Tweeënhalf jaar geleden leek de verbreding van het Schipdonkkanaal een voldongen feit. Niet voor de mannen van ’t Groot Gedelf. Zij gaan niet rusten voor ze zeker weten dat het kanaal blijft zoals het is.

‘Kom maar af’, had voorzitter Guy Plasschaert van ’t Groot Gedelf gezegd. ‘Ik heb nog geen antwoord gekregen van de anderen, maar ze zullen er wel zijn.’ Zijn buurman Stefaan Declercq is er al. ‘Zoals je ziet wonen we wel in Damme, maar niet langs het Schipdonkkanaal’, zegt de voorzitter. ‘Het is een van de vele leugens die over ons verteld worden. Dat we allemaal grote eigendommen zouden hebben op de oever. Niemand van ons vieren woont langs het kanaal. Wij lopen dus zelf geen enkel risico om onteigend te worden. Een ander gerucht dat de voorstanders over ons verspreiden, is dat we gepensioneerd zijn en daarom niet geïnteresseerd zijn in werkgelegenheid. Maar wij zijn wél voor werkgelegenheid, en we hebben niets tegen de haven van Zeebrugge. Ik ben mijn hele leven trader geweest. Ik heb 30.000 TEU (eenheid van containerafmetingen, nvdr) ingevoerd in 35 jaar tijd. Ik ben dus niet vies van containers.’

Ook Stefaan wil iets rechtzetten. ‘Schrijf alstublieft niet op dat ik gepensioneerd ben. Ik hou niet van dat woord. Ik heb jarenlang voor Procter&Gamble door Europa gereisd en ik ben een voormalige Electrabelman. Nu help ik mijn vrouw met haar pr-bedrijf, ben ik adviseur voor een investeringsgroep in hernieuwbare energie en is er ’t Groot Gedelf.’ De overige twee leden van de actiegroep hebben er minder problemen mee om zich gepensioneerd te noemen: de ambtenaren op ruste Luc Lagauw en Paul Vansteelandt. Die laatste is de enige niet-Dammenaar. Hij woont aan het andere eind van het kanaal, in het Oost-Vlaamse Zomergem. Zijn specialiteit: ‘de onderwereld.’ (lacht) Paul is mijningenieur en geoloog en was tijdens zijn carrière onder meer hoofd van de afdeling natuurlijke rijkdommen en energie en hoofdingenieur-directeur van de dienst water- en bodembeleid. ‘In het tijdschrift Water heb ik verscheidene artikels gepubliceerd over de waterhuishouding in het Leie- en Scheldebekken en het kanaal Gent-Terneuzen’, zegt hij.

‘Hij was dus de geknipte man’, zegt Stefaan. ‘In oktober 2007 werden wij erop attent gemaakt dat het kennisgevingsdossier van het plan-MER (milieueffectenrapport) in aantocht was. We moesten dus een sterk antwoord klaar hebben. Zelf wist ik niet zoveel af van de waterhuishouding. Ik herinnerde mij Paul nog van tijdens mijn loopbaan.’ Guy vult aan: ‘Dat was een formidabele zet. Plots waren we niet alleen meer met Damme bezig, maar werd ons actieterrein over de volle lengte van het Schipdonkkanaal en zelfs over het hele Leie- en Scheldebekken verspreid.’

Amateurs

’t Groot Gedelf was nochtans aarzelend van start gegaan. Na de gemeenteraadsverkiezingen in 2006 lazen de Dammenaren in het Brugsch Handelsblad dat de verbreding van het Schipdonkkanaal opnieuw op de agenda stond. ‘Iedereen dacht hier dat het in 2001, na de bekendmaking van de Maatschappelijke Impactstudie definitief afgeschoten was’, zegt Guy. ‘In de conclusies daarvan stond dat een binnenvaartverbinding via het Schipdonkkanaal geen invloed van betekenis zou hebben op de ontsluiting van de haven van Zeebrugge. In plaats daarvan zou de Vlaamse regering de kustvaart op de Scheldemonding samen met de estuaire vaart stimuleren, en werk maken van een derde en vierde spoor tussen Gent en Brugge. En toch was die verbreding daar plots opnieuw. Een streep door de rekening van degenen die langs het kanaal wonen en eindelijk aanpassingswerken aan hun woning hadden durven te doen. Ik liep daarover te piekeren en had het erover met Stefaan. In maart 2007 hebben we een vergadering gehouden met een twaalftal Dammenaars. Luc was er toen ook bij. Dat was de start van de vzw ’t Groot Gedelf.

