Kortgeletterde Britten vieren National Flash Fiction Day

Vandaag wordt voor het eerst National Flash Fiction Day georganiseerd. Het wil daarmee de aandacht vestigen op het kortste prozagenre: de short short story of het korte kortverhaal.

In maximum 150 woorden dongen de voorbije weken bijna 300 schrijvers kort van stof mee naar de hoogste eer in de microfictiecompetitie ter gelegenheid van deze eerste editie van National Flash Fiction Day. Zij worden vandaag in de bloemetjes gezet, even kort als bondig, maar wel met de nodige nationale aandacht.
De eerste editie van National Flash Fiction Day wordt namelijk gesteund door Arts Council England, de Britse National Lottery en tal van stadsraden zoals die van Manchester. Deze poging om het kortste prozaverhaal onder de aandacht te brengen is al sinds 2011 aan de gang en moet vandaag een hoogtepunt bereiken.

Een pionier van het genre is de Engelse schrijver David Gaffney, die in 2006 debuteerde met de geprezen flashfictioncollectie ‘Sawn-off Tales’, een bundel met 58 verhalen van elk 150 woorden. Dat is kort, zeer kort. Ter vergelijking: dit beknopte artikel telt 542 woorden.

Wie de miniatuurverhaaltjes van Gaffney leest, kan zich niet ontdoen van de indruk dat flashfiction of microfictie veeleer een vorm van narratieve poëzie is dan een heel kort verhaal. Het cursiefje komt van alle gangbare prozagenres nog het dichtst in de buurt, maar is doorgaans langer en lichter van toon.

In het werk van Gaffney schuilt daarentegen om elke hoek een zeker onbehagen. Hij heeft een duidelijke voorkeur voor onwennige situaties als uitgangspunt voor zijn verhaaltjes. ‘Intimate Zone’ vangt aan met “I couldn’t believe it. He pushed himself through the door and squeezed himself onto the same seat. Right next to me, you know, touching.”

De laureaten van de microfictiecompetitie flirten met diezelfde bevreemdende directheid. Ze gaan hier en daar ook een speels macabere toer op. Winnares Angela Readman zet in ‘The Worst Head in the World’ met de eerste zin de toon: “Liam gave me his mother’s head. I guess he was sick of carrying it around.”

Readman toont zich daarmee een waardige leerlinge van Gaffney, die aan de vooravond van National Flash Fiction Day in The Guardian een aantal tips gaf voor het schrijven van puntige flashfiction. Regel 1: val meteen met de deur in huis. Begin ergens middenin het verhaal. Precies wat Readman doet. Ook de eerste runner up, Daniel Carpenter, begint recht voor de raap in ‘Black Hole’: “There is a black hole above her house.” Zo, dat is dan meteen duidelijk.

Gaffney hamert in The Guardian ook op het feit dat aan de titel van zo’n verhaal moet gesleuteld worden tot hij perfect bekt. Volgens hem beginnen de beste korte kortverhalen trouwens als langere verhalen, maar is de kunst ze langzaam met een talige beitel te bewerken tot ze in beknoptheid de perfectie benaderen. Interessant, al hebben we over het schrijven eerder al gehoord dat transpiratie primeert boven inspiratie en dat schrappen essentieel is.

Ondanks de brede (Britse) aandacht voor flashfiction en de genietbaarheid van de bijdragen aan de microfictiecompetitie, kunnen we ons niet ontdoen van de indruk dat hier oude wijn in nieuwe zakken wordt verkocht. Maar, alles is goed om minder populaire prozagenres als het kortverhaal en zijn nog kortere broertje uit de schemerzones van de literatuur te halen.

Jeroen Bert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content