Inspecteurs spreken met slachtoffers

De inspecteurs van de Verenigde Naties in Syrië hebben de slachtoffers van de vermeende gasaanval in Damascus ontmoet. Zij hebben ook stalen genomen om te kunnen onderzoeken of er gifgas is ingezet. Dat bevestigen bronnen binnen de V.N. en deze amateurbeelden. De beelden komen vanop de sociale media, hun afkomst is niet gecontroleerd. De inspecteurs bezochten de wijk Moadamiyat al-Chams, buiten het centrum van Damascus. Op de beelden zijn de inspecteurs te zien met kogelvrije vesten en helmen. Ze lopen door de wijk en praten met de inwoners. Ze bezochten ook een kelder waar een ziekenhuis is ingericht. Daar zouden de slachtoffers van de gasaanval verzorgd worden. Beschoten De inspecteurs noteerden de verhalen van de gewonden, en namen stalen mee. Onderweg naar de wijk werd het VN-konvooi aangevallen door onbekende sluipschutters. Eén voertuig werd beschadigd en moest ingewisseld worden. Maar daar lieten ze zich niet door tegenhouden: “We willen benadrukken dat alle kampen hun medewerking moeten verlenen zodat ons team zijn levensbelangrijke werk kan doen”, laat een woordvoerder weten. Beide kampen geven elkaar de schuld van de aanslag. De inspecteurs zijn ondertussen weer veilig in hun hotel aangekomen. Als de VN bewijs vindt dat er giftig gas gebruikt is in Syrië, kan dat een grote rol spelen in de beslissing van westerse landen om militaire actie te ondernemen. Volgens sommige bronnen zijn bij de gifgasaanvallen vorige week honderden doden gevallen.