Drugshulpverlening helpt jaarlijks 8.500 mensen

Jaarlijks laten zich 8.500 mensen behandelen voor hun drugsproblemen.

Jaarlijks laten 8.500 mensen zich in gespecialiseerde centra behandelen voor hun drugsproblematiek. Voor 1.400 van hen is dat voor het eerst in hun leven. Het aantal problematische drugsgebruikers dat een behandeling start, stijgt jaarlijks gemiddeld met 300. Dat blijkt uit het registratieverslag van de Vlaamse Vereniging Behandelingscentra Verslaafdenzorg (VVBV) voor de jaren (2008-2010).

De gespecialiseerde drugshulpverlening in Vlaanderen verzamelde in 2010 voor de 23ste keer de kenmerken van drugsverslaafden die een behandeling starten in een medisch-sociaal opvangcentrum, een dagcentrum of een residentieel centrum voor ontwenning of behandeling. Het VVBV stelt vast dat het aantal drugsgebruikers nog elk jaar stijgt.

Ook de gemiddelde leeftijd van mensen in behandeling stijgt. “Elke drie jaar komt er een jaartje bij. In 2010 was de gemiddelde leeftijd 28,7 jaar.”

Meer cannabisgebruikers
Voor 2010 betreft het 4.672 behandelingen die opgestart werden, terwijl 3.828 behandelingen gewoon doorliepen. Ongeveer 1.700 mensen zijn in behandeling voor een opiaatverslaving (verzamelnaam voor heroïne en morfine). Zowat 1.200 mensen worden behandeld voor hun afhankelijkheid aan cocaïne of amfetamine en 1.300 hebben een serieus probleem met cannabis. Bij 85 procent is er sprake van het gebruik van meerdere drugs.

De behandelingscentra stellen vast dat cannabis duidelijk in de lift zit. “Het is een product dat gemakkelijk verspreid geraakt bij kwetsbare groepen. Cannabisgebruik start dan ook op relatief jonge leeftijd.”

Een ouder aan de drugsDe hulpverlening merkt voorts dat het aantal drugsgebruikers in behandeling die vader of moeder zijn duidelijk aan het groeien is. Ongeveer 30 procent van de cliënten in behandeling had één of meerdere kinderen.

Volgens Paul Van Deun, directeur van het hulpverleningscentrum De Spiegel, moet het aspect van het ouderschap benadrukt worden, omdat het meer aandacht krijgt in de behandeling en meer aandacht mag krijgen van de overheid en de publieke opinie.

“Een problematiek van afhankelijkheid is iets van lange duur en een behandeling is dan ook ingrijpend en langdurend. Dat heeft dus een grote impact op de leefsituatie van de verslaafde én op de opvoedingsomgeving van het kind”, zegt Van Deun. Daarom hebben de centra initiatieven genomen om voor de ouders én voor de kinderen een kwaliteitsvol aanbod te bieden, zoals opnamemogelijkheid voor ouders met jonge kinderen, bijeenkomsten voor gebruikende ouders met kinderen en vormingssessies. (Belga/INM)