Jongeren hebben fout beeld van energiedrankjes

Jongeren overschatten de effecten van energiedrankjes en onderschatten de bijwerkingen. Anders gezegd: de reclame rond energiedrankjes bereikt helemaal zijn doel.

Jongeren overschatten de effecten van energiedrankjes en onderschatten de bijwerkingen. Anders gezegd: de reclame rond energiedrankjes bereikt helemaal zijn doel. Dat bewijst een onderzoek door het Nederlandse Voedingscentrum.

Het voedingscentrum bevroeg een grote groep kinderen tussen 11 en 18 jaar. Uit die groep hebben bijna zes op de tien jongeren al eens een energiedrankje gedronken. Gemiddeld iets minder dan twee keer per week en telkens iets meer dan één blikje. Een op de tien ondervraagde jongeren drinkt meer dan een halve liter! Jongeren starten ook steeds jonger met het drinken van oppeppende drankjes. 42 procent van de kinderen die nu in de zesde klas zitten, vertelden dat ze al energiedrankjes hadden gedronken. Jongens drinken meer energiedrankjes van meisjes en lager geschoolden meer dan hoger geschoolden, maar dat is een element dat in meer onderzoek naar voor de gezondheid schadelijke producten naar voor komt.

De meeste jongeren vinden het gwoon lekker (75%), slechts 21 procent zou het drinken omdat ze er actiever door worden. De sociale druk speelt ook mee: 15 procent drinkt alleen energiedrankjes omdat andere kinderen die ook drinken.

Het centrum peilde ook naar de verwachtingen van jongeren naar andere ‘reguliere’ pepmiddelen. Daaruit bleek dat 63 procent van de jongeren het grootste oppeppende effect van energiedrankjes verwacht. 12 procent gaf koffie aan en 10 procent sportdrank. Dat antwoord is merkwaardig omdat, op basis van het cafeïnegehalte in koffie en energiedrankjes beide dranken precies hetzelfde effect zouden moeten veroorzaken. Alvast 1-0 voor de marketing.

Opvallend is dat bijna een op de twee jongeren verklaart dat hij eigenlijk ‘niets’ oppeppend voelt als hij een of zelfs meerdere energiedrankjes heeft gedronken. Minder dan een op de drie zeggen wel dat een energiedrankje hen over een vermoeidheidsdipje heen tilt. Als er echter naar nevenwerkingen wordt gevraagd, is de respons groter. Een op de drie (32%) zegt dat hij er druk en hyperactief door wordt en 22 procent geeft slapeloosheid aan als bijwerking. Gevaarlijker is de 18 procent dat aangeeft eerst een kick te krijgen en daarna totaal in te storten.

Een op de drie van de 15- tot 18-jarigen drinkt het energiedrankje trouwens samen met alcohol. 9 procent geeft aan dat hij daardoor meer alcohol kan drinken en minder dronken wordt (7%). 15 procent zegt wel dat hoofdpijn de prijs is die hij daarvoor moet betalen.

Onderzoekers menen dat een deel van de effecten en neveneffecten louter psychologisch zijn. De kick die gevolgd wordt door de dip is eerder beschreven als jolt-and-crash en is een effect dat hoogstwaarschijnlijk te maken heeft met de verwachtingen die jongeren hebben. Door die hoge verwachting, luisteren ze veel minder naar vermoeidheidssignalen van hun lichaam. Ze gaan maar door… en storten in.

Energiedrankjes zijn echter niet onschuldig. Ander onderzoek bij jongeren heeft uitgewezen dat een frequente consumptie van energiedrankjes en probleemgedrag samengaan. Veel energiedrankjes drinken zou een indicator zijn bij jongeren voor een groter risico op middelengebruik en probleemgedrag.

De taurine en glucorono-lacton die beiden ook in energiedrankjes zitten, zouden op zich geen enkel effect hebben. Zij vormen ook geen risico voor de gezondheid…

Désirée De Poot

Bron: voedingscentrum.nl

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content