Vrije Tribune

De rationele optimist

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Etienne Vermeersch kaartte in de Knack van vorige week de problematiek van de overbevolking aan. Wim van Gestel, doctoraal onderzoeker aan de K.U.Leuven reageert.

Als doctoraal onderzoeker aan de K.U.Leuven bestudeer ik theoretische modellen met betrekking tot de EU politiek. Hoewel ikzelf professioneel dus geen kaas gegeten heb van filosofie of vele andere wetenschappen, heb ik een brede interesse in de schoonheid van complexe systemen en de elegantie die voortkomt uit de mathematische beschrijving ervan, of dit nu in het luik van de fysica, biologie of politieke economie is.

Een ivoren toren? Misschien. Maar ideeën en processen vind ik dynamisch en interessant. Feiten niet. Zo ben ik nooit geboeid geraakt door de menselijke geschiedenis op het niveau van het secundair onderwijs. Als ik zou moéten kiezen, vond ik de geschiedenis van de jongste 2000 jaar wel interessanter dan die van de oertijd. Terwijl de eerstgenoemde ten minste probeert dingen te verklaren, is de laatste vooral een opsomming van de instrumenten die de primitieve mens gebruikte, of een vergelijking tussen de instrumenten van de voorlopers van de moderne homo sapiens met die van de neanderthaler. Het boek ‘The Rational Optimist’ van Matt Ridley heeft mijn houding hieromtrent recentelijk veranderd. In plaats van de feiten op te sommen, gebruikt hij een breed theoretisch kader dat niet enkel voor vandaag maar ook voor de toekomst van belang kan zijn. Het is dit kader dat ik vandaag graag met u wil delen.

Eén van de grote problemen die ik zag voor de wereld betreft de menselijke bevolkingsgroei. Deze leek exponentieel toe te nemen. Een professor joeg me schrik aan met het volgende gedachte experiment. Stel dat we een grote lege fles hebben waarin we enkele microscopisch kleine bacteriën plaatsen die zich voortplanten. Stel verder dat de verdubbelingstijd (de tijd waarin de populatie van bacteriën verdubbelt) telkens één minuut bedraagt en dat het één uur duurt vooraleer de hele fles gevuld is met bacteriën. Wanneer is de fles dan half vol? Het antwoord beangstigde me. Dit was één minuut voor het einde van het uur.

Zo zou het ook wel eens met de wereldbevolking kunnen gaan, bedacht ik me. En we zouden er niet eens vijf voor twaalf, maar één voor twaalf achter kunnen komen. De professor leek ons een uitweg te geven door het vinden van een nieuwe lege fles. Maar wanneer zou deze overbevolkt zijn? Wel, één minuut na het uur. Dus zelfs het vinden van een hele nieuwe planeet geeft ons niet de kans om veel tijd onze gang te gaan, het geeft ons slechts één maal de verdubbelingstijd de tijd om een nieuwe oplossing te vinden als we dezelfde groei willen handhaven. Einstein wist het al: het krachtigste in het universum is cumulatieve intrest.

Dit beeld heeft me jaren achtervolgt. Want natuurlijk zou de natuur wel een stokje steken voor deze groei, met oorlogen en ziektes tot gevolg. Het is pas sinds kort dat de sombere toekomst veranderde, dankzij The Rational Optimist. Hij argumenteert, tegen het populaire pessimisme in, dat het steeds beter gaat met de wereld. Sinds 1950 is het aantal mensen in armoede gedaald, terwijl de populatie sterk gestegen is. Een hele prestatie. Ook is wereldwijd de kloof tussen rijk en arm kleiner geworden.

In het boek staat ook dat het bevolkingsaantal lijkt te stagneren. De tijd waarin er een miljard mensen bijkomen, is aan het stijgen. De laatste toetredes van ‘een miljard’ duurden respectievelijk 33, 14, 13 en 12 jaar. Maar prognoses stellen dat het pas in 2013 is dat de 7 miljardste mens geboren wordt, 14 jaar na de 6 miljardste. En de 8 miljardste zal 15 jaar daarna geboren worden. De 9 miljardste pas na 26 jaar daarna. Voor het eerst wordt officieel voorspeld dat de 10 miljardste mens niet eens geboren zal worden.

Etienne Vermeersch probeert al lang de problematiek van de overbevolking op de agenda te plaatsen. Iemand die het probleem vroeger dan één minuut voor twaalf ziet aankomen verdient alle respect, waaronder het mijne. Toch pleit Etienne Vermeersch niet enkel voor een stagneren van de populatie, maar zelfs voor het verminderen ervan. Naar aanleiding van zijn nieuw boek sprak de filosoof op 26 maart in UGent en pleitte hij voor een terugval tot “het optimum”, wat misschien één miljard mensen zou zijn.

