Vluchtelingen met psychische problemen zijn grote uitdaging voor onze gezondheidszorg

© istock

Wie vlucht voor oorlog en geweld kampt bij aankomst in Europa bovengemiddeld vaak met psychische problemen. Het vraagt om een cultuurgevoelige aanpak op maat. Makkelijker gezegd dan gedaan.

De laatste jaren ontvluchtten miljoenen mensen het onrustige Midden-Oosten. Een deel van hen vond onderdak in Europa, maar niet ongeschonden. Recent Duits onderzoek legt de vinger op de wonde(s): de helft van alle vluchtelingen die Duitsland bereikten, kampt met psychische problemen. Een kwart onder hen lijdt zelfs aan ernstige aandoeningen, zoals depressie, een angststoornis of posttraumatische stressstoornis.

Zeker die laatste groep heeft nood aan gespecialiseerde zorg. Klinisch psycholoog Thomas Elbert (universiteit van Konstanz) maakte de cijfers eind vorig jaar bekend in Nature. Hij hoopt dat ze beleidsmakers wakker schudden. Het is volgens hem een illusie te denken dat mensen een nieuwe taal kunnen leren of een job vinden als ze gebukt gaan onder ernstige psychische problemen.

Dat lijkt men ook in België te beseffen. Enkele maanden geleden organiseerde de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie (VVP) een gespecialiseerde cursus over diagnose en behandeling van migranten en etnische minderheden. “Groeiende vluchtelingenstromen stellen onze geestelijke gezondheidszorg voor grote uitdagingen”, zegt organisator Kirsten Catthoor van de VVP. “Vluchtelingen werden vaak geconfronteerd met geweld in hun thuisland, legden een gevaarlijke reis af en arriveren uiteindelijk in een vreemd land, waar ze helemaal opnieuw moeten beginnen. Zoiets verwerk je niet zonder slag of stoot.”

Groeiende vluchtelingenstromen stellen onze geestelijke gezondheidszorg voor grote uitdagingen

Kirsten Catthoor, Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie

Tijdrovend proces

Dat bevestigt kinder- en jeugdpsychiater Winny Ang. “Disfunctioneren is een normale reactie op wat veel vluchtelingen meemaken.” Ang komt dagelijks in contact met vluchtelingen en migranten. Ze behaalde een master transculturele psychiatrie in Montréal en geeft vormingen over diversiteit, onder andere aan de Universiteit Antwerpen.

“Ik merk nog veel koudwatervrees bij collega-hulpverleners”, zegt ze. “Wat niet zo vreemd is. Vluchtelingen en migranten lijden vaak onder complexe, moeilijk behandelbare trauma’s. Tezelfdertijd hebben ze niet altijd de woorden of de culturele achtergrond om psychische problemen te delen. In veel culturen kent men ons concept van geestelijke gezondheid gewoon niet. Er is ook de taalbarrière. Tolken zijn onmisbaar, maar vertragen ook het therapeutische proces. Bovendien wil niet iedereen een derde partij in de kamer.”

Volgens ons DSM-psychiatriehandboek lijdt de helft van de Japanse bevolking aan sociale fobieën.

Winny Ang, kinder- en jeugdpsychiater

Nog meer dan bij andere mensen vergt een hulpverleningstraject bij vluchtelingen tijd, veel tijd, weet Ang. “Vaak duurt het 6 maanden of langer voor ik iets zinvols kan zeggen over een persoon of een problematiek. Dat geldt zeker als er culturele verschillen in het spel zijn. Niet alle symptomen zijn eenduidig te begrijpen. Een Afrikaanse vrouw die vertelt over stemmen in haar hoofd lijdt niet per se aan wanen of hallucinaties. In sommige Afrikaanse culturen is het gebruikelijk dat mensen spreken over stemmen van de goden. Er hoeft geen psychopathologie achter te zitten. Of er is het Indonesische voorbeeld van kinderen die tot hun 8e of 9e levensjaar bij hun ouders in bed slapen. In onze regio doet zoiets alarmbellen afgaan, maar in de Indonesische cultuur is ouderlijke nabijheid een belangrijk principe. De betekenis van geestelijke (on)gezondheid verschilt dus sterk van regio tot regio. Volgens ons DSM-psychiatriehandboek lijdt de helft van de Japanse bevolking aan sociale fobieën. Dat vertelde een Japanse psychiater me. Zegt dat iets over de gezondheidstoestand van Japan of over de beperkte bruikbaarheid van het ‘westerse’ perspectief in andere culturen?”

