Geert Versnick, Ludy Modderie en Marleen Porto-Carrero reageren.

Geert Versnick is voorzitter van de raad van bestuur van AZ Jan Palfijn, voorzitter van het Gentse OCMW en schepen bevoegd voor de intercommunales. Hij verdedigt de procedures die de voorbije twee jaar werden gevolgd bij Jan Palfijn. ‘Als voorzitter van de raad van bestuur heb ik gemerkt dat Jan Palfijn een ziekenhuis is dat een aantal noodzakelijke competenties ontbeert. Mijn voorganger heeft Marleen Porto-Carrero aangesteld als bestuurder-directeur. Op dat moment was er ook al een begeleidingscomité aangesteld dat ikzelf achteraf verder heb uitgebreid. Ik vond het een goede beslissing om externe consultancy aan te trekken in afwachting van de vorming van een eenheidsstatuut voor alle personeelsleden.’

Dat zowat al die expertise bij TMVW werd gehaald, tevens de werkgever van de bestuurder-directeur, is volgens Versnick logisch. ‘Het zijn gewoon twee openbare diensten die elkaar helpen. Ik weet niet of daar indertijd een openbare aanbesteding voor werd uitgeschreven, maar ik weet wel dat TMVW ter zake over heel veel knowhow beschikt.’

Vragen die bij de gang van zaken gesteld worden, ook over de detachering van Porto-Carrero, zijn volgens Versnick ingefluisterd door artsen die op een zijspoor zijn gezet of mensen die vrezen voor hun job. ‘Ik begrijp dat Marleen Porto-Carrero een vorm van jobzekerheid heeft ingebouwd door zich vanuit TMVW te laten detacheren. Alles is op een perfect legale manier gebeurd.’

Ook Ludy Modderie ziet geen problemen. ‘Het enige wat TMVW doet, is de aanwezige knowhow delen’, zegt de algemeen directeur van de waterintercommunale. ‘Het opmaken van bestekken loopt, of het nu over ziekenhuizen of over een watermaatschappij gaat, in grote lijnen gelijk. Het lijkt me logisch dat mevrouw Porto-Carrero daarvoor terugvalt op onze aankoopdienst, waarvan ze de kwaliteit kent. Overigens gebeurde dat niet structureel. Voor zover ik me herinner is dat enkel in 20007 gebeurd.’

Volgens Modderie is er ook een duidelijke scheiding tussen zijn persoonlijke betrokkenheid bij Jan Palfijn, via zijn bvba, en de consultancy van TMVW. ‘Ik ben aangezocht om het hele veranderingsproces binnen Jan Palfijn vanuit een begeleidingscomité mee te begeleiden en te ondersteunen. Wat TMVW deed, was louter het voorbereiden van aankoopdossiers.’

Marleen Porto-Carrero wijst erop dat alle beslissingen die te maken hebben met de consultancy-opdrachten in unanimiteit zijn genomen door de raden van bestuur van zowel Jan Palfijn als TMVW. ‘Alles is volledig transparant gebeurd. Het is ook onjuist om te stellen dat TMVW of de algemeen directeur nauw betrokken worden bij het beleid van het ziekenhuis. TMVW was gewoon de administratieve penhouder bij het opmaken van bestekken voor overheidsopdrachten. Het begeleidingscomité functioneert als een soort adviesorgaan waar Jan Palfijn zijn beleid bij aftoetst. Zo’n comité met externe adviseurs bestaat in heel veel ziekenhuizen.’

Wat haar eigen loopbaan binnen het Jan Palfijnziekenhuis betreft, benadrukt Porto-Carrero dat ze in 2005 werd gevraagd voor de functie van bestuurder-directeur. ‘De detachering achteraf was een manier om voor jobzekerheid te zorgen. Ik kwam uit een heel stabiele werkomgeving bij TMVW, maar de detachering heeft nooit implicaties gehad voor mijn werk bij Jan Palfijn. Ik ben sinds mijn aanstelling in november 2005 nooit weggeweest uit het ziekenhuis.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content