Chinese ‘Volkswagen’ in de maak

Vooralsnog slagen de Chinese constructeurs er niet in evenwaardige auto’s te produceren. Maar in die situatie kan op termijn verandering komen.

Dat de Duitse premiummerken nog winst maken, hebben zij in de eerste plaats te danken aan de onverkorte vraag naar hun hoogwaardige modellen in China. Dat heeft ermee te maken dat almaar meer Chinezen zich producten ‘made in Germany’ kunnen veroorloven, dankzij de winsten die zij maken met producten ‘made in China’. Vooralsnog slagen de Chinese constructeurs er niet in evenwaardige auto’s te produceren. Maar in die situatie kan op termijn verandering komen.

Westerse (auto)bedrijven die voet aan de grond willen krijgen op de Chinese markt, zijn ertoe verplicht een alliantie aan te gaan met een Chinese partner. Die bekomt altijd 51 procent van de aandelen, wat betekent dat de Chinezen baas in eigen land zijn én blijven. De samenwerking verloopt over het algemeen goed, al is off the record te horen dat enkele Duitse constructeurs rechtszaken hebben ingespannen tegen hun Chinese partners – die van plagiaat en woordbreuk worden beticht. Een ergerlijke praktijk die Chinese bedrijven al langer een slecht imago bezorgen, maar zolang China een de van de snelst groeiende economieën ter wereld is, kunnen Chinese bedrijven zich blijkbaar veel permitteren.

Temeer omdat in China andere wetten gelden dan in de rest van de wereld en buitenlanders zelden of nooit hun gelijk halen voor Chinese rechters. Bovendien durven weinigen het aan om Peking voor het hoofd te stoten – ook de machtige multinationals niet. Af en toe een plaagstoot uitdelen, tot daar aan toe. Maar geen enkele wereldspeler kan het zich nog veroorloven om de Chinese markt links te laten liggen. En dus proberen Chinese bedrijven zich op de meest uiteenlopende manieren westerse technologie toe te eigenen: op legale wijze als het kan, op illegale wijze als het niet anders kan. Een en ander heeft ertoe geleid dat China ondertussen meer auto’s verkoopt dan Europa, dat niet langer de tweede automarkt ter wereld is. Die positie wordt nu ingenomen door China dat in de eerste tien maanden van het jaar ruim 8 procent meer auto’s verkocht. De achterstand op de Verenigde Staten bedraagt voorlopig nog zo’n 1 miljoen auto’s op jaarbasis. Voor hoelang nog? De Chinese opmars is ingezet.

Quros wil Europese merken in Europa bekampen
De voorbije jaren hebben enkele Chinese autoconstructeurs geprobeerd om voet aan de grond te krijgen in Europa, maar zowel Brilliance als Landwind mislukten in hun opzet omdat hun producten niet beantwoordden aan de strenge veiligheidsvereisten en kwaliteitsnormen van de Europese markt. Bij de NCAP-crashtests behaalden zij een negatieve quotering over de hele lijn.

Onder de merknaam Quros dient zich nu een nieuwe challenger aan. Met de steun van de Israëlische investeerder Idan Ofer wil de Chinese autobouwer Chery vanaf 2014 de Europese constructeurs het vuur aan de schenen leggen met een drietal modellen die een opvallend grote gelijkenis vertonen met de nieuwe generatie Skoda-modellen. De operationele chef van Quros is Volker Steinwascher (69), tot voor enkele jaren verantwoordelijk voor VW in Amerika. Hij heeft zich omringd met ervaren managers van BMW, Ford, GM, Jaguar, Opel en Volvo. De meest bekende is zonder twijfel Mini-designer Gert Hildebrand (59), die BMW heeft ingeruild voor Quros. Voor heel veel geld, zo is te horen. Dat heeft ermee te maken dat Quros-chef Steinwascher hoge ambities koestert en snel resultaten wil bereiken. “Goedkoop auto’s bouwen, dat kunnen de Chinezen beter dan wie ook. Maar een moderne auto ontwikkelen, dat is voor de Chinese constructeurs vooralsnog te hoog gegrepen. Daarom zijn wij hier.”

Quros investeerde vorig en dit jaar 500 miljoen euro in een nieuwe fabriek in Chanshu en houdt nog 1,5 miljard euro achter de hand voor de ontwikkeling van nieuwe modellen. Als alles volgens plan verloopt, zullen volgend jaar 150.000 auto’s van de band lopen. Tegen 2015 hoopt men 500.000 auto’s per jaar te bouwen in Chanshu. Quros zal voor het eerst in Europa te zien zijn op het Autosalon van Genève in maart 2013, de marktintroductie in Europa is voorzien voor eind 2014.

Quros wil het premiummerk onder de Chinese autobouwers worden
Voor het zover is, moet echter nog een lange weg worden afgelegd. In Graz, München en Shanghai werken drie kleine teams de klok rond aan de ontwikkeling van drie modellen die straks de concurrentie moeten aangaan met de Franse en Duitse volumemerken. Quros-baas Volker Steinwascher beklemtoont dat het niet de bedoeling is om een concurrent te worden van Dacia: “Quros wil het premiummerk onder de Chinese autobouwers worden. Ik wil kopers overtuigen met kwaliteitsproducten met de best mogelijke prijs/kwaliteitverhouding en hoge veiligheidsstandaards. Onze modellen zullen uitgerust zijn ESP, start/stopsysteem en een groot touchscreen.”

Nog geeft de Chinese constructeur geen foto’s vrij van prototypes maar als we Gert Hildebrand mogen geloven, werkt hij aan een ‘german sophisticated design’ dat gekenmerkt wordt door zuivere en functionele lijnen.” Die vinden we bijvoorbeeld terug bij de recente VW-modellen Passat en Jetta. Wat vanzelfsprekend voor nervositeit zorgt op de VW-hoofdzetel in Wolfsburg waar men geen goed oog heeft in de komst van een Chinese wagen voor het volk. De ene keer heeft men het er over een Chinese opmars, de andere keer over het Chinese gevaar.

Urbain Vandormael

Wie is wie?
BAIC: coöpereert met Mercedes, maar moet zich verantwoorden voor illegale kopieerpraktijken
Brilliance: waagde zich in 2008 als eerste Chinese constructeur op de Europese markt
BYD: ontwikkelt samen met Mercedes elektrische auto’s
Chang’an: werkt samen met Peugeot/Citrioën
Chery: verkoopt 25 procent van zijn productie buiten China
Dongfeng: werkt samen met Peugeot/Citroën, Nissan en Kia
FAW: alliantie met VW
Geely: sinds 2010 eigenaar van Volvo
Great Wall: SUV-en Pick-up-specialist
SAIC: is met 4 miljoen auto’s per jaar de grootste Chinese autobouwer