De zieke en zijn redster

Nooit gedacht dat ik op de cultuurspeelplaats Bert Anciaux zou verdedigen.

Nooit gedacht dat ik op de cultuurspeelplaats Bert Anciaux zou verdedigen, maar als dat Joke Schauvliege nog een keer een opmerking als een platgekauwde kauwgom in zijn haar plakt, stroop ik de mouwen op.

En dat is niet omdat ik me heb laten inpakken door Berts recent verschenen boek De tijd baart rozen. Daar stuur ik zijn ghostwriter en ex-kabinetschef Guy Redig wel een kaartje voor. Ere wie ere toekomt. Nee, wat mij te ver gaat, is dat pleitbezorgster van het ‘schoon gezin’ en het betere leefmilieu Joke Schauvliege het vuil speelt.

Op haar Facebook – waar de minister van Cultuur meestal vrij seuterige vreugdekreten post over wandelingen van de Gezinsbond Oost-Vlaanderen in de Gentse binnenstad en azaleakwekers die haar bureau opfleuren, alsook weetjes over het tijdsgebruik van amateurkunstenaars – werpt ze zich plots op als redder van Theater Taptoe in Gent. En dat niet zonder haar voorganger te demoniseren.

‘De vorige minister van Cultuur had beslist Theater Taptoe niet langer te erkennen en daar erf ik nu de gevolgen van.’ Dixit mijn Facebookvriendin. Ze gaat er dan ook alles aan doen om een oplossing te zoeken voor het personeel en het rijke erfgoed.
Die verbolgenheid komt dan van de minister die zonder verpinken besliste de Liga voor Mensenrechten niet langer te erkennen.

Dezelfde minister die een week geleden liet weten als een goede huismoeder haar budget te beheren en 4,4 miljoen niet uit te betalen, maar voor calamiteiten te parkeren. Sterker nog, ze schrapt de aanvraagronde voor projectsubsidies. 289.000 euro bespaard op ad-hocprojecten in architectuur, beeldende kunst, dans muziek, theater en publicaties. Geld waarvan het leeuwendeel niet wordt aangevraagd om toekomstmuziek te sponsoren, maar eigenlijk om te overleven. Het kan de minister toch niet ontgaan zijn dat in deze contreien projectsubsidies vaak verdoken structurele subsidies zijn. Aalmoezen waarmee de overheid naast de grote huizen, haar maîtresses en bastaarden onderhoudt. Ze weet dat veel organisaties gedwongen worden hun jaarwerking op papier te verkopen als losse projecten. Telkens met het risico uit de boot te vallen en mensen te moeten afdanken. In plaats van om de vier jaar plat op de buik te gaan voor structurele subsidies, likken zij voor veel minder geld twee keer per jaar de hielen van de minister en bijbehorende commissies.

Wanneer er vanuit de cultuursector commentaar komt op deze wel heel drastische beslissing, trekt Schauvliege meteen weer de erfeniskaart. ‘In het verleden werden al te veel problemen vooruitgeschoven. Het is niet haar fout, maar die van Bert. Qua gemakkelijkheidsoplossing kan dit tellen. Het is moeilijk om constructief kritiek te leveren op zo’n duidelijk miscaste minister.

Hoe je ook argumenteert, je lijkt op de man of in dit geval op de vrouw te spelen. Van een echt beleid is immers geen sprake, dus waar hebben we het over? Over ons groot gelijk. Over de nachtmerrie dat onze vooroordelen dagelijks bevestigd worden.
Neem nu de recente beslissing om een aanzienlijk deel van de cultuursector in de kou te zetten, en te opteren voor het aanleggen van een spaarpotje. Gek genoeg kan Schauvliege het slijten als een goede rationele beslissing. Stond in haar minimalistische beleidsnota cultuur niet dat een van de zeven werkpunten het aanzwengelen van de cultuurindustrie was?

Een beetje neerbuigend als je het mij vraagt, want de cultuursector is in ons platgevallen land een van de weinig goeddraaiende sectoren – en niet louter op kosten van de gemeenschap. Cultuur biedt veel werkgelegenheid en is ons voornaamste exportproduct. Hoe graag we ook een chocolade- en bierland willen zijn, de wereld kent ons door Rubens, Fabre, Tuymans, De Keersmaeker, Hergé en af en toe een internationaal opgepikte operaproductie. Als we onszelf een neorenaissance willen gunnen, moeten we op kunst inzetten. En als het economische aspect van cultuur dan zo belangrijk is, dan moeten de bedrijven binnen deze sector op dezelfde crisissteun kunnen rekenen als andere sectoren. En moet jong talent kansen krijgen. Maar nee, terwijl de overheid uitzonderlijk crisispremies beschikbaar stelt, draait Joke de kraan dicht. Over welke calamiteiten buiten het slagveld dat ze hiermee creëert, hebben we het dan? Deze maatregel ruikt naar het Münchausen by proxy-syndroom. De moeder die haar kind opzettelijk ziek maakt, om zich als redder te kunnen opwerpen.

Ziek. Misschien moet ik haar maar ontvrienden op Facebook. Hm, maar dan moet ik die fijne foto’s van ballonvaarten en pret met azaleakwekers missen. Ik geef haar nog een kans. Eén.


Chris Van Camp

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content