Hubert van Humbeeck

De klok luidt voor Athene

Stemt Griekenland zondag met zijn verstand of met zijn voeten? Brussel wacht met klamme handen op het resultaat.

De Spaanse bankencrisis en het Europees Kampioenschap voetbal vragen om aandacht, maar straks zijn alle ogen toch weer op Griekenland gericht. Zondag krijgen de Grieken een tweede kans in anderhalve maand tijd om te proberen een parlement te verkiezen waaruit een werkbare meerderheid kan worden gevormd. Die moet bovendien bereid zijn om de snoeiharde saneringsinspanning voort te zetten die de Europese Unie en het Internationaal Monetair Fonds de Grieken hebben opgelegd. Is dat niet het geval, dan stijgt de kans dat Griekenland de eurozone verlaat en staat de toekomst van het land in de Europese Unie op de helling. En misschien wel het hele Europese project zoals we het nu kennen.

Begin mei verloren de partijen die Griekenland de voorbije 38 jaar hebben bestuurd – het centrumrechtse Nea Demokratia (ND) en de sociaaldemocratische Pasok – de helft van hun aanhang. Volgens de laatste peilingen voor deze verkiezingen, die tien dagen geleden werden gepubliceerd, wordt het kantje boord of ND de grootste partij wordt of de coalitie van radicaal links, Syriza. Omdat de grootste partij in Griekenland vijftig zetels extra krijgt, maakt het een wereld van verschil wie als eerste over de streep komt.

De standpunten van die twee, ideologisch zeer verschillende partijen kropen de voorbije weken bijna onzichtbaar naar elkaar toe. De flamboyante Syriza-leider Alexis Tsipras is duidelijk: als hij het voor het zeggen krijgt, legt Griekenland de geëiste hervormingen en saneringen naast zich neer. Hij probeert er de Grieken van te overtuigen dat het land ook zonder al die pijn lid kan blijven van de eurozone. ND-leider Antonis Samaras probeert van de verkiezingen een referendum over Europa te maken, maar zegt tegelijk dat zijn partij bij winst ook niet verder zal saneren – dat hij het geld op een andere manier bij elkaar zal krijgen.

Een grote Griekse krant schreef vorige week dat de kans bestaat dat veel boze Grieken voor links stemmen en tegelijk stiekem hopen dat rechts toch wint. Wat Syriza voorstelt, is in een Europese context volstrekt onrealistisch. Maar ook Samaras wekt de indruk dat er een weg is omheen de strenge voorwaarden voor verdere steun. Ondertussen tast de onzekerheid de voor Griekenland levensnoodzakelijke toeristische sector aan, die vorige maand twintig procent minder boekingen noteerde dan een jaar geleden. Op een eiland zoals Corfu, bijvoorbeeld, leeft driekwart van de bevolking rechtstreeks van het toerisme.

Op veel Europese clementie hoeven de Grieken nog niet te rekenen. Zelfs de nieuwe Franse minister van Financiën, de socialist Pierre Moscovici, vindt dat Griekenland de gemaakte afspraken gewoon moet naleven. Toch wekt Brussel de indruk dat het oren heeft voor een soepelere invulling van de harde eisen, als er daarover met een traditionele partij zoals de ND kan worden gepraat. Ons kent ons in de politiek. Het is cynisch dat zo wordt gerekend op winst van de partij die het land in de situatie bracht waarin het zich nu bevindt. In afwachting dat de Unie het eind deze maand zelf eens wordt over welke kant ze nu eigenlijk op wil. Zoals voor Griekenland geldt voor heel Europa dat alles beter is dan de verstikkende sfeer van twijfel en besluiteloosheid.

Hubert van Humbeeck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content