De doelstelling was bekend: de verbreding van het kanaal tegengaan. Maar de argumenten daarvoor waren minder concreet. ‘Er was dat prachtige landschap dat we wilden behouden’, zegt Stefaan. ‘En we wilden niet dat er mensen onteigend zouden worden. Op politieke steun in Damme konden we nog niet rekenen. Joachim Coens (CD&V), de havenvoorzitter en drijvende kracht achter de verbreding, is hier eerste schepen. Hij mocht zijn verhaal in het lang en het breed uitleggen in de kranten: ‘We gaan het eens allemaal oplossen. We halen een miljoen vrachtwagens van de weg…’

Guy (onderbreekt): ‘Eén miljoen, hé.’

Stefaan: ‘Het zou een ecologisch project worden dat alleen maar voordelen had. Er zou werkgelegenheid gecreëerd worden, goed dus voor de economische ontwikkeling van de streek. Begin daar maar eens tegen in te gaan.’

Guy: ‘Kortom, die verbreding was het ei van Columbus. Wij vreesden in het begin de onteigeningen, de aantasting van een uniek landschap, een desastreuze terugval van het toerisme en de miserie. ‘Die werken gaan hier minstens tien jaar duren’, dachten we. Ons verzet was nogal amateuristisch. Wel tien keer hebben we ons afgevraagd of we niet eens naar Zomergem moesten rijden, maar we kenden daar niemand. Op een dag zijn we dan toch gegaan, en we troffen er de grootste actieve politieke tegenstander van het project aan. Burgemeester Jo Deconinck (Open VLD) vertelde meteen dat heel zijn gemeente tegen de verbreding was. Bestuur én oppositie. Dat was een belangrijke opsteker voor ons.’

Geen druppel water

‘Voordien dacht ik dat we de plannen nooit zouden kunnen tegenhouden’, geeft Paul toe. ‘Maar nadat ik het kennisgevingsdossier gelezen had, wist ik meteen dat die hele verbreding eenvoudigweg onwettig en onhaalbaar was. Voor de geplande binnenvaartverbinding tussen de containerterminal in de voorhaven en het hinterland heb je massale hoeveelheden zoet water vanuit het Leie- en Scheldebekken nodig, en die zijn er gewoon niet meer. De tekorten ter hoogte van de zeesluizen worden ongestraft met zuiver zeewater gecompenseerd. Zelfs de meest gesofistikeerde zoutweringsmiddelen kunnen de oprukkende zouttong niet tegenhouden. Daardoor verzilten de grondwaterlagen en het oppervlaktewater. Dat is volkomen in strijd met de Europese Kaderrichtlijn Water, die duidelijk stelt dat de kwaliteit niet mag degraderen. Maar tot mijn verbazing repte het kennisgevingsdossier met geen woord over het tekort aan water of over de verzilting. Ik heb mijn standpunt eerst op gemeentelijk vlak toegelicht, met de oprichting van een plaatselijk Schipdonkcomité als resultaat. Daarna hebben we met ’t Groot Gedelf beslist om een overkoepelend actiecomité op te richten, van Zomergem via Maldegem tot in Damme.’

Voor een hoorzitting in het Vlaams Parlement zijn 15.000 handtekeningen nodig. Dus lanceerde ’t Groot Gedelf een website. ‘Na veertien dagen, zonder al te veel inspanningen, hadden we al 600 handtekeningen’, herinnert Stefaan zich. ‘Dat gaf ons moed. Want vooraf wisten we niet welk succes de petitie zou hebben. Toen bleek toch dat de meeste mensen bezorgd waren.’

