Véronique Goossens

Jacques Rogge, de koorddanser

Véronique Goossens Anker Kanaal Z

Het is zijn grootste frustratie, niet meer kunnen zeggen wat hij denkt. Zou hij dat na zijn voorzitterschap wél kunnen?

Een bijzonder stevige handdruk heeft hij. Steviger dan je zou verwachten van een man die ietwat fragiel oogt. Behalve als je recht in zijn ogen kijkt.

Een charmant heerschap ook.

“Ze zijn mij hier nog een beetje aan het opkalefateren”, verontschuldig ik mij, als hij de schminkkamer binnenkomt. “Oh, maar dat kan niet lang duren,” knipoogt Rogge.

De bescheidenheid zelve.

“Hoe is het intussen met uw stembanden?” vraag ik hem. Want in recente interviews klonk hij schor. Een infectie op de luchtwegen, opgedaan tijdens een vlucht met een veel te koude airco.

“Nog steeds niet helemaal in orde, ik hoop dat dit geen probleem is voor uw programma?”

Zeer behoedzaam ook, als er journalisten in de buurt zijn. Hij weet dat de media alles uitvergroten en bovendien verspreidt het internet die oneliners wereldwijd. Zoals toen hij zei dat Griekenland in de penarie is gekomen omdat het teveel geld heeft gespendeerd aan de Spelen. “Zo heb ik dat niet gezegd,” benadrukt de voorzitter.

Rogge is dan wel de grote baas van het Internationaal Olympisch Comité, maar om zijn ideeën door te drukken, moet hij wel “gedragen” worden. Als hij iemand tegen zijn schenen stampt, dan zou hij wel eens steun kunnen verliezen.

Het is zijn grootste frustratie, niet meer kunnen zeggen wat hij denkt. Zou hij dat na zijn voorzitterschap wél kunnen?

Zou hij dan vertellen hoe hij het potverteren binnen het IOC heeft aangepakt? Nu heeft hij het zedig over “het terugbrengen van de restaurantkosten”. Zou hij dan zijn boekje opendoen over de FIFA?

Sepp Blatter van de Internationale voetbalbond noemde het IOC ooit een huisvrouw. “Ze krijgt wat geld, en ze geeft wat geld uit. Helemaal niet transparant.” Niet erg netjes voor iemand die bakken geld krijgt van het IOC. Want 94 procent van de miljarden die het IOC binnenrijft worden verdeeld over 204 nationale Olympische comités en de 35 sportfederaties. Tel daarbij 11 multinationale sponsors, 130 grote televisiestations en de topatleten bij en je krijgt een idee van het geduw en getrek dat dokter Rogge dagelijks te verduren krijgt. En van het engelengeduld dat hij moet koesteren om de neuzen in dezelfde richting te krijgen.

“Heel hard werken, “, noemt hij dat zelf. En dat doet hij als een asceet. Hij heeft een hekel aan overdreven luxe. Hij is wel eens gesignaleerd met pakken dossiers in zakken van de Aldi onder de arm. En zijn auto zegt ook veel over hem. Een onopvallende minibus.

Rogge heeft zich omringd met de beste mensen. En hij bewierookt ze. Zoals Yasmine, zijn persoonlijke assistente. Al meer dan 20 jaar regelt ze zijn hele bestaan. Discreet, efficiënt en sympathiek. Als ik een e-mail stuur naar het IOC in Lausanne, krijg ik twee dagen later in het Nederlands een e-mail van haar terug. Dat dokter Rogge graag komt, op 1 maart. Zo eenvoudig was dat.

“Jammer dat ze er niet bij is, ik had haar graag eens ontmoet” zeg ik terwijl we de schminkkamer weer binnenwandelen. “Het schijnt dat ze zo’n mooie ogen heeft,” voeg ik eraan toe. Hij kijkt me strak aan, geen ogenblik blijk gevend van zijn gedachten. “Is dat echt waar?,” vraagt hij. “Nog nooit gezien. Ik zal er maandag eens op letten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content