Steeds meer mensen hebben last van een pollenallergie. Maar er zijn tips om het leefbaar te houden.
Steeds meer mensen hebben last van een pollenallergie. “Sinds de jaren 80 stijgt het aantal meldingen”, zegt Monique Depandt van het Wetenschappelijk Instituut van Volksgezondheid. “Maar er zijn tips om het leefbaar te houden.”
“Precieze voorspellingen over het pollenrisico de komende maanden doen we liever niet”, zegt Monique Depandt van het Wetenschappelijk Instituut van Volksgezondheid. “We merken wel dat de allergie steeds meer voorkomt. De berkenpollenallergie komt overgewaaid uit Scandinavië, maar sinds de jaren ’80 zien we ook bij ons een toename van het aantal allergiepatiënten.”
Pollen zijn afhankelijk van verschillende omstandigheden en die zijn niet allemaal op voorhand te voorspellen. Depandt onderscheidt drie weersomstandigheden die een invloed hebben: “De zomer van het voorgaande jaar, de huidige weersomstandigheden en de natuurlijke fysiologische cyclus. De cyclus houdt in dat je soms een jaar van sterke pollenproductie hebt, afgewisseld met jaren met weinig pollen.”
Tips om zo weinig mogelijk last te hebben van uw pollenallergie:
– Uw huisarts contacteren: die kan een gepersonaliseerd schema opstellen met allerlei middeltjes.
– Buitenlucht zoveel mogelijk vermijden. Uw ramen en deuren gesloten houden.
– Krachtige inspanningen in de buitenlucht vermijden.
– Een zonnebril opzetten om uw ogen te beschermen tegen irritatie.
– Laat uw waslinnen niet buiten drogen. Linnen kan immers als een soort zeef werken waarin de pollen in vast blijven hangen.
– Voor het slapen gaan, uw haren wassen. Zo spoelt u achtergebleven pollen weg en krijgt u ’s nachts geen allergische reactie.
– Een bezoekje brengen aan de kust. Het is geen definitieve oplossing, maar feit is dat zeelucht weinig pollen bevat en dus ideaal is voor mensen met een allergie. (JS)