Guy: ‘Ik had op het internet wel gemerkt dat het Schipdonkkanaal een ruime bekendheid genoot. Ook buiten de streek weten ze dat het hier prachtig is om te fietsen. Veel mensen zijn naar ons gekomen, we zijn niet van deur tot deur gegaan. We kregen spontaan telefoons, sms’en, e-mails. Dat deed deugd, want met een zeer beperkte actieve groep tegen de overheid opboksen, dat zagen we niet zo goed zitten.’

Stefaan: ‘We zijn gegroeid door de emotie en de verontwaardiging, uit alle lagen van de bevolking. Van topprofessoren tot gezinnen die hun huis bedreigd zagen.’

Guy: ‘Er waren mensen die me opbelden en die huilden aan de telefoon. “Meneer, bedankt dat u dit wilt doen.” Waarop ik zei: “Maar mevrouw, we zijn nog maar begonnen.” Er was blijkbaar nood aan een spreekbuis, een katalysator voor wat hier in de streek leefde.’

Voor de werking van de vzw is er geld nodig, onder meer om advocaten in de arm te nemen. ‘We hebben sponsors, maar we moeten daar natuurlijk discreet over blijven’, doet Stefaan geheimzinnig.

Guy: ‘Er zijn kleine bedragen en grotere. Elk zaait naar de zak.’

Luc: ‘Sommigen storten zelfs 5 euro.’

Guy: ‘En er waren er ook die zeiden: “Ik zal jullie eens serieus helpen.”‘

Stefaan: ‘We hebben ook heel spontane steunbetuigingen gekregen van topmensen uit de bedrijfswereld.’

Kanaalfeesten

De actievoerders van het overkoepelende comité merkten dat ze met technische argumenten alleen niet iedereen aan hun kant zouden krijgen. ‘Eerst wilden we een wandeling organiseren om de pracht van de omgeving te tonen’, zegt Guy. ‘Dat zijn dan uiteindelijk de Kanaalfeesten geworden, met zowel activiteiten in Zomergem, Maldegem als in Damme. De eerste editie vorig jaar was een grandioos succes. Er was ook veel aandacht van de media.’

De Kanaalfeesten moeten op de emoties spelen, met stadsdichters, fototentoonstellingen, wandelingen en muziek. ‘Het valt op dat de mensen op die dag veel gretiger hun handtekening zetten’, zegt Luc. ‘De mensen reageren verontwaardigd als ze zien wat de overheid teniet wil doen.

Stefaan: ‘Enerzijds is het doodjammer dat hier één van de mooiste streken van Vlaanderen geviseerd wordt. Maar anderzijds is die schoonheid ook een groot voordeel om ons probleem aan te kaarten.’

Luc: ‘Nog een geluk. Want ze maken het ons niet gemakkelijk. De termijnen om te reageren op het plan-MER, bijvoorbeeld, zijn bijzonder kort. Zelfs de gemeenten hebben niet de tijd om het dossier te bestuderen.’

Paul: ‘De burgemeester van Maldegem heeft me onlangs gezegd dat de stapel met studies al 1,30 meter hoog is. Niemand heeft de tijd om dat allemaal uit te pluizen. Behalve wij.’

Guy: ‘Ja, tussen Kerstdag en Nieuwjaar nota bene.’

Luc: ‘Maar onze tegenstanders, die beschikken over onbeperkte middelen. Met het geld van de belastingbetaler publiceren ze oogverblindende en misleidende kanaalkrantjes. In de pers krijgen ze hele pagina’s.’

Stefaan: ‘Het actiecomité stRaten-generaal tegen de Lange Wapper in Antwerpen maakte precies hetzelfde mee.’

Guy: ‘Maar we hebben toch al bewezen dat de participatiedemocratie bestaat!’

