Palliatieve thuiszorgers zijn slordig met medicijnen

Palliatieve verpleegkundigen die patiënten thuis verzorgen, springen slordig om met medicijnen. En ze worden daarop nauwelijks gecontroleerd.

Palliatieve verpleegkundigen die patiënten thuis verzorgen, springen slordig om met medicijnen. En ze worden daarop nauwelijks gecontroleerd. Dat blijkt uit de masterproef van Margot Van Dyck aan het departement Farmacie van de Universiteit Antwerpen, zo schrijft De Standaard.

Verdovende middelen voor de palliatieve zorg worden in principe in een “wachtkoffer” bij de apotheek met wachtdienst geparkeerd. Zo kan elke terminale patiënt die acuut behoefte heeft aan pijnstillers of symptoombestrijdende middelen, of aan palliatieve sedatie, via de wachtdienst geholpen worden. Na elke wachtdienst wordt de koffer weer opgehaald door de groothandel, die hem indien nodig aanvult.

Van Dyck ging in haar masterproef na of de wachtkoffer nog gebruikt wordt. Ze bevroeg alle 15 palliatieve netwerken, die heel Vlaanderen en een deel van Brussel overspannen. Slechts in vier van de 15 netwerken is de koffer nog in gebruik, zo blijkt. De meeste netwerken hebben een eigen alternatief uitgewerkt, maar Van Dyck heeft daar zo haar vragen bij.

“Veel netwerken vragen bij nabestaanden van overleden patiënten de overschotten op. Zo leggen ze een eigen stock aan. Dat is onwettig,” luidt het. “Overschotten van medicijnen moeten terug naar de apotheek en moeten worden vernietigd.”

Bovendien blijkt er nauwelijks controle op het gebruik van verdovende medicijnen. “Er is grote behoefte aan een nieuw, veilig en eenduidig systeem,” aldus Van Dyck. Ze heeft zelf zo’n mogelijk nieuw systeem uitgedacht. “Per netwerk op een centrale plek een medicijnenkoffer met een tijdslot, dat via een code alleen open te maken is tijdens de wachtdienst van de apotheek, plaatsen. Als er iets wordt uitgehaald, wordt vanzelf geregistreerd wie dat heeft gedaan, wat die heeft meegenomen en wanneer.” (Belga/INM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content