld te worden: neem meester Rieder.

Puur theoretisch is er natuurlijk nog een vierde mogelijkheid. U hebt het niet gedaan en u wenst toch veroordeeld te worden. Neem dan meester Van Steenbrugge.

Het veelbesproken assisenproces in Gent vorige maand over de moord op de onfortuinlijke Roger Van Rie heeft weer eens duidelijk aan het licht gebracht dat men het hele justitieapparaat mag afschaffen – en als ze Stefaan De Clerck laten doen is het binnenkort zover – maar dat men van assisen moet afblijven. Wat een spektakel.

Wij hebben u bij het begin van het proces al beschreven hoe meester Rieder de hele jury op de vlucht had gedreven door hen het verhaal te vertellen, of zeggen we beter: toe te snauwen, van een sukkelaar die ooit in twéé van zijn processen had moeten zetelen. Is het denkbaar dat een mens zoveel pech kan hebben? Neen, denkbaar is dat niet, maar het is toch gebeurd.

‘De tweede keer herkende ik de man niet meer’, bulderde meester Rieder de kalk van het plafond. ‘In lompen en op versleten sandalen, een baard van vier maanden en in geen jaar gewassen. De arme borst had zodanig veel schuldgevoel overgehouden aan de eerste uitspraak dat hij totaal op de dool was geraakt, zijn werk verloor, zijn vrouw en kinderen, zijn vrienden, zijn familie, zelfs zijn hond. En toen hij meende eindelijk rust te hebben gevonden in een kartonnen doos voor de ingang van Brussel Zuid, kwamen ze hem daar oppikken om te zeggen dat hij opnieuw in een volksjury moest zetelen. De tweede dag stak hij in volle zaal een mes in zijn eigen hart.’

Zo ging meester Rieder nog een tijdje door, tot ook het laatste jurylid zijn spullen bijeenscharrelde en op de vlucht sloeg. De rechtbank heeft hemel en aarde en alle bergen moeten verzetten om een nieuwe jury samen te stellen.

De moord op Roger Van Rie, een herenboer uit Maldegem, zou door twee mannen gepleegd zijn in opdracht van een zekere Lippens, nomen est alweer omen, die een relatie was begonnen met de ex van het slachtoffer. Men zou in die omstandigheden het omgekeerde verwachten, dat de boer die Lippens om het leven brengt, maar we bevinden ons met deze zaak in Oost-Vlaanderen, arrondissement Eeklo zelfs.

Openbaar aanklager, dat moet u ook nog weten, was Annemie Serlippens. Dat is die rosse van het parket van Gent, die zo nu en dan op televisie aan het particuliere verstand van Sofie Demeyer probeert te brengen hoe de zaken in elkaar zitten. In een bevlogen requisitoir bevestigde zij in één klap alle vooroordelen die er bestaan tegenover vrouwen met een naar rood neigende haarkleur.

Zo veegde ze de vloer aan met meester Johan Platteau wiens cliënt, een zwakbegaafde die in een instelling zit opgesloten, zichzelf en drie andere beklaagden erbij had gelapt. Meester Platteau verontschuldigde zich daar op het einde van het proces voor, in een emotioneel en diepmenselijk betoog waarin hij zijn bewondering uitte voor zijn confraters Vermassen en Rieder, en welgemeende lof sprak voor hun eerlijkheid, hun juridische beslagenheid, en hun truken van de foor.

De hele zaal was een tikje aangedaan door deze uitzonderlijke bekentenis, op uitzondering van die rosse van het parket, die hoofdschuddend uitriep: ‘Hier zie, Platteauke heeft het licht gezien. Na pater Damiaan nog een tweede mirakel. Ik zal u eens iets zeggen, meester Platteau: voor advocaat deugt ge niet, maar als acteur kunt gij zeker mee in Familie of in Thuis. Ge zijt onder de indruk van Vermassen en Rieder? Maar maar toch. Ik heb ooit bijna een affaire gehad met de Jef, en ik was niet onder de indruk, dat kan ik u wel verklappen. En de uitleg van Hans Rieder is zo onzinnig dat ik hem niet eens kan beantwoorden.’

We hebben nog vergeten te melden hoeveel verdachten er waren. Dat was niet helemaal duidelijk. De ene dag vier, daar vielen er dan twee van weg, de volgende dag kwamen ze er weer bij samen met nog drie anderen, op een avond werd meester Rieder per ongeluk zelf van de moord beticht. En de cliënt van meester Platteau zat dus in de psychiatrie. Totaal van zinnen. Die hadden ze aan een leugendetector gekoppeld, een spervuur van vragen voorgelegd, hem met hel en dood bedreigd, en bovendien wijsgemaakt dat de andere drie bekend hadden en dat hij alleen strafvermindering kon krijgen als hij hetzelfde deed. En dat tegen een mens met een IQ dat nog lager lag dan dat van Bart Somers. Die brave ziel had om het even wat bekend, desnoods de verkoop met voorkennis van Fortisaandelen. En op basis daarvan waren dan de cliënten van meester Vermassen en meester Rieder in beschuldiging gesteld! U kunt dat gaan denken.

