Johan Van Overtveldt (N-VA)

De problemen van Ford Genk zijn geen verrassing

Johan Van Overtveldt (N-VA) Europarlementslid, voormalig minister van Financiën en ex-hoofdredacteur Trends en Knack.

Beseffen de excellenties van Di Rupo I wel hoe ernstig de economische situatie van dit land aan het worden is?

Nagelbijtend wachten we met z’n allen af wat er morgen rond Ford Genk uit de bus gaat komen. Goed nieuws zal het zeker niet zijn. Rond het dossier Ford Genk dienen twee bedenkingen centraal te staan. Ten eerste, het moet gesitueerd worden in het kader van een diepe crisis binnen de autosector. De ineenstorting van de vraag naar nieuwe auto’s is zonder meer spectaculair. Tegen die achtergrond kan het gewoon niet anders dat producenten gemaakte plannen min of meer drastisch en zeker ook snel moeten herzien als men de continuïteit van de onderneming wil veilig stellen.

De tweede bedenking die zich opdringt, is dat niet alles rond dit dossier ons zomaar overvalt. Anders uitgedrukt: de problematiek van een productie-eenheid als Ford Genk wordt ook in belangrijke mate bepaald door de omgeving gecreëerd door onze bewindslui. Of een site als Ford Genk al dan niet kan overleven, hangt nauw samen met het beleid gevoerd op het vlak van loonkosten, fiscaliteit, reglementering en rechtszekerheid in het algemeen.

Weegt een blind mechanisme als de automatische loonindexering hoe langer hoe zwaarder op de overlevingskansen van productie-eenheden zoals Ford Genk, ook de toenemende mate van rechtsonzekerheid in dit land tast ons sociaal-economisch weefsel en weerstandsvermogen steeds nadrukkelijker aan.

Wat dit laatste betreft, is het tekenend dat bij de begrotingsbesprekingen binnen de regering Di Rupo I het thema van de notionele interestaftrek (NIA) onmiddellijk terug op tafel komt. Reeds uitgehold bij het vorige pakket budgetmaatregelen willen vooral de socialisten de NIA verder afbouwen. Laat één ding ondubbelzinnig duidelijk zijn: frauduleus en oneigenlijk gebruik van deze maatregel moeten bestreden worden. De regering mag en moet er alles aan doen om het correcte gebruik van deze maatregel te garanderen. Tegelijk brengt de verdere afbouw van deze maatregel zware schade toe aan de reputatie van ons land als betrouwbare, solide investeringsstek.

Vergeten we immers niet dat toen de NIA in voege trad, toenmalige federale excellenties met de maatregel uitvoerig én uitbundig de wereld rondtrokken om internationale bedrijven naar ons land te lokken (of hier te houden). Nogal wat buitenlandse investeringen in België van de voorbije jaren hielden nauw verband met het bestaan van het NIA-regime.

Het is bijzonder contraproductief om op een moment dat de economie het erg moeilijk heeft, en nog een tijdje moeilijk zal hebben, terug te komen op gedane beloftes en gemaakte afspraken. Dat is nochtans exact wat Di Rupo I zou doen met een verdere afbouw van de NIA. Helemaal vreemd wordt het als, zoals in socialistische hoek weerklinkt, de NIA gerust kan afgebouwd worden omdat bedrijven nu toch ook zeer goedkoop kunnen lenen.

Dit is een absurde argumentatie. De NIA is in het leven geroepen om het eigen vermogen van ondernemingen te versterken. De NIA is terzake ook een degelijke maatregel. Goedkoop vreemd vermogen (nl. geleende gelden) zou net moeten maken dat je de vorming van eigen vermogen verder moet versterken om de stevigheid van de financiële structuur van de ondernemingen te bevorderen. Dus als bedrijven goedkoop kunnen lenen, moet je de NIA uitdiepen, niet afbouwen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content