Redden externe hartdefibrillatoren levens?

Er hangen steeds meer automatische externe hartdefibrillatoren of aed’s in openbare ruimtes. Hoeveel levens werden er eigenlijk al mee gered?

In België krijgen dagelijks ongeveer 30 mensen een hartaanval buiten het ziekenhuis, meldt het Rode Kruis. Slechts 7 procent kan dat navertellen. Worden slachtoffers binnen de 3 à 5 minuten gereanimeerd en ‘onder stroom gezet’ met een aed, dan hebben ze tot 70 procent kans om te overleven, volgens informatie van het Rode Kruis.

Cardioloog Hans Van Brabandt nuanceert: “Ik vergelijk een aed graag met een brandblusapparaat. Breekt er een niet al te grote brand uit en is er net iemand in de buurt met de nodige alertheid, dan zal die brand in een aantal gevallen met dat apparaat kunnen ingedijkt worden. Er zijn dus zeker een aantal omstandigheden waarin zo’n aed goed kan gebruikt worden en levens zal redden, maar die zijn beperkt. Het is een vernuftig geconstrueerd en veilig toestel, maar dat maakt het nog niet in alle omstandigheden nuttig.”

Duur plaatje

De Belgische en Europese overheden denken daar anders over: hoe meer aed’s er in openbare ruimten binnen handbereik zijn, hoe meer levens er kunnen gered worden met vroegtijdige defibrillatie in afwachting van de hulpdiensten, redeneren ze. Daarom raden ze al jaren aan om op zoveel mogelijk openbare plaatsen en in bedrijven en scholen aed’s te hangen. Een dure aangelegenheid, niet alleen in aankoop en onderhoud (een aed kost 2000 tot 2500 euro), maar ook omdat het Rode Kruis bijbehorende opleidingen aanraadt voor een correct gebruik. Iedereen kan in principe een aed bedienen, zegt de organisatie, maar een training vergroot de kans op succes aanzienlijk. Niet onlogisch, want de situatie waarin deze toestellen worden gebruikt, gaat dikwijls gepaard met stress en paniek.

Juist geplaatst

Over hoeveel levens deze toestellen daadwerkelijk redden, lopen de onderzoeksresultaten uiteen. In 2005-2006 wees de Amsterdam Resuscitation Study het belang van een snelle reanimatie en defibrillatie aan. Tien jaar eerder bedroeg de kans dat een slachtoffer een reanimatiepoging overleefde nog ongeveer 1 op 10, maar later vergrootte die kans tot 1 op 4 als er bij de reanimatiepoging ook een aed was ingezet.

Een recenter Amerikaans onderzoek, gepubliceerd in Clinical Cardiology, luidt een andere klok: publieke aed’s kunnen absoluut hun nut hebben en de overlevingskansen doen stijgen. Maar ze vragen een aanzienlijke investering en zijn eigenlijk alleen kosteneffectief op plaatsen met een hoge concentratie aan potentiële slachtoffers en potentiële redders. Op vliegtuigen bijvoorbeeld, in drukke luchthavens en in casino’s, waar er zoveel (camera)bewaking is dat niemand een hartstilstand kan krijgen zonder dat iemand anders het opmerkt en met de aanwezige aed in actie schiet. (CdR)

Meer informatie over het gebruik van aed’s in het decembernummer van Bodytalk

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content