Op een gegeven moment begon Jef Vermassen voor een enthousiaste gerechtszaal te vechten met de beroemde gerechtspsychia-ter Roger Deberdt, die had opgemerkt dat wanneer een leugendetector begint te piepen, de aangekoppelde soms echt liegt. Jef rook zijn kans. Hoeveel oscillatoren er in zo’n leugendetector zaten, beet hij Deberdt toe. En hoeveel ohm de weerstand bedroeg. Daar kon de psychiater niet meteen op antwoorden. ‘Eén verkeerd draadje’, riep Jef, die hier uit persoonlijke ervaring sprak, ‘en alles is om zeep. Iemand die ja bedoelt, zegt in uw test nee. Waardeloze brol. Het enige waar ge zo’n leugendetector met een kleine kans op succes voor kunt gebruiken, is om mayonaise te kloppen.’

Nadat hij Deberdt ook nog een dubieuze levenswandel had verweten, ging Jef moe maar tevreden zitten. Toen veerde meester Rieder recht. Hij beweerde dat de test met de leugendetector niet volgens de vereiste procedures was verlopen. ‘In de wet, en dit is bevestigd door het Europees Hof van Straatsburg in een arrest van 9 oktober 2004 deel vijf paragraaf zeven punt zestien, staat duidelijk gestipuleerd dat ge dat machien op een wisselstroomgenerator moet aansluiten. Welnu, bij deze ondervraging stond hij aangesloten op gelijkstroom. Die test is bijgevolg waardeloos en dient uit het dossier te worden geschrapt. Geen van de juryleden mag er in zijn beoordeling rekening mee houden. En om daarvan zeker te zijn stel ik voor dat we elk jurylid laten brainwashen door een expert die de verdediging aanstelt: meester Christine Mussche. Als zij met elk lid klaar is, zullen velen veel vergeten zijn me dunkt.’

Zo slingerde het proces-Van Rie zich van incident naar incident, beter dan in de beste film. En toen, op het einde van de pleidooien van de verdediging, kort nadat meester Vermassen zijn toga woedend aan stukken had gescheurd en had gedreigd om iedereen met lepra te besmetten, kwam meester Rieder met zijn traditionele meester-Riederzet: een nieuw element! De stand van het vliegenraam voor de deur waardoor boer Van Rie was doodgeschoten.

De jury, bekaf na vier weken juridisch spervuur, zag tot haar ontzetting hoe meester Rieder onder zijn bank dook, daar een uit zijn sloten barstend en tamelijk versleten leren kazakske weg griste, en vier dikke boekdelen over de geschiedenis en de productie van vliegenramen tevoorschijn haalde. Hierna begon hij ze ook nog voor te lezen. Eerst deel 1. Dan deel 2. Vervolgens deel 3. Tot slot deel 4.

Bij Annemie Serlippens druppelde de verf uit haar kapsel. Dat kleurde langzaamaan groen, wat blijkbaar de grondlaag was geweest. Voorzitter Erik Van de Sijpe sloeg dan weer grijs uit, van ellende. Zeker toen meester Rieder zestien uur later besloot: ‘Tot zover de theoretische kant van de kwestie, maar die doet eigenlijk niet ter zake. Waar ik toe zou willen komen, mijnheer de voorzitter, indien u mij toestaat, is de inslag van verschillende types kogel op een vliegenraam, naargelang van de hoek waaruit het schot is afgevuurd.’

Toen de jury drie dagen later eindelijk mocht beraadslagen, was het verdict na anderhalve minuut klaar: iedereen vrij. Meester Rieder viel van verrassing van zijn stoel: zijn cliënt vrij! Nooit gebeurd. Tekende meteen cassatieberoep aan wegens procedurefouten. Binnenkort trouwt hij. Benieuwd of dat zonder procedurefouten zal verlopen.

wo 28 10

Dat politici zakkenvullers zijn, is een zo vaak misbruikt cliché dat geen enkele journalist het nog durft te schrijven. Vandaar dat sommige politici het dan maar zelf doen. Herinnert u zich de aflevering van Phara, het moet die week geweest zijn dat ze niet met vakantie was, waarin Marc Verwilghen mocht komen vertellen dat hij niet meer aan politiek deed en dus eindelijk als vrij man kon spreken. Was nog wel senator, ondervoorzitter van de Senaat zelfs, en trok op uw en mijn kosten een euro of 13.000 per maand, maar dat was hij blijkbaar vergeten. Dat hij in één verkiezing tijd 450.000 stemmen had verloren, verzweeg hij ook. Wel ging hij in de aanval tegen het triumviraat aan de top van Open VLD, dat waardevolle politici als hijzelf in hun werk had gefnuikt en de partij onder de knoet hield. Een terechte vaststelling.

