Rudy Tambuyser
Rudy Tambuyser Muziekjournalist

Zelfs de grootste orkesten publiceren in eigen beheer.

De vrije markt is een goede manier om welvaart te creëren, zegt men. Het is dan ook aandoenlijk hoe sommige ‘producten’ die onmiskenbaar met levenskwaliteit samenhangen zich in die markt gedragen.

Zo kan goede wijn wel het spel van vraag en aanbod spelen, maar niet voldoen aan het maxime van de eeuwige groei. Hij kan duurder worden omdat meer mensen hem willen, maar hij kan zich qua aanbod niet naar een grotere vraag schikken. Bovendien is hij ‘maar’ wat hij is: er valt nauwelijks toegevoegde waarde aan te verlenen. Zelfs doen alsof is moeilijk. Rijken zullen dus graag helpen om goede wijn razend duur te maken, maar zullen zich er als ondernemer niet voor interesseren. Een product dat niet kan groeien en je op z’n best wat lof van gelijkgestemden oplevert, maar wel afhangt van weer en waan van de dag: economisch is dat pure hysterie.

Het is duidelijk dat klassieke muziek in een vergelijkbaar schuitje zit. Alleen kent zij wél toegevoegde waarde. Ze moet uitgevoerd en kan opgenomen worden. Zo is ze ondanks zichzelf een vrij lucratief product geweest. Dat de rechthebbenden lang dood waren, was meegenomen.

De digitale revolutie – weg met sleet, alles is eeuwig – heeft daaraan een einde gemaakt. Klassiek is een nicheproduct, het vráágt wat van de zintuigen, en dat wordt weer keihard duidelijk. Ook grote labels overleven niet met klassiek alleen. Sterker: dat ze er nog zijn, is aan de genoemde hysterie te wijten. Liefde voor het vak en goede smaak, tot het foute jonkie promotie maakt en het licht uitdoet.

De grote orkesten voelen al lang nattigheid. Sinds zowat tien jaar worden me bij interviews met dirigenten regelmatig in eigen beheer uitgebrachte opnamen toegeschoven. San Francisco Symphony en Cleveland Orchestra waren mee van de eerste. Vandaag is het fenomeen normaal, met de labels van London Symphony (LSO) en Koninklijk Concertgebouworkest Amsterdam (RCO) als fraaiste voorbeelden. Of het nu is om minder bekend werk uit te brengen of om een succesvolle samenwerking met een chef te documenteren: bij deze uitgaven varen alle betrokkenen wel, terwijl geen major hoeft te worden gevraagd om zijn nek uit te steken voor een utopisch product.

Van beide genoemde labels signaleren we de recentste uitgaven, om uiteenlopende redenen aanbevelenswaardig. Prokofjevs Romeo en Juliette met LSO, opdat u niet zou vergeten dat de versie die u meestal hoort niet het volledige ballet maar slechts een suite van hoogtepunten is, en omdat niemand beter dan dirigent Gergiev de Londense upper lip wat wodkamatig savoir-vivre weet bij te brengen. Dvoraks 8e Symfonie en Requiem omdat ze zo duidelijk tonen wat Mariss Jansons in Amsterdam vermag: het feilloze, aristocratische orkest opzwepen tot een uitvoering die de ambachtelijke voortreffelijkheid ver overstijgt.

Rudy Tambuyser

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content