Laatste briefwisseling van Slauerhoff gepubliceerd

Van de schrijver J. Slauerhoff (1898-1936) zijn brieven aangetroffen uit 1936, het jaar waarin hij stierf. Het betreft een briefwisseling met zijn laatste geliefde, de Costa Ricaanse boekverkoopster Caridad Rodriguez.

De brieven worden nu voor het eerst gepubliceerd in de bundel “Het heele leven is toch verloren”.

De brieven zijn verstuurd tijdens en kort na zijn laatste twee zeereizen; de laatste brief komt uit Heemstede, waar Slauerhoff doodziek op bed lag bij zijn moeder.

Volgens letterkundige Arie Pos die de brieven heeft ontcijferd en uit het Spaans vertaald zijn het aangrijpende documenten: ‘We treffen er onmiskenbaar de hartstochtelijke Slauerhoff in aan, maar je merkt ook dat het einde in zicht is. Hij wist dat hij nooit meer op reis zou kunnen en dat ook deze liefde gedoemd was.’ Niet lang na deze briefwisseling stierf hij, achtendertig jaar oud.

Het boek

Het boek bevat ook een niet eerder gepubliceerde briefwisseling van Slauerhoff met zijn studievriend Maarten Vrij, dagboekaantekeningen die hij op zijn zeereizen noteerde en een dertigtal gedichten.

Eén van die gedichten met de omineuze beginzin ‘Ik kan niet zeggen hoe ik Holland haat’, is een variant op een van Slauerhoffs beroemdste verzen: ‘In Nederland kan ik niet leven.’

De scheepskist

De scheepskist waarin de documenten zijn opgeborgen is in de jaren veertig door familie van de in 1936 overleden dichter bezorgd aan letterkundige Kees Lekkerkerker. Deze was belast met de samenstelling van Slauerhoffs verzameld werk. Lekkerkerker had de kist in zijn bezit tot zijn dood in 2006. Daarna ging de kist over in handen van een antiquariaat.

J. Slauerhoff – Het heele leven is toch verloren

ISBN 978-90-814450-7-8

Uitgave: Het Literatuurhuis, Utrecht

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content