De échte tegenstanders

Het aantal medestanders van ’t Groot Gedelf groeide gestaag, maar lang niet iedereen was overtuigd van hun gelijk. In de brede algemene opinie ging men er nog altijd van uit dat de verbreding er zou komen. ‘Op de vergaderingen van de Boerenbond werd er stelselmatig verteld dat er niets meer tegen te beginnen was’, zegt Paul. ‘Ze waren alleen nog aan het onderhandelen over de gevolgen van de verbreding: de waarde van hun grond, de bruggen die zouden worden gebouwd…’ Ook Natuurpunt moest in het begin overtuigd worden. ‘Noodgedwongen waren zij ook al aan het onderhandelen over compensaties. Het verloren natuurgebied zou goedgemaakt worden met nieuwe natuurgebieden, meestal ten koste van landbouwgrond.’

’t Groot Gedelf merkte tijdens het uitspitten van de dossiers dat er meer verzwegen werd dan enkel de verzilting en het tekort aan water. ‘De verkeersprognose en de daaruit afgeleide haalbaarheidsstudie was opgeklopt en ongeloofwaardig’, gaat Paul verder. ‘Het verlies aan landbouwgrond werd fel onderschat, en het potentieel van het spoor en de estuaire vaart was zwaar miskend.’

Langzaamaan vielen de dominostenen. De hoorzittingen in het Vlaams Parlement maakten indruk op de commissieleden. In april 2009 was het Schipdonkkanaal het decor van een historisch feit. De Bond Beter Leefmilieu, Natuurpunt én de Boerenbond gaven een gemeenschappelijke persconferentie om zich radicaal uit te spreken tegen de verbreding.

Ondertussen hadden verscheidene professoren in de media verklaard dat de ontsluiting van de haven van Zeebrugge ook zonder het Schipdonkkanaal kon. Toch bleef de Vlaamse regering ervan uitgaan dat de verbreding er moest komen. ‘Stilaan begon het ons te dagen wie onze echte tegenstanders waren’, zegt Guy. ‘De aannemerswereld, de havenlobby en de geïnteresseerden in industrieterreinen. Als je al die gronden langs het kanaal kunt omtoveren tot industrie, valt daar natuurlijk veel geld mee te verdienen. Dat wordt beton van Zeebrugge tot in Gent.’

De ontsluiting van Zeebrugge richting Seine en Schelde is hét argument van de voorstanders, maar volgens Paul gaat dat niet op. ‘In Noord-Frankrijk zijn de bruggen maximaal 5,25 meter hoog. Daar kan je dus alleen met twee containers onderdoor. Bovendien zijn de Fransen chauvinisten. Hun containerbevoorrading gaat via Duinkerke en Le Havre. In de notulen van de zevende Klankbordgroepvergadering staat zelfs zwart op wit dat het transport van containers en auto’s in zuidelijke richting niet concurrentieel is met de andere vervoersmogelijkheden.’

In oostelijke richting is de ontsluiting volgens ’t Groot Gedelf nog absurder. ‘Vanuit de containerterminal in de voorhaven zou je maar liefst vijf sluizen moeten passeren en een dag onderweg zijn om tot in Terneuzen te raken. Bovendien belast je daarmee nog eens de haven van Gent. En dat allemaal terwijl je vanuit de voorhaven van Zeebrugge met minstens een dubbele lading rechtstreeks via de bateaustrade in twee uur naar hetzelfde startpunt ter hoogte van Terneuzen kunt. Het enige wat je dan moet doen, is verder blijven investeren in estuaire schepen en de knelpunten wegwerken in de richting van de Rijn, Luik en Brussel-Charleroi. Vergeleken met de estuaire vaart is het Schipdonkkanaal een kasseiweggetje.’

