Vrije Tribune

De crisis en mijn schoonbroer

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

De onbegrepen chief economist van het IMF klonk steeds meer zoals de onheilspellende analyses van allerlei obscure marxistische propaganda-blaadjes. Toch raar, of niet?

Het is enige tijd geleden dat ik iets over de economische situatie geschreven heb . Niet dat ik deze actualiteit niet meer opvolg, wel integendeel. Maar soms ontbrak mij de energie om te blijven herhalen wat er fout loopt met Europa, met de Centrale Bank en met de euro.

Zelfs wanneer de feiten je kritische analyses gelijk geven; uiteindelijk kabbelt alles verder en krijg je nog steeds dezelfde – uitgezonderd Paul De Grauwe – onzinnige kwakzalverij voorgeschoteld. Je hebt dan de keuze tussen ‘weerwerk bieden’ en tegen-analyses publiceren of gewoon te laten betijen. Opinies veranderen veel trager dan de realiteit, er is veel inertie en vooral, mensen moeten zich bevrijden van de normatieve schema’s die hun denken bevangen. Dat heeft te maken met geloof en mentale starheid. Mensen moeten niet alleen enige nieuwsgierigheid hebben maar ook de intellectuele moed hebben om hun eigen standpunten in vraag te stellen. Velen hebben dit niet en vooral, vele analysten hebben daar ook geen belang bij.

Toch zijn er die het doen. Ik neem mijn Italiaanse zwager als voorbeeld. De persoon is chief economist bij het IMF maar bevoegd voor ander contreien dan Europa. Toen de financiële crisis uitbrak in 2008 was de oorzaak volgens hem poepsimpel: hopen overtollig krediet was bij de slechte bevolkingsgroepen terecht gekomen (insolvabele middenklasse en de vastgoed-bubble). Voeg daarbij een flinke dosis hebzucht onder speculanten en de kous was af. Het systeem was niet in crisis en zou, na een poosje (deleveraging) haar evenwicht terugvinden. Alle verwijzingen naar de structurele aard van de crisis werden door hem genegeerd: waarom werd (en wordt) er massaal gespeculeerd? Waarom was krediet dermate ‘overtollig’? Waarom had de financiële sfeer zich steeds meer losgekoppeld van de reële economie? Waarom was de middenklasse ‘insolvabel’? … Volgens hem allemaal irrelevante vragen! Schertsen over het failliet van het neoliberalisme werd uiteraard met onbegrip onthaald, zeker op kerstavond.

Ik kwam tot het besluit dat rationaliteit zoek was, of beter, opgesloten in een geloof opgebouwd met dogma’s en axioma’s die de realiteit de rug toekeren. De theologie van de markt als het ware. Twee jaar geleden is de realiteit beginnen doorsijpelen. Op de familiefeesten kon er opnieuw gepraat worden over de economische situatie. ‘Fiscale consolidatie’ werd nodig bevonden maar daarom niet op eenzijdige wijze (vertaling : soberheid is nodig maar zonder economische activiteit te fnuiken). Sanering van overheidsbegroting was volgens hem ook nodig maar er zou een onderscheid moeten gemaakt worden tussen begrotingstekort voor en na schuldaflossing vooraleer te oordelen over de kredietwaardigheid van een land. Natuurlijk waren alternatieven nog steeds onbespreekbaar: gokschulden kwijtschelden of banken nationaliseren zonder schadeloosstelling bleven vloeken in de kerk van een pensée unique. Voor de verlichte neoliberalen waren er nog steeds andere ‘oplossingen’ voorhanden.

Vorige zomer was een kanteloment.

Een radeloze chief economist op vakantie is een bizarre beleving. Ditmaal werden discussies opgezocht en gingen ze over hetzelfde onderwerp: de schuldencrisis van Griekenland is ‘out of control’! Ze moeten asap tot schuldherschikking overgaan! Mà si! Maar waarom doen ze het niet?

‘Omdat ze dan in de andere landen hun soberheidsbeleid op hun bil kunnen schrijven en omdat ze vrezen dat schuldherschikking alle banken die belegd hebben in Grieks staatspapier overstag gaan’ luidde het antwoord. Dus gaan ze die banken eerst op het droge brengen en de ECB het staatspapier op een tweede hand markt doen overkopen? Ma si! Dus is er toch geen probleem opperde ik met enige geveinsde naïviteit. Per niente, het noodfonds dreigt onvoldoende miljarden te bevatten om lidstaten van de eurozone ter hulp te snellen. Erger, het noodfonds gaat ook moeten lenen want de (half-gezonde) lidstaten zijn steeds minder bereid/in staat geld in dat fonds te stoppen.

