Lode Godderis

‘Vermijd dat werknemers vóór hun pensioen niet eerst langs de dokter moeten’

Lode Godderis Hoogleraar arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven en CEO van IDEWE

Om gezond langer te werken, is het meer dan ooit belangrijk en noodzakelijk om de arbeidsomstandigheden, arbeidsinhoud en werkcontext te verbeteren, vindt professor arbeidsgeneeskunde Lode Godderis van de KU Leuven.

Gezond oud worden is één van de belangrijkste levenswensen van Belgen. De verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 lijkt deze droom voor honderdduizenden werknemers twee jaar verder weg. De levensverwachting in Europa is sinds 1960 met 8 jaar toegenomen en zal de komende 40 jaar nog met 5 jaar toenemen. Het ziet er dus naar uit dat we nog meer dan voldoende tijd zullen hebben om te genieten van een welverdiend pensioen. Het lijkt dus niet meer dan logisch dat we langer werken om het systeem betaalbaar te houden. Of toch niet? Gaan we niet te kort door de bocht? Je moet immers gezond zijn om te kunnen werken. Moeten we dus niet eerder inzetten op gezond langer werken in plaats van langer werken?

Vermijd dat werknemers vóór hun pensioen niet eerst langs de dokter moeten.

Hoewel de levensverwachting blijft stijgen, is het aantal levensjaren in “goede gezondheid” sinds 2005 niet meer toegenomen en zelfs gedaald bij vrouwen. Volgens Eurofound ligt de “gezonde levensverwachting” in Europa op 62 jaar. Het voorkomen van ziektes stijgt rechtlijnig met de leeftijd. Dus hoe ouder, hoe groter de kans dat je ziek wordt. Vanaf 60 jaar neemt niet alleen de kans op ziektes (depressie, kanker, chronische bronchitis, cardiovasculair en musculoskeletale aandoeningen) toe, maar ook de multimoribiditeit, dit is het hebben van twee of meer gezondheidsproblemen. Het is dan ook niet te verwonderen dat slechts de helft van de 65 jarigen denkt in de nabije toekomst in goede gezondheid te zullen leven.

Inzetbaarheid van oudere werknemers

Naast de gevolgen voor een “gezond pensioen”, hebben deze bevindingen ook belangrijke gevolgen voor de inzetbaarheid van oudere werknemers. De kans dat een werknemer met gezondheidsproblemen vroegtijdig de job verlaat, is immers dubbel zo groot als bij gezonde mensen. Niet alleen de gezondheidsproblemen, maar ook de eigen inschatting van de gezondheid is een belangrijke voorspeller voor het vroegtijdig uit het werk stappen. Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat één derde van de 50 plussers de kans dat ze nog zullen werken tot na hun 60ste laag inschat. Deze inschatting van de werknemer klinkt subjectief, maar heeft wel degelijk belangrijke gevolgen. Een verminderd subjectief ingeschat werkvermogen hangt samen met het effectief werken op de wettelijke pensioenleeftijd. Dat blijkt uit een vervolgonderzoek na 10 jaar: slechts 2,4% van de werknemers die hun werkvermogen laag inschatten, waren effectief nog fulltime aan de slag. Door de vergrijzing en de maatregelen van de overheid om langer te werken zal in 2025 35% van de werknemers ouder zijn dan 50 jaar in alle sectoren. Dus we kampen hier met een potentieel gigantisch probleem, dat om een oplossing vraagt.

Het bevorderen en opvolgen van de werkbaarheid van werknemers is dus cruciaal. Enkel de pensioenleeftijd verhogen zonder de nodige maatregelen en zonder de implementatie van een preventief beleid op het werk zal niet alleen het aantal resterende pensioenjaren in goede gezondheid in belangrijke mate inkorten, maar zal ook het aantal werknemers met gezondheidsproblemen op de werkvloer doen toenemen.

Van pensioenkas naar ziekenkas

Zonder aanpassingen in het beleid, riskeren deze werknemers op langdurige ziekte – en invaliditeitsuitkering te komen. Er dreigt dus een verplaatsing van het probleem van de pensioenkas naar de ziekenkas. Het percentage werknemers tussen de 55 en 65 jaar met chronische aandoeningen ligt nu tussen de 30 en 40%. Deze chronische aandoeningen hebben een belangrijk impact op het budget in de gezondheidszorg. De cijfers van het RIZIV tonen duidelijk aan dat het aantal langdurig zieken blijft toenemen o.a. door een toename van oudere werknemers. De voornaamste oorzaken, die verantwoordelijk zijn voor meer dan 60% van het langdurig ziekteverzuim, zijn psychische aandoeningen en aandoeningen van de rug en ledematen, twee werkgebonden aandoeningen.