De dag daarna liet Het Laatste Nieuws Bart Tommelein aan het woord, net als Verwilghen senator voor de liberalen en zelfs fractieleider. Wij hebben dat artikel bijgehouden. Tommelein over Verwilghen, de Kennedy van Oostende over de Reagan van Knokke:

Kritiek kan, maar dit gaat te ver. Die man schiet op mensen en de partij waar hij alles aan te danken heeft, ook zijn benoeming tot minister. Iedereen weet toch dat de partijtop en niet de kiezers de ministers kiezen. Marc Verwilghen moet dat maar eens goed beseffen en dus zijn mond houden. Hij heeft alle kansen gekregen, de portefeuilles Justitie en Economie waren niet de minste. Daarna de partijleiding de schuld geven omdat het allemaal niet verlopen is zoals je zelf zou willen, vind ik laag. Ik heb genoeg van zijn martelaarschap. Het is altijd de schuld van de anderen. Op de voorbije partijdag in Oostende hebben we gezamenlijk besloten dat het geruzie onder partijleden moest stoppen. Raad eens wie er niet was in Oostende? Juist: Marc Verwilghen. Hij was voor zogenaamde privéredenen in het buitenland. Hij is er trouwens bijna nooit. Op het weekend voor de Senaatsfractie kwam hij vijf uur te laat en even later was hij alweer weg. Al vijf jaar organiseer ik een groot liberaal feest in Oostende en hij deed nog nooit de moeite om al was het maar even goeiedag te komen zeggen. Onze lokale afdelingen weet hij niet eens liggen. Ik zou echt niet weten wie zijn vrienden zijn binnen de partij. Ik heb me kwaad gemaakt toen ik hem dit jaar vroeg of hij mijn lijst voor de Vlaamse verkiezingen wou duwen. Hij zei doodleuk “neen”, kun je dat geloven? Enkel als hij wat kan winnen, doet hij mee. Dat is Verwilghen: een einzelgänger die enkel denkt aan zijn eigen profijt. Zo is hij ondervoorzitter van de Senaat, lid van het Beneluxparlement en van de OVSE. Allemaal postjes die aardig verdienen en waarvoor je vaak naar het buitenland mag. Er wacht hem nog een hartelijk gesprek. Maar nu gaat dat niet, de arme man zit voor de OVSE in Griekenland. Voor een heel belangrijke missie, begrijp je?

Dit alles zegt dus de Senaatsfractieleider van Open VLD over zijn eigen senator. Geweldige fractie. Wordt ook nog bevolkt door het Vivant-duo Roland Duchâtelet en zijn goede vriendin Nele Lijnen, die van Guy Verhofstadt twee zetels cadeau hebben gekregen. Lijnen via een zekere tweede plaats op de lijst, Duchâtelet via een al even zekere eerste opvolgersplaats voor Verhofstadt zelf.

Daarnaast zit Ann Somers, die door haar eigen Open VLD-afdeling in Haacht uit het partijbestuur is gezet, door haar eigen partij al haar schepenbevoegdheden is ontnomen op het niets voorstellende Toerisme na, en die bij een hallucinante stemming in de Haachtse gemeenteraad over haar positie in het Autonoom Gemeentebedrijf al haar Open VLD-partijgenoten tegen haar zag stemmen en enkel kon blijven zitten omdat noch de coalitiepartner noch de oppositie wensten mee te spelen bij deze interne afrekening. Oh ja, er is ook nog Kabouter Drift, liberaal par excellence, die beweert dat het werk in de Senaat geen enkele zin heeft en dat zijn partij hem constant dwarsboomt. Is voorzitter van de commissie Justitie.

Alleen al voor die Senaatsfractie van Open VLD betaalt een mens toch graag al die belastingen, niet?

za 31 10

Net voor afsluiten nog een laatste bericht ontvangen van Dirk Draulans, die zich ergens in de buurt van Kaap de Goede Hoop moet bevinden: ‘Tututut, tuutuutuut, tututut.’ Wat mag dat betekenen?

door Koen Meulenaere

‘Ik heb ooit bijna een affaire gehad met de Jef, dat was ook niet om over naar huis te schrijven, dat kan ik u rustig verklappen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content