Open blik

Ang stimuleert hulpverleners om een open, zelfbewuste houding aan te nemen. “Denk nooit dat je een neutrale blik hebt. Ook jouw inschattingen en oordelen wortelen onvermijdelijk in bepaalde waarden en normen. Ze zullen je soms verleiden tot veronderstellingen die achteraf niet blijken te kloppen. Neem een begrip als tijd. In het Westen komen we niet graag te laat op afspraken en vinden we het niet respectvol als iemand steeds te laat komt. ‘Hij heeft geen respect voor mij, want komt steeds te laat’ is een snelle en onbewust waardegekleurde interpretatie van een bepaald gedrag. In verschillende oosterse en zuiderse culturen gaat men helemaal anders om met tijd. In Indonesië spreekt men van ‘jam karet‘ : letterlijk ‘elastische tijd’. Een kwartiertje of een halfuur later komen is dan niet erg. Die andere aanpak kan leiden tot botsingen.”

Empathie is belangrijk, maar kan ook een valkuil zijn, weet Ang. “Het is niet de bedoeling je eigen normen en waarden zomaar op te schorten, integendeel. Zonder respect voor je eigen grenzen kun je geen bruggen bouwen naar mensen met een ander referentiekader. Als ik niet inga op zaken die ik niet begrijp of die me irriteren, dreigen er op termijn zelfs conflicten te ontstaan. Stel dat een joodse of islamitische man me geen hand wil geven. Zoiets kan me vanuit mijn referentiekader een lastig gevoel bezorgen. Gaandeweg leerde ik om net dan te peilen naar de ander zijn tradities, belevingen en gewoontes. Daarbij leg ik uit dat handdrukken voor mij wél belangrijk zijn. Meestal blijkt dan snel dat er geen gebrek aan respect mee gemoeid is. Je eigen grenzen herkennen en open communicatie over de eigen positie zijn een opstap naar wederzijds begrip, het ontdoet communicatie van storende ruis. Vanuit die positie kun je starten met hulpverlening.”

Gelaagde identiteit

Kennis over andere culturen kan een troef zijn bij cultuur sensitief werken, maar vormt niet de essentie. “De sleutel ligt eerder in een basishouding van ‘niet-weten’. Soms spelen cultuurverschillen een rol, soms ook niet. Zeker bij migranten is het verleidelijk bepaald gedrag met hun cultuur te verbinden. Een Syrische of Somalische vluchteling is nochtans geen voorspelbaar product van dé Syrische of Somalische cultuur. Elk individu heeft een veelkleurige identiteit. Dat wil zeggen dat je hem of haar vanuit verschillende invalshoeken kunt ontmoeten. Ook socio-economische status, gender, gezinssituatie, woonplaats en veel andere factoren kunnen bijdragen aan een bepaalde situatie of problematiek.”

Ang pleit voor een holistische en bovenal verbindende aanpak. “Focus niet op breuklijnen of verschillen, maar exploreer medemenselijkheid. Wat deel je met de persoon die tegenover je zit? Liefde voor je kinderen? Nood aan veiligheid en geborgenheid? Lijden is iets universeels, maar de uitingsvorm kan verschillen. De uitdaging voor hulpverleners ligt in de vraag hoe je dat lijden kunt herkennen, wat de mogelijke oorzaken zijn en hoe je het samen kunt verlichten. In de zoektocht naar antwoorden moet je ‘out of the box’ kunnen denken. Als thema’s moeilijk te verwoorden zijn, kunnen creatieve insteken zoals het gebruik van foto’s, muziek en films dienen als toegangspoort. Het maakt werken in een multiculturele context behalve heel complex ook heel erg boeiend”, besluit Ang.

(Thomas Detombe)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content