Van twintig soorten confituur tot vijf carrièreopties: kiezen lijkt verliezen. Er zijn tegenwoordig zoveel mogelijkheden dat velen kampen met keuzestress. Alvast een tip: ga naar Aldi, daar is maar één soort confituur.

In een populaire lezing op YouTube vertelt Sheena Iyengar, een professor aan Columbia University die The Art of Choice schreef, over haar bezoek aan Japan. In een theehuis vraagt ze een kopje groene thee met suiker. De ober wijst haar vriendelijk terecht: hier drinken we geen groene thee met suiker. Zij toont begrip voor de oosterse stijl, maar beklemtoont dat ze toch graag suiker wil. Hij herhaalt zijn mantra: we drinken geen groene thee met suiker. Als ze het nogmaals vraagt, komt de grote baas erbij. Ze hebben geen suiker. Doe dan maar koffie, zegt Iyengar. Waarop ze prompt een schaaltje voor haar neus krijgt met een kop koffie. En twee zakjes suiker. Hilariteit in de zaal, maar volgens Iyengar bewijst die anekdote vooral hoezeer keuzevrijheid cultureel bepaald is. Westerlingen beschouwen vrijheid als het hoogste goed. Terwijl de Japanners hun gasten net willen behoeden voor grote dwalingen en daarom in hun plaats beslissen.

En toch is de westerse obsessie met keuzevrijheid niet zaligmakend, zo blijkt uit de vele onderzoeken van Iyengar. Het bekendste is ongetwijfeld het jam-experiment. Ze liet in een supermarkt tweemaal een proefstandje met potjes confituur opstellen. Bij het eerste stonden zes soorten jam, bij het tweede 24. Dat laatste zag er aanvankelijk het aantrekkelijkst uit: zestig procent van de klanten stopte er, tegenover dertig procent bij het soberdere standje. Maar die interesse was omgekeerd evenredig met de verkoop: drie procent van de geïnteresseerden kocht aan de overvloedige stand, dertig procent aan de andere. Hoe meer keuze, hoe sneller we afhaken.

Dat bleek ook uit een minder onschuldig onderzoek: Iyengar analyseerde het gedrag van bijna een miljoen Amerikaanse werknemers die pensioenplannen aangeboden kregen. Hoe meer opties, hoe kleiner de kans dat ze toehapten. Omdat alles te complex werd, stelden ze de keuze uit. En als ze dan toch kozen, deden ze dat vaak slecht en waren ze niet blij. Dat blijkt ook uit het onderzoek van de Amerikaanse psychologieprofessor Barry Schwartz. Veel keuze hebben, werkt verlammend en bovendien zijn we nooit honderd procent tevreden. Het gras is altijd groener aan de overkant en onze verwachtingen zijn veel te hoog: tussen al die honderden opties moet er wel één perfect zijn. Niet dus, waardoor we continu lopen te zeuren.

Perfectionisme is nefast

De oplossing: winkelen bij Aldi, daar hoeft u niet te kiezen. Maar dat lost natuurlijk alleen het confituurprobleem op. Voor de grote levenskeuzes zijn er tegenwoordig coaches. Hilde Mariën, auteur van Ik ben (het) zo moe, is een van hen. ‘Ik krijg vaak mensen over de vloer die geen knopen kunnen doorhakken. In loondienst blijven of zelfstandige worden? Hun partner verlaten of samenblijven? De druk is groot: door al die vrijheid voelen we een verpletterende verantwoordelijkheid. Als we fout kiezen, is het onze eigen schuld.’ Om mensen te helpen, probeert Mariën in de eerste plaats hun denkpatronen aan te passen. ‘Perfectionisme is nefast. Je moet leren tevreden te zijn met goed genoeg. Het helpt om alles vanop een afstand te bekijken: hoe belangrijk is je beslissing binnen tien minuten, tien dagen of tien jaar? Bovendien zijn keuzes zelden definitief. Daarom is het goed kleine stapjes te nemen. Ik droomde als twintiger van een carrière als pottenbakker. Wel, ik ben blij dat ik niet meteen heb geïnvesteerd in een atelier, want na een cursus van een week bleek ik dat niet leuk te vinden.’

Ook het eeuwige dilemma ziet Mariën vaak terugkeren: moet je bij een beslissing je verstand volgen (en ellenlange pro/contra-lijstjes maken) of toch maar je buikgevoel? ‘Een combinatie van de twee is ideaal, maar helaas wordt buikgevoel dikwijls verward met angst. We denken te vaak vanuit ons oerbrein dat het belangrijker is om niets te verliezen dan om iets te winnen. Wie daarop focust, durft nooit meer te beslissen. Want kiezen lijkt altijd verliezen. Maar heel bewust durven kiezen geeft net een grote vrijheid.’ En zo komt Mariën tot de kern: om goede beslissingen te nemen, of ze nu groot of klein zijn, moet je stilstaan bij je waarden en dromen. ‘Je moet uitzoeken wat echt belangrijk voor je is, wat je energie geeft. Dan worden alle keuzes eenvoudiger.’

DOOR STEFANIE VAN DEN BROECK, ILLUSTRATIE BART SCHOOFS

Zes soorten jam of vierentwintig? Onderzoek toont aan dat we afhaken bij te veel keuze.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content