En intussen doen jullie verder met ‘fiscale consolidatie’-politiek en dan zijn jullie toch de economie kopje onder aan het duwen, of niet? ‘Ma si!’ Dus wat moet er dan gebeuren? No lo so! In oktober luidde het antwoord: ’they have to print money as hell!’ Ma quanto? 3000 milliardi al minimo! Een redenering die men kan volgen: laat de ECB voor lidstaten doen wat ze reeds doet voor de banken. [voor de private banksector heeft de ECB sinds november 5 à 700 miljard euro tijdloos ter beschikking gesteld, een onbeperkte kredietlijn als het ware]

De ECB speelt dus haar rol van lender of last resort enkel voor de private banksector, ze moet voluit gaan, ook de overheden in nood helpen en dus massaal geld pompen in de economie om liquiditeits- en solvabiliteitsproblemen op te lossen. Hou de economie aan de gang en saneer op lange termijn luidde het ordewoord. Maar dan maak je van de euro een zwakke munt? ‘Chiaro, maar dan zal hij nog bestaan binnen een jaar of twee…’ Anders spring het Europees monetair systeem, zeker en vast.

‘Maar waarom luistert men niet naar jou?’ vraag ik hem op oudejaarsavond… La Merkel! De Duitse publieke opinie, nationalisme, is zij dan toch een neoliberale taliban? Neen, omdat de meerderheid van de economische operatoren (van de kapitalisten zeg maar) de hoop dat ze die kunnen behouden nog niet hebben opgegeven. Ze hebben immers een sterke munt nodig en de euro is op 10 jaar tijd een internationale reservemunt geworden. Tot vorig jaar werden 25 procent van de transacties in Euro’s uitgeschreven en een aanzienlijk volume van beleggingen eveneens. Geld drukken – of ‘quantitative easing’ zoals het nu heet – zorgt vroeg of laat voor inflatie of muntontwaarding. Zeker in tijden van economische stagnatie. Dus is dit geen optie voor alle individuele kapitalisten (beleggersfondsen, banken, grote ondernemingen).

Maar alles leek toch nog in zijn plooi te vallen. De structurele aanpassingsprogramma’s die de trojka opleggen veroorzaakten betogingen stakingen, maar langzaam aan ging het de goede weg op. De ‘zenuwachtigheid’ van de financiële markten was verdwenen. Vooral na de hobbel van het aangekondigde maar nooit uitgevoerde referendum in Griekeland van november jongstleden. Een nieuw regeringsploeg onder leiding van Venizelos, met steun van Pasok en Nea Demokratia (én uiterst rechtse Laos) gingen voor de nodige stabiliteit zorgen en het Europees memorandum uitvoeren.

In Italië was super Mario Monti ook goed bezig en in Spanje Manuel Rajoy had de halfzachte José Luis Zapatero vervangen. In Ierland en in Portugal waren ook nieuwe ploegen aan de macht. De beruchte spilzieke PIIGS-landen (Portugal-Italy-Ireland-Greece-Spain) waren eindelijk aan hun noodzakelijke saneringen begonnen. Het noodfonds begon op kruissnelheid te draaien en stilletjes werd ook werk gemaakt van een ‘Europese fiscale unie’.

Versta dit niet verkeerd, het betreft hier geenszins een lang verwachtte fiscale harmonisatie maar wél het Europees bewakingssysteem dat zgn. ontsporingen dient tegen te gaan. Het Merkozy-verdrag en de ‘gouden regel’ van maximaal 0,5 begrotingstekort werd ten uitvoer gebracht. Nochtans was mijn Italiaanse zwager er niet geruster op geworden.

‘Stilte voor de storm’ was het strenge oordeel van de onbegrepen chief economist van het IMF. Hij klonk steeds meer zoals de onheilspellende analyses van allerlei obscure marxistische propaganda-blaadjes. Toch raar, of niet? (wordt vervolgd)

Stephen Bouquin Professor sociale wetenschappen, universiteit van Evry

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content