Crevits zwijgt

De politieke partijen lieten lang niet in hun kaarten kijken. Het Schipdonkkanaal leek zowel in Oost- als in West-Vlaanderen uit te groeien tot een splijtend campagnethema voor de Vlaamse verkiezingen. De groenen hadden zich als eersten achter de tegenstanders geschaard, daarna volgde Open VLD Oost-Vlaanderen. LDD hield een persconferentie over het ‘monsterproject’. Mondjesmaat bekenden de partijen kleur, zij het zonder veel ruchtbaarheid te geven aan hun standpunt. Tot Open VLD enkele dagen voor de verkiezingen ook nationaal overtuigd bleek van de onbetaalbaarheid en de onhaalbaarheid. De SP.A volgde. Alleen CD&V, die lokaal barsten vertoonde, bleef zwijgen. Paul: ‘Vlaams minister van Openbare Werken Hilde Crevits verwees telkens naar de lopende en nieuwe studies over de watertekorten en het probleem van de verzilting. Op het rapport van de gouverneurs André Denys en Paul Breyne vorige winter heeft ze eigenlijk nooit geantwoord. Nochtans staan daar belangrijke adviezen in, zoals het herbestuderen van het waterbeleid van het hele Scheldebekken en het overdoen van de ongeloofwaardige haalbaarheidsstudie. Wij hebben ook nooit een reactie gekregen op onze opmerkingen op het plan-MER. Tijdens de vergadering daarover werd gezegd dat ’t Groot Gedelf, ondanks de 50.000 handtekeningen op onze petitielijst, niet als een volwaardige gesprekspartner werd beschouwd. We hebben daarop een aangetekende brief geschreven, maar we wachten nog altijd op een antwoord.’

Volgens Stefaan is het dossier intussen naar de achterkamertjes van steeds dezelfde studiebureaus verwezen. ‘Op de tweede hoorzitting hebben de professoren het hele project met de grond gelijk gemaakt. Als goede huisvader moet je er dan mee ophouden. In plaats daarvan is de openheid verdwenen en heeft de Vlaamse regering beslist om het dossier verder te bestuderen.’

Haar stilzwijgen heeft Crevits de afgelopen verkiezingen geen windeieren gelegd. De drie West-Vlamingen van ’t Groot Gedelf moeten ongeveer de enigen zijn in de provincie die niet voor haar hebben gestemd. Schepen Coens heeft nog enkele jaren de tijd vooraleer hij zich voor een verlenging van zijn mandaat weer aan de kiezer moet presenteren. Paul heeft met de havenbestuurder al wel eens een pint gedronken. ‘Ik heb hem toen gezegd dat hij juridisch nooit kan winnen en dat de haalbaarheidsstudie ongeloofwaardig is. Hij antwoordde dat hij gewoon zijn werk doet, maar dat het de Vlaamse regering is die de studies heeft gevraagd.’

Oude koek

In het nieuwe Vlaamse regeerakkoord staat enkel dat ‘de beslissing over de Seine-Schelde West-verbinding zal worden genomen op basis van alle resultaten van het studiewerk’. In de eerste week na de verkiezingen deden de ondernemers van VOKA en Unizo West-Vlaanderen een oproep om de verbreding opnieuw op de agenda te plaatsen. Volgens Guy is dat nog maar eens het bewijs dat de voorstanders het dossier niet kennen en op sleeptouw genomen worden door de havenlobby.

Het klinkt ironisch, maar zolang de verbreding er niet is, hebben de tegenstanders ook geen zekerheid dat ze er in de toekomst niet zal komen. Stefaan knikt. ‘Daarom eisen wij dat er stante pede een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wordt gemaakt waarin de reservatiezone wordt opgeheven. Crevits heeft eens gezegd dat ze na al die jaren duidelijkheid wil voor de omwonenden. We willen haar erop wijzen dat dat ook geldt als de verbreding er niet komt.’

Van de nieuwe studies verwacht ’t Groot Gedelf weinig heil. ‘Ze laten er altijd uit wat in hun nadeel zou kunnen zijn’, zegt Guy. ‘Wij klagen dat aan. Wij hébben gelijk. Maar ondertussen heb ik één ding geleerd: als burgerbeweging heb je nooit gedaan. Soms denk je dat je gewonnen spel hebt. Maar plots zijn ze daar opnieuw. Met dezelfde argumenten waarvan wij twee jaar geleden al bewezen hebben dat ze niet kloppen. Maar er is maar één waarheid.’

DOOR HANNES CATTEBEKE / FOTO’S LIES WILLAERT

‘Als je al die gronden langs het kanaal kunt omtoveren tot industrie, valt daar natuurlijk veel geld mee te verdienen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content