Er dreigt een verplaatsing van het probleem van de pensioenkas naar de ziekenkas.

Het werk heeft dus een belangrijke impact. In België ondervindt ongeveer 15% van alle werknemers langdurige gezondheidsproblemen, waarvan 50% wordt gehinderd tijdens het werk. Van alle 40-plussers die momenteel werken in jobs met één of meerdere slechte werkomstandigheden (bv. werkstress, motivatieproblemen), voelt slechts de helft zich in staat om hun job tot hun pensioen verder te zetten.

Vanaf de leeftijd van 30 jaar neemt de functionele capaciteit af. De veranderingen ter hoogte van het hart en bloedvaten, longen en spieren zijn aanvankelijk beperkt, maar tussen 40 en 60 jaar daalt de functionele capaciteit met 20%. Andere functies zoals geestelijke en sociale vaardigheden verminderen pas vanaf een leeftijd van 50 jaar. De werkbelasting en de eisen nemen in de meeste sectoren niet af met de leeftijd. Dit ondanks het feit dat de lichamelijke capaciteit verandert. Oudere werknemers dreigen dan heel dicht tegen of over hun individuele maximale capaciteit te werken. Deze fysieke en mentale veranderingen kunnen oudere werknemers compenseren door hun ervaring en vaardigheden, maar herhaalde blootstelling aan dergelijke hoge niveaus van mentale en fysieke stress over een langere periode leidt tot gezondheidsproblemen die tot uiting komen op oudere leeftijd. De eigenlijke oorzaak begint reeds vroeg in de carrière en dus is het belangrijk om zorg te dragen voor zowel oudere als jonge werknemers.

Via werk de gezondheid behouden

Om langer werken mogelijk te maken moeten we inzetten op gezond en veilig werken. Werkbaar werk dus. Werkbaar werk is werk dat elke werknemer in staat stelt gezond zijn job uit te oefenen en op pensioen te gaan. Dit vergt maatregelen op het werk en begeleiding van werknemers niet enkel en beperkt voor 45-plussers maar voor elke werknemer van bij het begin van de loopbaan. Op die manier kunnen organisaties anticiperen op de te verwachten moeilijkheden in de belastbaarheid – belasting balans.

Naast het verbeteren van het werk is het ook belangrijk in te zetten op gezondheidspromotie.

De uitdaging is dus om via werk de gezondheid van werknemers te behouden en te verbeteren. Er zijn duidelijke indicaties dat dit realistisch is. De gezondheid van werkenden is bijvoorbeeld beter dan die van werklozen. Als werklozen een job vinden, verbetert hun welzijn significant. Maar enkel en alleen indien de arbeidsomstandigheden goed zijn. Zo niet (reeds vanaf één aanwezige risicofactor), scoort hun welbevinden lager dan werklozen. Langer kunnen werken en genieten van een pensioen in goede gezondheid zal bijgevolg afhangen van de kwaliteit van het werk en de arbeidsomstandigheden. Om gezond langer te werken, is het dus meer dan ooit belangrijk en noodzakelijk om de arbeidsomstandigheden, arbeidsinhoud en werkcontext te verbeteren.

Naast het verbeteren van het werk is het ook belangrijk in te zetten op gezondheidspromotie. Ook deze tweede uitdaging kan gerealiseerd worden via het werk. Onderzoek heeft immers aangetoond dat bij werknemers, die gezond leven (o.a. niet roken, gezonde voeding, sporten,…) en werken, gezondheidsproblemen en daaruit volgende functionele beperkingen gemiddeld 7 jaar later optreden dan bij werknemers die ongezond leven.

Conclusie: investeren in de gezondheid van alle werknemers tijdens de volledige loopbaan is absoluut noodzakelijk om langer gezond te blijven en te werken. Via werkbaar werk kunnen we vermijden dat werknemers vóór hun pensioen niet eerst langs de dokter moeten.

Over de auteur. Prof. dr. Lode Godderis voert onderzoek naar werk en gezondheid in het Centrum voor Omgeving en Gezondheid aan de KULeuven en IDEWE.

Partner Content