In het boek van Matt Ridley lees ik echter dat technologie en innovatie gedragen worden door bevolkingsaantal. Hij illustreert op een schitterende manier hoe technologie en technieken niet enkel stagneren bij een dalende bevolking, maar zelfs achteruit gaan. Specialisatie, gecoördineerd door de markt en handel, leidt tot welvaart. Maar van zodra er niet genoeg mensen zijn om die specialisatie te dragen, gaat de technologie achteruit.

Stel u ter illustratie het volgende scenario voor. Een kleine groep mensen wordt op een eiland achtergelaten waar alle grondstoffen voor handen zijn om de technologie van vandaag te reproduceren. Indien u wenst mag u zelfs veronderstellen dat deze groep de meest briljante en handige mensen bevat die ooit op de aarde gelopen hebben. Toch heeft deze samenleving weinig kans op succes. Het probleem is dat niemand van hen heeft de tijd om zich bezig te houden met het drukken van boeken, of het ontginnen van silicium voor een computer, of het produceren van glasvezel voor internet. Iedereen moet zich bezig houden met het voorzien in zijn eigen levensonderhoud, iedereen moet zich terugplooien op landbouw. Handel en specialisatie zal leiden tot kleine surplussen en innovaties met directe toepassing in de landbouw, maar men kan van deze kleine samenleving geen gsm verwachten. Of een plastic doosje tandenstokers. Na enkele generaties zal de kennis die deze geniale mensen bezitten onvermijdelijk verloren gaan.

Dit, zo stelt Ridley, is ook wat er in de oertijd gebeurde met groepen mensen die geïsoleerd geraakten van de rest van de bevolking. De 5000 jagers/voedselverzamelaars die destijds vanuit Afrika uiteindelijk Tasmanië bereikten en afgesloten raakten van de rest van de wereld vielen terug op een set van veel eenvoudigere instrumenten en levensstijl, omdat ze simpelweg niet het juiste aantal hadden om de iets geavanceerdere technologie te ondersteunen. Of hoe de feiten uit de oertijd net een stuk interessanter worden door begrip van de processen die ze veroorzaken.

En Ridley gaat verder. Hij stelt dat een kleine bevolking niet enkel een probleem heeft geen ’tijd hebben om aan specialisatie te doen’. Niemand ter wereld is zo geniaal dat hij een computermuis volledig begrijpt. Het bestaat uit zo veel verschillende onderdelen die op bestaan uit zo veel verschillende materialen die op zo veel verschillende manieren ontgonnen moeten worden, dat er geen één mens op aarde is die een dergelijk toestel op zijn eentje kan maken. En toch werkt vrijwel iedereen met een muis. Het is door het collectieve brein, waarin mensen doorheen de (vrije) markt samenwerken en specialiseren, dat we dingen doen die we als individu niet kunnen bereiken. Een kleinere samenleving kan minder specialiseren en heeft bijgevolg een kleiner collectief brein.

Het zijn deze bevindingen die me doen twijfelen aan de wenselijkheid in het terugbrengen van de bevolking tot een “mogelijk optimum van één miljard”. Ons collectieve brein zou drastisch achteruit gaan en we kunnen de technologie van vandaag in de toekomst niet langer ondersteunen. Indien dit de technologie is die geleid heeft tot hogere productiviteit van landbouwgrond, of belangrijke besparingen in energie of groene technologie zullen we in die toekomst niet beter af zijn dan nu. Er is dan misschien meer grond per capita, maar niet meer voedsel of energie. Want welke technologieën die evident zijn in de 21ste eeuw spelen we dan kwijt? Mobiele telefonie en internet? De productiviteit van landbouw? Vaccinaties tegen ziektes?

Natuurlijk is het zo dat op niveau van landen de bevolkingsexplosie tegengehouden dient te worden. De perpetuele armoede van derdewereldlanden is hier voor een groot deel aan te wijten. Maar ook deze bevolkingsexplosie is opnieuw een saai feit, niets meer dan het resultaat van een interessanter proces. Het is een symptoom en niet de ziekte. Ik geloof persoonlijk dat het vrouwenrechten zijn waar we voor moeten ijveren, zodat vrouwen niet langer gereduceerd worden tot reproductiemachines en volwaardig deel uit kunnen maken van de samenleving. Zoals Christopher Hitchens opmerkt: in alle landen waar vrouwen controle kregen hun eigen voortplantingsgraad is de bevolkingsgroei afgeremd en de welvaart sterk toegenomen.

En natuurlijk is deze laatste bevinding een oorzaak/gevolg probleem. Ik hoop gewoon dat onze samenleving voldoende gespecialiseerd is dat er ergens iemand in een ivoren toren zit die de juiste causaliteit weet te achterhalen en de wereld vanuit de onderbuik verbetert. Pun intented.

Wim van Gestel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content